Inleiding
12 augustus gaan we weer aan een mooie fietstocht naar Santiago de Compostela beginnen, we noemen hem dit keer de Camino Verde y Tranquilo (de Groene en Rustige Weg). De vlaggen zijn van de regio's, provincies en departementen van alle landen waar we door komen. Vanaf Roermond volgen we fietsroute de Groene weg naar de Middellandse Zee tot Narbonne. Vervolgens over oude spoortracés (Vertes) en jaagpaden over de Pyreneeën naar Vic. Daar begint, het rustige deel over nog niet zo bekende routes, onze camino met achter elkaar Camino Catalan tot Zaragoza, Camino Castellano-Aragonés tot Burgos, een stukje Camino Frances tot Sahagun en als laatste de Camino Sanabres vanaf Granja de Moreruela naar Santiago de Compostela. Of er daarna nog iets gedaan wordt, beslissen we onderweg. Voor meer informatie, druk op lees meer.
Santiago de Compostela, we komen er aan
De eerste stempel op de credential hebben we dit keer opgehaald bij Het Huis van Sint Jacob, waar het informatiecentrum van Het Nederlands Genootschap van Sint Jacob zit. Ook daar nog samen met de vrijwilligers van de vereniging gekeken naar de camino's die we in Spanje gaan fietsen. Misschien is er nog een route over Palencia, dan komen we vlak voor Sahagun op de Camino Frances, maar we kunnen er niets over vinden, dus de route blijft gehandhaafd van Soria naar Burgos. Bij het door een lid geschonken houten beeld van St. Jacob zijn we dus al een klein beetje aan de reis begonnen. Dit beeld van Jacobus dateert uit de 15de eeuw. Het is door de heer en mevrouw Ramselaar uit Laren geschonken aan de Stichting Pelgrimsvrienden van Sint Jacob welke het in bruikleen geeft aan het Nederlands Genootschap van Sint Jacob.
De route op de kaarten
12-08 We zijn begonnen
We zijn weer begonnen aan een prachtige fietscaminoroute. In 2010 ben ik aan de eerste lange fietsvakantie naar Santiago de Compostela na 40 jaar PTT/KPN als pensionada/vutter begonnen aan een nieuwe periode in mijn leven. In 2015 ben ik gestart als versbakken opa van Luuk aan een uitdagende route door Frankrijk en de Camino Norte en Primitivo, spontaan genoemd de Camino Monstruoso, de monstercamino door de vele stijg- en daalmeters. Als geintje heb ik toen gezegd, hoe ga ik de volgende keer vertrekken. Dat ik dit keer als mantelzorger zou vertrekken, had ik niet verwacht. Als ik dit schrijf, springen de tranen in mijn ogen voor de blijdschap dat me dit gegund wordt, wetend dat het thuisfront voor elkaar zal zorgen. Ik hoop dat ik het de komende tijd kan loslaten en genieten van de Camino Verde y Tranquillo (de Groene en Rustige Weg), volgens ons weer een prachtige route door een heel ander deel van Frankrijk en Spanje.
Vanmorgen na een toch wel emotioneel vertrek naar het station van Amersfoort naar de startplaats van de Groene Weg naar de Middellandse Zee voor de routevariant door de Eifel in Duitsland. In 's Hertogenbosch sluit Theo aan vanuit de Achterhoek. De Nederlandse treinen zijn niet voorbereid voor fietstransport, er is slechts plek voor 3 fietsen zonder bagage, we zijn met 7 fietsen in totaal en geen plek om de tassen op te bergen, maar met wat overleg met de conducteur, mogen we blijven, als de reizigers maar uit kunnen stappen. Met slechts 5 minuten vertraging komen we aan in Roermond. Eerst proberen een stempel te scoren voor de credential, maar helaas is het infocentrum nog gesloten en in de kathedraal begint een dienst. Er zullen nog wel meer mogelijkheden komen. Op de Markt eerst maar een kop koffie met fietserseten (appelgebak met slagroom) en dan op route. De gps-track komt langs de Markt, dus dat kan niet meer fout gaan, we dachten ongeveer 10km in Nederland en dan de grens met Duitsland, dit was toch nog 17km en daarna eigenlijk bijna alleen maar over onverharde wegen door het stroomgebied van de Rur (Roer) naar Jüllich. Mooie natuur, maar ook hier heeft de droogte toegeslagen, op de foto het fietspad langs de Rur. Onderweg werden we een beetje onrustig of de Koga van Theo het zou gaan begeven, bij elke trap een knarsend gekraak wat steeds erger werd.
Na een stop in de schaduw, bleek de bidon te lekken en ons opgedroogde dopingdrankje op de riem was het probleem, gelukkig voldoende water om schoon te spoelen. Na bijna 60km komen we het tentenveld van Brückenkopf-park in Jullich, ook hier is het gras dood en geel, zie de foto, als dat nog maar goed komt. Het is zondag, geen winkels open, dus we zoeken een restaurant vandaag. Bij het park is een eenvoudig restaurant met pasta of een schnitzel, dus dat komt goed.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
13-08 De Eifel in
Gisteravond nog even Jülich binnen gefietst, het zou een Altstadt zentrum moeten hebben. Het enige wat we kunnen vinden is een poort genaamd Die Hexenturm, een gesloten kerk en best gave Zitadelle, aan de buitenkant tenminste, de binnenkant is één oud gebouw met allemaal gebouwen erbij in de jaren 70 bijgebouwd. Jammer hoe dit verpest is, maar dat zal wel een centenkwestie geweest zijn. De Hexenturm (Nederlands: Heksentoren) is een stadspoort van de Duitse stad Jülich. Oorspronkelijk werd de Hexenturm "Rurtor" genoemd en is thans de enige overgebleven stadspoort van het stadje. De poort ligt aan de westkant en maakte deel uit van de middeleeuwse stadsverdediging en verdediging van de stad. In de toren bevindt zich thans het Stadtgeschichtliche Museum Jülich waar de historie van de stad wordt verteld. De Hexenturm is een typisch gotische breukstenen stadspoort van het type dubbeltorenpoort. We zien we de eerste routeaanwijzing naar Santiago de Compostela, we zijn benieuwd hoeveel we er nog tegen gaan komen voordat we op de camino zelf zijn. Vanmorgen regende het bij het opbreken dus de tent gaat nat de tas in. We vervolgen de route weer langs de Rur, maar nu ook over slecht onderhouden asfalt. Jammer van deze route tot nu is dat we weinig door plaatsen komen voor een kop koffie, dus een kilometer om voor het centrum van Düren. Inmiddels zijn we tussen de heuvels van de Eifel gekomen en komen de klimmetjes, de eerste meteen 10% over 400 meter. Volgens het boekje worden we gewaarschuwd voor de komende 30km veelal onverhard en grof grind. We besluiten dus na Heimbach de provinciale weg te volgen omdat het begint te regenen, niet verstandig om dan onverhard te fietsen. Alleen deze weg stijgt ongeveer 6km met helling 5%, maar nog steeds denken we de juiste route gevolgd te hebben. Tijdens deze route kwamen we langs de Maria Abdij, er komt geen pelgrimroute langs, maar een stempel voor de credential hadden ze wel. De Abdij van Mariawald (Duits: Abtei Mariawald) in de Eifel is een klooster van de cisterciënzers van de strikte observantie, trappisten genaamd, in de buurt van Heimbach, Noordrijn-Westfalen. Het motto van de trappisten luidt: Luceat lux vestra (laat uw licht schijnen). Deze woorden zijn geïnspireerd op Mattheus 5 vers 16: Zo moet jullie licht schijnen voor de mensen, opdat ze jullie goede daden zien en eer bewijzen aan jullie Vader in de hemel. In 1470 kocht de strodekker Heinrich Fluitter een piëta en ter verering plaatste hij het beeldje in een holte van een boomstam. Fluitter vond de plaats naderhand echter te afgelegen en bouwde voor het beeldje een houten kapel bij een kruising van enkele wegen. Toen er steeds meer gelovigen naar de piëta kwamen om het te vereren, bouwde Fluitter een cel aan de kapel om van daaruit tot zijn dood op de kapel en de piëta te passen. In 1479 werd de kapel door pastoor Daum vervangen door een houten kerk. De pastoor verzocht aansluitend de cisterciënzers uit het klooster Bottenbroich om hulp bij de zorg voor de bedevaart. Middels een oorkonde uit 10 november 1480 schonk de pastoor de kerk en de piëta aan de monniken, die er vervolgens een klooster begonnen te bouwen. Op 12 september 1481 werd de kerk gewijd en op 4 april 1486 betrokken de eerste monniken het nieuwe klooster. Deze datum geldt als de oprichtingsdatum van de abdij, die de naam Nemus Mariae (Mariawoud) kreeg. In 1494 werd begonnen met het vervangen van de houten kerk door een stenen gebouw. Rond 1520 werd de piëta in een retabel uit Antwerpen geplaatst. Het retabel toont verschillende scènes uit het leven (van de Verkondiging tot aan de dood en opstanding) van Jezus. De wijding van de nieuwe stenen kerk vond in 1539 plaats. Tegenwoordig is de abdij Mariawald het enige mannelijke trappistenklooster van Duitsland. Ter ondersteuning van het klooster werd in 1995 de Verein der Freunde und Förderer der Abtei Mariawald e.V. opgericht. Eind januari 2018 werd bekend gemaakt dat na een apostolische visitatie in opdracht van het Vaticaan de abdij in de loop van het jaar zal gesloten worden en dat de monniken over diverse abdijen verspreid zullen worden In Gemund is helaas geen camping, maar kunnen we op een vlonder staan bij houten vakantiehuisjes. Vanavond voor de eerste keer zelf gekookt, natuurlijk een heerlijke pasta.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
14-08 Lange tocht - kort verhaal
Vandaag met bijna 94 km een lange fietstocht maar niet veel te zien. Wel zijn we op een hoogte van ongeveer 570 meter op het hoogste punt van de route door de Eifel gekomen, vanaf Gemünd in totaal 200 meter omhoog en naar Kyllburg weer 300 meter dalen en staan we nu op Camp Kyllburg aan de Kyll, een gezellige camping waar een nederlands jong stel sinds vorig jaar de scepter zwaait, al veel dingen gerenoveerd met een barretje waar de vaste gasten samen komen. Best veel kleine klimmetjes met 1 pittige van 6-8% over een onverharde weg van 1km lang. De bedoeling was eigenlijk Gerolstein, maar de camping ligt 4 km van de route, terwijl het routeboekje anders vermeld. De natuur in de Eifel is mooi, maar wel veel van hetzelfde. In Nettersheim wel een heerlijke warme apfelstrudel met slagroom en koffie. De route komt wel langs veel rioolwaterzuiverings-installaties, we denken dat we er al bijna 10 gezien hebben, of dit interessant voor het verhaal is, vragen we ons af. Vlak voor Kyllburg komen we door de Deckentunnel langs een spoorlijn met een lengte van 181 meter, scheelt een beklimming. Vanavond nog even een wandeling van een uurtje naar het stadje Kyllburg, maar helaas niet veel bedrijvigheid.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
14-08 Lange tocht - kort verhaal
15-08 Naar de Moezel
Vanmorgen begonnen we vanaf de camping met de laatste beklimming in de Eifel, wel meteen een pittige op de nuchtere maag. In totaal 2 kilometer klimmen met een percentage van 8-13%, iets te pittig voor de nog niet optimale spieren, dus ook een paar stukjes lopen. Het is de laatste berg van de Eifel met een aardig uitzicht richting Malberg met een kasteel en kerk dichtbij Kyllburg. We hebben gisteravond nog overwogen om dit stuk met de trein te doen, maar het station gaf geen duidelijkheid waar de stopstations na de berg waren. De laatste berg hadden we nog een paar klimmetjes van 10%, maar dat is alleen maar goed voor de spierconditie voor de komende weken, nu zal het verder wel gaan, de eerste dagen niet meer boven de 9% over een kleine 250 kilometer. Bij Hosten komen we door de Kyller-tunnel van 138 meter, deze tunnel is ook onderdeel van de Spoorlijn Kalscheuren - Ehrang ook wel Eifelstrecke en ook wel Eifelbahn genoemd is een niet geëlektrificeerde spoorlijn in Noordrijn-Westfalen en in Rijnland-Palts tussen Hürth-Kalscheuren over Euskirchen en Gerolstein naar Trier-Ehrang. Het belangrijkste toeristenmonument van Trier is de Porta Nigra, we zijn nog in vakantietijd, er zijn ontzettend veel toeristen in het centrum en het is aansluiten bij de winkel met broodje braadworst. Na 73 kilometer nemen we de camping Saarmünding in Konz met uitzicht op de Moezel. Vanavond niet koken, maar een schnitzel op de camping, na deze 2 iets zwaardere dagen niet verkeerd om te doen.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
meter
16-08 Viva la France
De start was vanmorgen mistig, de toppen van de Moezelwijnbergen liggen in 's morgens vroeg nog in de laaghangende bewolking, maar later komt op de Duitse en Luxemburgse wijnvelden de zon weer terug, dus de druiven zullen ook hier weer voor een goede Moezelwijn zorgen. Vandaag de laatste kilometers langs de Moezel, ongeveer 60 kilometer verlopen in een vlot tempo. Net na 10 uur zaten we aan de koffie in Remich, een plaats waar ik in de vorige eeuw een paar keer op de camping heb gestaan, inmiddels is deze camping veranderd in een stadspark. We blijven na Remich aan de westkant van de Moezel en fietsen over een prachtig fietspad langs de oever. Bij Cattenom verlaten we de Eifelvariant van deze route, nu is er nog maar 1 route tot Valreas in het zuiden van Frankrijk. We rijden Frankrijk via de Franse weinstrasse binnen en kun je het karakter van de Ardennen nog herkennen, veel groen en kleinschalige akkerbouw. De heuvels zijn hier minder hoog, maar alle dorpen liggen diep, dus om er uit te komen moet je af en toe flink klimmen. De regio in het noorden is nog niet goed van campings voorzien, dus moeten we na 84 kilometer stoppen bij camping La Mirabella bij Volstroff, iets van de route, maar niet vervelend voor het vervolg. Het duurt even voordat we de camping op kunnen want deze is afgesloten door een hek met code en je moet eerst maar contact zien te krijgen met de receptie, gelukkig komt er een auto naar buiten en gaat het hek open. 's Avonds een biertje bij de bar en eettent met een slecht georganiseerde bediening, waar we ook uitgenodigd worden voor een spelletje met de andere campinggasten, hier doen we maar niet aan mee.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
de Moezel
17-08 Elke keer te laat
Vanmorgen op tijd vertrokken van de camping en ontbijt hoefde niet gekocht te worden, de winkels liggen of terug of niet kort op de route. Ook de café’s zijn er niet veel dus de koffie rond 10 uur was eigenlijk wat te vroeg, maar die hadden we vast te pakken. Volgens het boekje zou deze regio kleinschalige akkerbouw hebben, maar de hellingen zijn bedeeld met enorme velden en worden nu ook nog ingezaaid. Voor Etangs fietsen we over de eerste Voie Verte, een fietspad van ongeveer 16,5 kilometer over een voormalig trace van een verlaten spoorlijn, de Voie Verte du Pays Pange. In dit stuk is nog niet veel te zien buiten de prachige vergezichten van de regio Le Moselle, alleen bij Courselles Chausy een heel oud Joods kerkhof, jammer dat ze de grafstenen laten vervallen. Er is een oud en nieuw gedeelte en daar zijn veel opschriften van joden die niet terug zijn gekomen uit de concentratiekampen. Verder zijn er in deze omgeving ook veel gedenkzuilen vooral uit de eerste wereldoorlog. Boven op heuvel staat een kleine kapel die vroeger gebruikt werd de landarbeiders voor bescherming want deze bleven meestal dagen achtereen op de velden voordat ze weer naar huis vertrokken. In Oron willen we onze lunch kopen, maar schrijven op de deur zegt dat in de augustusmaand de winkel om half 1 gesloten is, dus een kwartier te laat, de volgende mogelijkheid is Chateau Salins vlakbij de eindbestemming vandaag. Daar willen we eerst een koffie drinken, maar helaas zijn we 3 minuten te laat en de Jacobsschelp helpt niet. Dan maar boodschappen voor de avond en vroeger naar de camping la Tuilerie in Vic sur Seille. Niet direct een camping met plekken voor tenten of kortkampeerders ,want ons uitzicht zijn de daken van de vele stacaravans en campinggasten die vooral 's avonds bij elkaar komen. Volgens de app hebben we vandaag 922 klimmeters gehad en dat is best pittig, maar de spieren beginnen er aan te wennen en elke meter omhoog gaat ook weer naar beneden, alleen jammer dat de afdaling zo kort duurt. Na 88 kilometer weer de tent op zetten en douchen. Gelukkig heeft de wind in de rug vandaag goed geholpen.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
18-08 Even iets minder
Gisteravond hebben besloten de route iets aan te passen door een kortere weg naar Lunéville te nemen, deze heeft ook minder klimmeters en dat is ook wel verstandig na de iets zwaardere etappe van gisteren. Hierdoor komen we door Arracourt waar ook de slag om de gelijknamige vond plaats tussen de Amerikaanse en Duitse pantsereenheden tussen 18 en 29 september 1944, tijdens de Tweede Wereldoorlog. Als onderdeel van een tegenoffensief tegen de recente VS-vooruitgang in Frankrijk had het Duitse 5de Pantserleger tot doel de herovering van Lunéville en de eliminatie van het bruggenhoofd van het XII-korps over de Moezel in Dieulouard. Met lokale superioriteit in troepen en tanks anticipeerden de Duitsers op snelle vernietiging van het verdedigende Combat Command A (CCA) van de Amerikaanse 4th Armored Division. Met betere intelligentie, tactiek en gebruik van terrein versloeg CCA van de 4de Pantserdivisie en het XIX Tactical Air Command twee Panzer Brigades en elementen van twee Pantserdivisies gedurende elf dagen strijd. Bij de gedenkplaats staat een Sherman tank geschonken door de geallieerden na de oorlog. In Lunéville gaan naar het kasteel met een fraai aangelegde tuin gebouwd door Boffrand, een leerling van Jules Hardouin-Mansart, de architect van Versailles. Het Kasteel van Lunéville (Frans: Château de Lunéville) is een paleis dat sinds de dertiende eeuw aan de hertogen van Lotharingen toebehoorde. Het ligt pal in het oude centrum van het Franse stadje Lunéville, in het departement Meurthe-et-Moselle in Lotharingen. Hertog Leopold, die niet tevreden was met zijn Hertogelijk Paleis in Nancy, liet het tussen 1703 en 1723 herbouwen naar bouwplannen van het Kasteel van Versailles en noemde het dan ook zijn Klein Lorreins Versailles. De laatste hertog van Lotharingen, Stanislaus I Leszczyński, stierf er in 1766 aan verwondingen die hij bij een brand in zijn kamer opliep. In 1901 werd het paleis bestempeld als monument en tegenwoordig worden de prinselijke appartementen beheerd door het Franse ministerie van Defensie. De rest van het pand valt onder de verantwoordelijkheid van het Conseil Général de Meurthe-et-Moselle. In de nacht van 2 op 3 januari 2003 brak een brand uit, die een groot gedeelte van het kasteel in de as legde. Restauratie is inmiddels in gang gezet. Het kasteel zelf is niet te bezoeken, maar de buitenkant geeft voldoende van deze invloeden waar. Verder is er in Lunéville ook eglise St. Jacques, als caminofietser moet je daar natuurlijk langs en met de hulp van de Nederlandse beheerder lukt het ook om een stempel op de credential te krijgen. We konden alleen de Jacob zelf niet vinden en de beschrijving hielp daar ook niet mee. De kerk Saint-Jacques de Lunéville werd in 1730 gebouwd in barokstijl, als kerk van de abdij Saint-Rémy de Lunéville. Na een eerste onderbreking van het werk wegens gebrek aan financiering, hervatten ze de bouw in 1745 dankzij koning Stanislas. De constructie kan voornamelijk worden toegeschreven aan Jean-Nicolas Jamesson voor het eerste deel, terwijl de eerste architect van de koning, Emmanuel Héré, zich realiseerde met inbegrip van de twee imposante torens van 52 meter (bekroond met de beelden van St. Michael die de draak en St. John verslaan.) en het geweldige orgelbuffet. De versiering van het fronton werd in 1749 door Joseph Béchamp uitgehouwen. Ook de koffie en lunch hebben we op de normale tijden kunnen scoren. Volgens het routeboekje zou Froville pittoreske straatjes een Chateau met DonJon hebben, wij vinden alleen de Romaanse kerk met een fraai gedecoreerd portaal uit de 14de eeuw. Naar Charmes rijden we over hellingen met prachtige uitzichten en komen over het Canal de lÉst die we de komende dagen wel meer zullen zien en staan na 68 kilometer op camping les Iles. Charmes is een klein plaatsje met alle voorzieningen, dus we gaan een keer een koud biertje op een terrasje pakken.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
19-08 Weer weinig voorzieningen
Gisteravond werden we door een Frans stel nog gevraagd om een heerlijk Frans drankje van Mirabellavruchten te drinken, we denken dat het een sterk drankje moest zijn. Dat hebben we toch maar afgeslagen, zouden we een keer verstandig worden. Ongemerkt verandert het landschap om ons heen, lage heuvels met lange hellingen, minder steil dan in Lotharingen. We vervolgen onze weg door de bossen van Darney en Passavant, het zou zo maar kunnen dat we een verdwaald wild zwijn tegenkomen. Bij ons blijft het bij edelhert met gewei aan de bosrand, Theo wilde hem fotograferen maar waarschijnlijk zorgde ons zweetlucht er voor dat hij snel het bos in ging. Dat de hellingen hier langer zijn blijkt uit een stijging van 3% over 3,5 kilometer, dat betekent gewoon 100 stijgmeters. Ook de Cateye-app geeft een totaal aan van 1027 meter en dat is niet weinig. Bij de laatste berg voor Jesonville komen we over de waterscheiding van Frankrijk. Voor de scheiding gaat het water in deze regio naar de Maas en vanaf nu gaat het rivierwater naar de Middellandse Zee. Het Canal de l'Est is een kanaal in Frankrijk, in de regio's Bourgogne-Franche-Comté en Grand Est. Het kanaal is gebouwd tussen 1874 en 1887, en heeft een lengte van 439 km. Het is een verbinding tussen de gekanaliseerde Maas, de Moezel en de Saône. Het werd eertijds opgedeeld in een Branche Nord (noordelijk deel) van 272 km parallel lopend aan de Maas, voor het stuk van Givet tot Troussey. Vanaf hier gaat het over een afstand van ongeveer 20 kilometer op in het Marne-Rijnkanaal tot Toul waar het de gekanaliseerde Moezel bereikt. Weer zowat 20 kilometer verder bij Neuves-Maisons begint de 114 kilometer lange Branche Sud (zuidelijk deel) die tot Golbey de vallei van de Moezel volgt en bij Corre uitmondt in de Saône. In 2003 werden het noordelijke en zuidelijke deel door VNF herbenoemd tot respectievelijk Canal de la Meuse en Canal des Vosges. Deze laatste benaming was al langer gebruikelijk onder de schippers op het kanaal. We laten de gps de kortste route kiezen naar de camping, dit betekent alleen een helling van 10%, maar dan komen we op camping La Jonguille in Hurecourt, waar voor de fietsers goed gezorgd wordt, ze krijgen bij aankomst een koud drankje, in ons geval een biertje. Zelfs voor het ontbijt heeft ze een broodje in de vriezer zodat we niet tot 9 uur hoeven te wachten. Tussen 5 en 7 uur gaat het café open en kan je gezellig met de andere campinggasten wat praten onder het genot van een drankje. We zijn dus goed verwend en dat weten meer fietsers.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
19-08 Weer weinig voorzieningen
20-08 De reinaard was ons voor
Gisteravond 4 eitjes hardgekookt voor het ontbijt vanmorgen, wij verdenken deze slimmerik ervan dat hij deze in de nacht of vroege ochtend stiekem van onze tafel heeft gepikt voor zijn jongeren vlak in de buurt. Helaas dus droog brood met melk, wat heeft een pelgrim het zwaar. Vanmorgen de route weer opgezocht vanaf de camping, was het gisteren een steile beklimming over asfalt, de originele route was vooral over onverharde en slechte weg. We proberen zo snel mogelijk wat koffie te scoren, maar de eerste mogelijkheid is na 40 kilometer, de andere bars zijn nog dicht of bestaan niet meer, maar wel gezellig in een lokale bar, waar wij aan de koffie zitten en een ander al aan het bier. We fietsen ongeveer 35 kilometer met de Saóne mee over gedeeltelijk een hobbelig kinderkopjes fietspad, maar wat toch lekker opschiet. Een replika op schaal van de Eiffeltoren gemaakt in 1992 door ongeveer twintig vrijwilligers om Frankrijk te symboliseren op het Eurosaône-festival op 12 juli in Seveux. Op voorstel van enkele leden van de Vereniging van brandweerlieden besloot de stad het een beetje glans te geven. Een team van vrijwilligers heeft na ontmanteling en reiniging besloten om het opnieuw te schilderen in april 2012. Op 30 juni 2012 vond ter gelegenheid van zijn 20-jarig bestaan een kleine ceremonie plaats in aanwezigheid van degenen die het twintig jaar eerder hadden gerealiseerd. Een gedenkplaat werd die dag geplaatst om de geschiedenis en kenmerken van dit gebouw te herinneren. De kerk van Soing is herbouwd in 1738, zoals vermeld op de eerste steen op de zuidelijke zijde van het plein en heeft een prachtig bolvormige dak. De halfronde portaal, eenvoudig genoeg wordt bekroond door een nis met daarin een beeld van St. Peter (stenen beeld). De veranda onder gebogen klokkentoren herbergt twee klokken: Antoinette1826 Philippe en Marie Anne 1875. Na Soing gaat de pleziervaart onder de berg door met een mooie tunnel de St. Albin van 681 meter lengte ten behoeve van de scheepvaart op de Saone, het kanaal is gegraven onder Napoleon III in 1843. Het werk werd in 1853 stopgezet wegens technische problemen en geldgebrek, waarna het in 1890 uiteindelijk werd voltooid. Bij de ingang van de tunnel moeten wij met de fiets natuurlijk bovenlangs. De plaatsen Port en Scey sur Saône zijn inmiddels toch wel in verval geraakt, jammer maar niet anders. In Saint Gand kruist onze route naar de Middellandse Zee de Via Francigena naar Rome, helaas is de kerk gesloten en de Mairie in het gebouw daarnaast is er ook niet om een stempel voor de credential te geven. Na 105 kilometer komen we aan in Marnay op camping Vert Lagon, best lang maar het gaat prima. Het eerste boekje is klaar. We eten vanavond bij het restaurant van de camping, ook dat is een belevenis, maar dat zullen we later uitleggen. Ook op deze camping heeft het gras veel last gekregen van de extreme droogte en is inmiddels ook geel gekleurd of op veel plekken niet meer aanwezig.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
20-08 De reinaard was ons voor
21-08 Het 2de routeboekje
Gisteravond lekker gegeten in het snackrestaurant van de camping, de taal barrière is nog groot en we moeten wennen aan het opdienen van de gerechten, we kregen zowel voor salade als het hoofdgerecht gelijktijdig. We zaten nog uit te buiken met het glaasje, toen de ober kwam vragen of we koffie wilden, we probeerden nog wat tijd te krijgen, maar de espresso werd al gebracht, we vroegen om 10 minuten later en dat gebeurde ook echt op de minuut nauwkeurig. Vanmorgen nog even snel naar de website en wat bleek, alles eraf behalve de tekst en foto’s van gisteren staan er nog op. Ik weet niet wat er gisteravond fout is gegaan, maar je ook niet te lang doorgaan als wat vermoeid bent. Gelukkig heb ik JanPaul (mijn privé website designer) achter de hand die ook de website gebouwd heeft. Een paar uurtjes later een appje dat alles er weer op staat. Het 1ste routeboekje is klaar, dus starten we met de zuidelijke route van Marnay naar Narbonne ongeveer 740 kilometer. Het is duidelijk dat we het zuiden van Frankrijk beginnen te naderen, de natuur wordt vrolijker en hier en daar zien we al zonnebloemen en wijnhellinkjes, beide zullen binnenkort geoogst worden, want de druiven zijn rijp en de zonnebloemen laten hun kopje al hangen. De eglise de Saint-Bénigne van Arc et Senans uit de 19de eeuw is gebouwd in een klassieke stijl en heeft een prachtig gedecoreerde binnenkant. In Arc et Senans staat een fabriek (Saline) voor de zoutwinning ontworpen door Claude Nicolas Ledoux, koninklijk inspecteur van de zoutwinning en tevens architect. Hij ontwierp een gebouwencomplex in een cirkel van 235 meter om de zoute bron met bedrijfsgebouwen, maar ook woningen, kerk, markt, badinrichting en ontspanningsruimte. Een indrukwekkend en uniek gebouwencomplex. Dit alles naar het humanitaire en sociale ideaal van die tijd: een goede en gezonde omgeving leidt tot beter mensen. Jammer genoeg is alleen het bedrijfsgedeelte uitgevoerd in een halve cirkel. We komen een paar keer door de Jura, dit gebergte vormt de grens tussen Frankrijk en Zwitserland, een prachtig gebied met iets hogere bergen waar we tegenaan kijken. Het is vandaag warm dus rustig aan en Na 71 kilometer staan we op camping Municipal la Tulipe de Vigne in Poligny. Vanavond een espresso gedronken in het centrum op één van de vele terrasjes waar je uitkijkt op de dreigende wanden van twee rotsformaties, de Grimont en la Croix du Dan.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
Frankrijk en Zwitserland
22-08 Een pittige maar mooie dag
Vanmorgen gestart met een klim van 4,3 klim ongeveer 6%, het grootste deel nog in de schaduw van de berg en de temperatuur nog prettig. Tijdens de klim nog een paar mooie uitzichten op onder andere Poligny. We komen langs een uitzichtpunt op de Cirque de Ladoye, is eigenlijk ontstaan door het opschuiven van de Afrikaanse en Europese landkorsten en het later instorten van grotten hieronder. Water kreeg toen de kans om een cirkelvormige rivier door het dal te laten vormen. In dit gebied leeft ook de Falco Peregrinus, we weten niet of hij pelgrims aanvalt, maar we hebben er gelukkig geen last van. We proberen een espresso te scoren, maar als we zitten, krijgen we te horen dat het restaurant nog dicht, zou dit keer de schelp wel geholpen hebben want bij navraag bij de chef, krijgen we de gevraagde koffie. We vervolgen de weg naar Blye en weer wordt ons een prachtig uitzicht voorgeschoteld. Ook het eerste colhoogte paaltje Col de la Percée op 579 meter, alleen komen wij van de hoge kant. Na Pont de Poitte stijgen we naar het hoogste punt van de Groene Weg bij Onoz, volgens de Garmin 632 meter, ik zal dat thuis nog even controleren. Het is een heel warme dag en dat merken we goed aan het smeltende asfalt en de bomen beginnen zich al in de herfstkleuren te tooien. Na het hoogste punt krijgen we een lange afdaling met uitzicht op Lac de Vouglans en komen we langs de barrage van hetzelfde meer. Nog iets verder afdalen en verder langs de rivier de Ain gaan we met 92 kilometer en 1248 klimmeters naar camping des Gorges d’Oignin in Matafalon en mooi uitzicht op lac d'Oignin. Met dreigend onweer op de camping gaan we onze pasta weer koken, goed wielervoedsel en het smaakt elke keer anders en lekker. Bijna klaar met eten en we krijgen de eerste regendruppels op ons.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
22-08 Een pittige maar mooie dag
Weg bij Onoz,
23-08 Een wandeletappe
Gisteravond nog genoten van al het onweer om ons heen. Wij kregen maar een paar druppels, maar een Belgisch stel die al een paar dagen dezelfde route als ons volgt, heeft onderweg heel veel regen en onweer gehad, ze moesten zelfs een poosje stoppen omdat op de weg zoveel water stroomde dat fietsen te gevaarlijk werd. Het wordt vandaag een eenvoudige etappe met weinig beklimmingen. We fietsen door de Gorges van de L'Ain met prachtige hoge steile bergwanden en 2 kunstwerken met een oude spoorbrug en een nieuw exemplaar voor de snelweg. In Poncin spreken we een stel uit Enschede die we ons gisteren bij de eerste beklimming inhaalde, ze vonden het heel goed wat wij gepresteerd hebben, zij vonden het met racefiets al een hele opgave om dit te halen. In St. Maurice de Remens staat het Chateau van Antoine de Saint Exupéry, vooral bekend van zijn autobiografische boek Le Petit Prince en door de wijze waarop hij op raadselachtige wijze is verdwenen met zijn vliegtuig tijdens de 2de wereldoorlog bij een militaire actie boven de Middellandse Zee. Jammer dat het Chateau zo in verval is geraakt, maar het wordt nog wel jaarlijks gebruikt voor diverse culturele bijeenkomsten. In Chazey sur Ain vragen we aan de Mairie naar de dichtstbijzijnde supermarche, maar daar hebben we niet veel aan, hij heeft gelukkig wel een stempel voor de credential en vindt het een hele prestatie waar we meen bezig zijn, vooral als hij even wil voelen hoe zwaar de fietsen zijn. Waar zouden we zijn zonder navigatie en gsm, deze bieden uitweg naar de plaats St. Maurice de Gourmands, waar we ook op de camping willen staan. Er is de Petit Casino voor de boodschappen, maar voordat we naar camping les Plages de l' Ain vertrekken, bezoeken we nog even de heel mooi gerestaureerde Romaanse kerk uit de 12de eeuw, het is geclassificeerd als een historisch monument sinds 24 april 1909. In de 15e eeuw werden enkele gotische toevoegingen gemaakt. Eindelijk werd het in 2003 gedeeltelijk gerenoveerd. Een lichtknop verschaft je ongeveer een minuut op onder andere de fraaie Middeleeuwse fresco's. Vandaag een etappe van 83 kilometer. Laten we hopen dat we vanavond geen last krijgen van het onweer dat zich begint te ontwikkelen.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
24-08 1000km op de teller
Vanmorgen konden we gelukkig zonder veel om te fietsen naar de route komen vanaf de camping aan de andere kant de rivier L’Ain. We komen voor de laatste keer over de l'Ain, deze komt later in de Rhone, waar we later ook over komen en al een brede rivier is. Dan beginnen we ook aan het 2de traject van het boekje, de regio van de Isere / Drome. Precies op het hoogste punt van een beklimming komen we over de 1000 kilometer vanaf Roermond. Tot Arzay is het vooral veel klimmen en daarom besluiten we ook bij Artas het hoge gedeelte te schrappen en met een omweg over de provinciale weg naar Lieudieu te fietsen, zelfde meters omhoog, maar dan maximaal 3% stijgen en daar hebben we inmiddels geen last meer van. In Artas staat nog steeds een oud gebouw van de lokale Post, Telegraph en Telefonie, voor ons een stuk nostalgie van de PTT/KPN waarvoor wij in Nederland ook hebben gewerkt. Na 73 kilometer staan we op camping Municipal des Eydoches in Faramans met een prachtig gerenoveerde Mairie. De Via Gebenensis van Geneve naar Le Puy en Velay komt als caminowandelroute langs de camping en door Faramans. Pelgrims krijgen korting, maar als je met 2 personen inschrijft, is dit bedrag weer goedkoper. Wel heeft de campingbaas een stempel voor de credential. Vandaag was de eerste minder warme dag, dus de klimmetjes die we hebben gehad, waren goed te doen. Vanavond geen supermarche in de buurt, dus gaan we naar Ristorante/Pizzeria 100 meter lopen van de camping.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
25-08 Slechte nacht, verkeerde start
Op de camping stond al een groep met jonge voetballertjes die vandaag een toernooi hebben, we waren bang dat deze de nacht wat konden verpesten, gelukkig had de leiding dit goed onder controle en was de groep om 11 uur onder zeil. Ook was een grote groep Fransen met kinderen aangekomen en deze vonden het nodig om tot na 3 uur met veel geluid plezier met elkaar te hebben. Campingbeheerder slaapt niet op de camping, dus daar heb je niets aan. Vannacht dus weinig geslapen en als we vanmorgen aanmerkingen naar één van de groep was het antwoord dat we maar ergens moesten gaan staan. Door de alternatieve en korte route naar de camping waren we vanmorgen ook nog even onze coördinatie kwijt, toen we na het verse ontbijt van de bakker in Faramans vertrokken, kwamen we er na 1,5 kilometer achter dat we verkeerde kant opgingen, dus vanmorgen ongeveer 4 kilometer fout gereden. Gelukkig hebben we gemak van mijnheer, in het Frans de Mistral, die ons met een Noorderwind snel naar de route blies, wel daardoor een koudere en bewolkte dag. Omdat we niet alleen met fietsen en genieten van de natuur bezig willen zijn, gaan we in Hauterives naar Palais Ideal gebouwd door postbode Ferdinand Cheval voor een grillig en sprookjesachtig paleis van stenen die in tijdens 43 kilometer lange postroutes vond. Voor het bouwwerk van 26 meter lang, 12 meter breed en 8 à 10 meter hoog had hij 33 jaar nodig om te bouwen. Andere 20ste eeuwse kunstenaars werden door hem geïnspireerd. Om een beter inzicht te krijgen van dit bouwwerk enkele foto's van specifieke onderdelen. Verder hebben we weer prachtige uitzichten over het glooiende landschap. In Romans sur Isère willen we een kop koffie, maar bij de lege tafels van het restaurant op het plein is dat niet mogelijk, al de 2de keer dat we geen koffie krijgen. Iets verderop is wel een bar/terras waar het mogelijk is, we worden geholpen door een enthousiaste ober, die zelfs de bidons wil vullen met vers koud water, we vinden het niet nodig, want we hoeven niet ver meer. Wel gaan we even naar de Romaanse kerk de Collegiale St. Barnard, bekend om zijn verzameling van 9 beroemde wandtapijten. Vooral de bombastische buitenkant inspireert ons. De kerk staat aan de oever van de Isere, deze rivier in het zuidoosten van Frankrijk ontspringt op la Galise, nabij de col de l'Iséran, in het departement Savoie, en stroomt in de Rhône op enkele kilometers ten noorden van Valence, in het departement Drôme. Onderweg hebben we uitzicht op de bergruggen van de Vercors , op de voorgrond één van de vele grote velden met sorghum volgens de Superboeren uit de Achterhoek. Dit wordt in Nederland ook al als proef verbouwd als alternatief voor snijmais, met toppen die boven de 1000 meter stijgen, we laten ze letterlijk gelukkig links liggen. Nog een stukje fietsen en we komen na 88 kilometer aan in Chabieul.
's Avonds wandelen we voor een lekkere espresso en misschien een avondje wifi naar het oude centrum van Chabieul met vlak naast de rivier een poort en het prachtig gerenoveerde stadhuis. Bovenop de berg in het centrum eglise Saint Jean Baptiste, deze werd in 1862 gebouwd in de vorm van een Grieks kruis op de ruïnes van de oude parochiekerk Saint-Andéol. De veranda-achtige klokkentoren is het laatste overblijfsel van deze kerk die toegang gaf tot de kerk en is voorzien van een dak geflankeerd door vier pinakels. We staan op camping Merle in Chabieul, deze wordt gerund door Annie Merle, ook toevallig lid van de association Rhône Alpes des amis de Saint Jacques, waar we nu ook een stempel van hebben op de credential.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
25-08 Slechte nacht, verkeerde start
26-08 Zondag, uitslapen
Na de vorige onrustige nacht hebben we besloten vanmorgen uit te slapen, vooral ook omdat de supermarkt pas om 9 uur open gaat. Toch zijn we eerst rond 6 uur wakker, maar het lukt om toch nog verder te slapen en worden tegen half 9 wakker, dat is voor een fietser redelijk laat, misschien hadden we het toch even nodig. Pas na het ontbijt om ongeveer 10 over half 10 konden we dus verder met de route. Omdat we dus laat vertrokken en eigenlijk een beetje klaar zijn met de bergen, maar ook Valreas willen halen, doen we alleen de laatste beklimming van ruim 6 kilometer met 5%. De andere beklimmingen kunnen we als alternatief prima fietsen over de D-weg omdat er op zondag geen vrachtwagens rijden. Dit betekent niet vlak, maar maximaal 5% en over goede geasfalteerde wegen, ze zorgen goed voor de auto’s in Frankrijk. Ook deze routes zijn mooi met prachtige uitzichten langs de D-509 waar je ook van geniet als we klimmen. De laatste voor Valreas komt langs de ruïne de Prieuré, de overblijfselen van een Benedictijns klooster, Notre Dame la Brune. Het stamt uit de 12de eeuw maar werd reeds in 1385 verlaten. Verrassend is het kerkhof waar nog steeds lichamen van monniken liggen en waarvoor ook gevraagd wordt hiervoor eerbied te tonen. In Taulignan bekijken we nog de oude Romaanse kerk Saint Vincent, deze is afhankelijk van een priorij van de abdij van Saint Ruf. Het wordt al in 1119 genoemd. In de zestiende eeuw kreeg ze de titel van parochie, in plaats van de heilige Petrus. Eglise Saint Vincent wordt gebouwd op de top van de stad van de castrale oorsprong, in het centrum van het kasteel en tijdens de revolutie vernietigd. Het middeleeuws plaatsje heeft een oude kern omgeven met 11 torens. Na 81 kilometer staan we op camping La Coronne in Valreas, het seizoen is hier inmiddels voorbij, want ongeveer 80% van de plaatsen zijn leeg. We praten nog even met Tinie en Wolfgang uit Groningen, de fiets is weer gemaakt en zij gaan morgen verder richting het zuiden en wij gaan na Rocheguide richting het westen.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
27-08 Naar het westen
Vandaag verlaten bij Rochegude de route naar het zuiden om richting Narbonne te gaan. Het stuk naar Pont St. Esprit is grotendeels dalend dus we hebben in vlot tempo bijna 40 kilometer afgelegd. In Suze la Tour de staat het robuuste château Féodal uit de 12 tot 14de eeuw, een compact en goed bewaard gebleven vesting, die nog een periode in het bezit geweest van de prinsen van Oranje. Op de binnenplaats zijn nog mooie renaissance gevels. Het kasteel is nu vooral bekend door de Universite du Vin, uniek in Europa en open voor publiek. In juli en augustus wordt er een muziekfestival gehouden. In het historische stadje zelf is de laatgotische gevel van het stadhuis zeer de moeite waard. Uiteraard ontbreekt de wijnkelder niet. Bij Pont St. Esprit stort de Ardeche zich, soms met donderend geweld in de Rhône, samen komen ze dan onder 1 kilometer lange brug uit de 13de eeuw. 19 van de 25 boven zijn nog in originele staat. Indrukwekkend is de kerk 17de eeuwse St. Pierre kerk, helaas gesloten en omdat hier de Via Tolosana langs komt, ook een route naar Santiago de Compostela, proberen we een stempel van de kerk te krijgen bij de Toerist informatie, helaas is alleen een stempel van het VVV mogelijk. We fietsen door de vele wijngaarden van de cotes de Rhône met uitzicht op Chartreuse de Valbonne. Na een korte maar snelle afdaling hebben we te laat in de gaten dat we over de oude brug met zijn mooie bogen komen met de spitse stroombrekers van de rivier de Ceze komen, het is wel druk met de vele toeristen waar we tussendoor moeten fietsen. Hierdoor missen we ook het uitzicht op het plaatsje la Roque sur Ceze. We slapen vannacht op camping les Cascades in la Roque sur Ceze, deze camping ligt aan de rivier de Ceze, een prachtige rivier met een grillig stelsel van watervallen en rotsen om vanaf te springen.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
28-08 Van de Rhône naar de Gardon
Vandaag fietsen we door de Languedoc. “Langue d'Oc” is de taal (letterlijk taal van het zuiden, ook wel occitaans genoemd) die in de middeleeuwen in geheel Zuid-Frankrijk werd gesproken. We nemen bij Sabran toch even de klim naar het ruïne van het gelijknamige kasteel en de capelle st. Agatha uit de 12 tot 14de eeuw, vanaf deze hoge plek heb je een prachtig uitzicht op de route waar we vandaan kwamen. Bovenop het kasteel staat een groot beeld van de maagd Maria, daar hebben we beiden maar even een schietgebedje gedaan , baat het niet, het schaadt zeker niet, maar later blijkt dat ik toch voor de 3de keer opa ga worden, als alles goed gaat. Gelukkig kwamen we toch nog langs een veld met zonnebloemen volop in bloei, of deze opbrengst nog geoogst wordt, weten we niet, dikbezaaid was het zeker niet. In St. Quentin de Poterie zijn inmiddels weer veel pottenbakkers en glasblazers terug gekomen om het plaatsje nieuw leven in te blazen. Vroeger werden hier de geglazuurde tegels van Palais de Papes in Avignon gemaakt. We fietsen door Uzes, voor een aantal van ons een plaats waar we al een paar keer geweest zijn, maar toch even langs het kasteel van de Duce en over het plein met de vele terrasjes, leuk elke keer weer een herinnering ophalen. Uzes is zeker een plaats om een aantal uur door te wandelen met de vele winkeltjes en wat er te zien is. Tussen Uzés en St. Martin de Londres loopt de route ten noorden van Nimes door de Garrigues, een uitgestrekt onvruchtbaar kalkplateau bezaaid met rotsblokken. Inmiddels zijn er wel voldoende wijnvelden die het wel een beetje groen houden. Hier zien we ook dat de druivenoogst al is begonnen en wijnboeren de oogst voorde coöperaties binnenbrengen. We komen ook over de rivier de Gardon waar we in 2015 bij de camino Monstruoso ook over gekomen zijn en op een camping hebben geslapen, of we in 2010 ook over deze rivier gekomen zijn, weten we even niet meer. In deze regio zijn ook veel lanen met platanen, maar deze vonden wij tot nu toe het mooiste. Hoe zuidelijker we komen krijgen we het geluid van de sprinkhaan steeds vaker te horen en kruist ons ook het pad van de hop, die verschrikt opvliegt als we langskomen. Wel hebben we op deze vlakte wat last van de zuidenwind die vandaag opstak, maar gelukkig kon de we op tijd de camping Municipal le Garanel in Sommieres halen, iets van de route maar niet ongunstig voor het vervolg.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
28-08 Van de Rhône naar de Gardon
29-08 Stukje Camino Monstruoso
Na een benauwde en klamme nacht en een flinke regenbui en weer een groep Franse jongeren die laat in het donker arriveerden, maar dan ook doorgaan tot na 2 uur in de nacht, was het weer niet zo'n fijne slaapnacht. We fietsen de l' Herault in, de meer vruchtbare gedeelten worden uiteraard gedomineerd door de wijnbouw. Op de top van de eerste klim is normaal een mooi uitzicht op Pic Saint Loup (658 meter), maar helaas is hij grotendeels in de nevel gehuld. Aan de andere kant staat wel een grillige berg volop in de zon. Het eerste kopje espresso drinken we in St. Martin de Londres met een authentiek oud centrum en een vrijwel geheel intact gebleven Romaanse kerk met een koepel en een prachtig voorportaal. De volgende 30 kilometer is het klimmen en dalen met prachtige uitzichten op de rivier de Herault waarvan we later ook de Gorges doorfietsen, een stukje herinnering van de Camino Monstruoso van 2015, het stukje van Causse de la Selle tot St. Guilhem le Dessert hebben we in dat jaar ook gehad, toen 39 graden, nu slechts 29. We drinken een espresso op hetzelfde terras. Guilhem is occitaans voor Willem (van Oranje) die hier in 804 na vele jaren van gevechten hier het licht zag en Abbaye van Gellone stichtte. De relikwieën en de crypte van St. Guilhem trokken veel pelgrims aan en werd een belangrijke pleisterplaats op de route naar Santiago de Compostela, gelukkig krijgen wij een stempel van de kerk bij de Toerist Info. Dit keer gaan we ook even het centrum in, een prachtig aaneenschakeling van rustieke straatjes en gebouwen. De route gaat verder door de Gorges de l' Herault en natuurlijk langs de Pont du Diable (duivelsbrug) waar ook nu weer jongeren van de hoge rotsen in de rivier springen. Na een dag van veel kijken naar mooie uitzichten en plaatsjes gaan we door naar de camping in St. André de Sangonis, helaas gesloten en door de buurman worden we verwezen naar camping de Pont in Gignac. Helaas dus vandaag na 78 kilometer een extra 5 erbij. Van de campingbeheerder horen we dat de andere camping al 2 jaar dicht is. Morgen maar even kijken hoe we weer op de route komen.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
29-08 Stukje Camino Monstruoso
30-08 Middellandse Zee
Vandaag eerst ruim 20 kilometer overbruggen om weer op de route te komen, deze gaat de rest van de dag alleen maar door de wijnvelden van de Languedoc, dus de route is wat eentonig en veel dus ook niet over te schrijven. We proberen vandaag de Middellandse Zee te bereiken maar door de slechte wegen en onverharde paden met de tegenwind is dit een hele kluif. De druiven worden veelvuldig geoogst en dat gebeurt niet meer handmatig wat wij gezien hebben. Eén man zit op een rijdende machine die aan beide zijden van de druivenrij de rijpe druiven er af haalt. Eén tractor met kar staat klaar om de pluk naar de coöperatie te brengen. Achterop de kar staat genoteerd welke druif er geplukt is. Omdat we benieuwd zijn hoe de druiven smaken, nemen we het er goed van, ieder een paar trosjes, ze zullen het wel niet merken. Ze zijn heel zoet en als de handen weer droog zijn, blijven ze pikken van de vele suiker die er in zit. Onderweg komen we over het Canal de Midi, ook weer een stukje herinnering van de Camino Monstruoso van 2015. Bij Colombiers verlaten wij de route naar Narbonne om de eerste mogelijkheid naar de Middellandse Zee te komen. Volgens de navigatie is de weg bovenlangs voorbij Nissan lez Enserune de kortste weg en nemen we die, een korte maar weer stevige klim, maar deze wordt beloond door een mooi gerestaureerde molen (Moulin Balaye) uit de 17de eeuw. Deze karakteristieke molen deel uit van een 3-tal gelijktijdig gebouwde molens, de andere zijn le Moulin de Tiquet en Delon, die verder op deze bergrug moeten staan. Na ruim 90 kilometer zien we vanaf de berg de Middellandse Zee en na de boodschappen naar camping Municipal Pissevaches in St. Pierre de la Mer. In het plaatsje is een bijeenkomst van honderden speciale motoren, als we door een haag van mensen fietsen worden we stevig aangemoedigd. Op de camping is het gras verdwenen en staan op de plaats met grit. Met deze fietsdag zijn we ongeveer over de helft, maar of we de 2de helft ook in 19 dagen halen, betwijfelen we, eerst een paar korte routes met wat rust en dan over de Pyreneeën naar Vic, dat worden nog een paar lastige dagen.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
druiven worden veelvuldig
31-08 Langs de kust
Vanmorgen laat vertrokken omdat we pas om 9 uur konden betalen, waar we eigenlijk nog wel een beetje moeite mee hadden. De 3 verschillende airco's van de supermarkt hebben de hele nacht staan loeien en rammelen. Met de minder horen doppen van Beter Horen viel het nog wel maar je kan het toch proberen. Op de boulevard in en tussen de plaatsjes langs de zee zijn fietspaden aangelegd, wat het fietsen een stuk makkelijker maakt met hele autoverkeer. We kunnen niet helemaal langs het strand naar het zuiden, deze regio zijn veel etangs en natte zone's landinwaarts, maar voor we de Middellandese Zee verlaten. Als we een paar keer op de navigatie kijken hoe we bij de route komen worden we geholpen. Als we uitleggen dat we een fietspad langs een kanaal zoeken, worden we de juiste weg gewezen, in rap Frans verstaan bij de ecluse (in het Nederlands sluis) naar links, dus doe dat dan ook en volg later niet de navigatie. Deze stuurt ons een weg op die na ongeveer 1,5 kilometer doodlopend is, althans afgesloten met een hek staan we 1 meter voor het kanaal. Op deze weg zien we wel weer mooie koeien in een weiland vol water grazen en die hadden we anders weer niet gezien. Even later een onverhard fietspad langs het Canal de la Robine, dit kanaal in de Zuid-Franse regio Occitanië. Het werd gebouwd in de 17e eeuw kort na de opening van het nabijgelegen Canal du Midi als een zijtak hiervan opdat ook Narbonne zou kunnen profiteren van deze nieuwe transportweg richting Toulouse en Bordeaux. In eerste instantie verbond het kanaal de Aude bij Moussan, om via Narbonne de Middellandse Zee te bereiken bij Port-la-Nouvelle. De enkele resterende kilometers tussen de Aude en het Canal du Midi moesten nog steeds over land overbrugd worden. Zowat een eeuw later werd tussen beide het Canal de Jonction gegraven zodat een directe verbinding over water ontstond. Het Canal de la Robine telt zes sluizen om het hoogteverschil van 8,3 meter te overwinnen. Met de wind in de rug gaat het heel snel en voorbij de etang de l'Ayrolle komen we in Port la Nouvelle waar we naar een camping gaan zoeken en het wordt de Municipal in Leucate Plage, waar Theo geregeld met zijn camper in het najaar naar toe gaat. Leucate plage en zijn omgeving is een eldorado voor kite en windsurfers wat vooral komt door de binnen meren en de vaak aanwezige winden. Het eerste deel is nogal een dor gebied, maar later komen we weer door de wijngaarden van het departement Aude en we laten ons de druiven weer goed smaken. Als de tent staat nog even naar de boulevard voor een koud biertje en even op het strand en de zee in, dat zullen we de komende weken niet meer zien.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
01-09 Richting Pyreneeën
In eerste instantie zouden we een middagje rust in Perpignan nemen, maar de camping die we Google Maps hadden gevonden, bleek na gedegen onderzoek niet een camping maar het huisadres van een beheerder van een camping ergens anders. Dan maar de hoogtepunten van Perpignan en vast beginnen aan de midi-Pyreneeën. Voordat we de stranden boulevards gaan verlaten, nemen we op het laatste terrasje nog een lekkere espresso, je kan zien dat het seizoen voorbij is, want de terrassen zijn leeg en de bediening heeft er ook niet veel zin meer in. In de regio wordt goed voor de fietser gezorgd. Er zijn veel Voie Vertes en wij fietsen de 7 kilometer van Voie Verte de l' Agly langs de Rivesaltes, op dit moment een leegstaande rivier maar dat in de de regentijd anders zijn met de landinwaartse bergen. In Perpignan gaan we naar de cathedrale St. Jean Baptiste, gebouwd door één van de belangrijkste architecten van die tijd, de Mallorcaan Guillem Sagrera. Hij koos voor een enkel, groot schip en het werd voltooid in 1509. De portiek is uit de 17de eeuw en in de 18de eeuw werd hij versierd met een smeedijzeren campanile. Ook is er in de cathedrale een Jacobskapel en zou je toch verwachten dat er een stempel te scoren is, helaas is het bureau in de kapel gesloten tussen 12 en 3 uur, dus maar weer 1 bij het Toeristenbureau gehaald. Le Castillet, het embleem van de stad is de oude hoofdpoort van de ommuring. In de 17de en 18de eeuw werd het een gevangenis. De kloosterbegraafplaats Campo Santo is een mooi plein met langs de kant in de nissen de wapenschilden van de rijke Peruviaanse families, helaas wordt dit plein ook gebruikt voor concerten en staat volgebouwd met podium en stoelen. Na Perpignan beginnen we aan de eerste beklimming naar 280 meter, vast een mooi opstapje wat ons de komende dagen te wachten staat, onderweg een mooi plaatje waar we naar toe gaan. Daarom hebben we de komende 3 dagen verdeeld in korte etappes van gemiddeld 50 kilometer naar Vic waar de eerste alberque overnachting al is gereserveerd. Na 68 kilometer staan we op camping El Comu in Llauro en hebben vanaf de kampeerplaats uitzicht naar de Middellandse Zee op ongeveer 20 kilometer afstand, wel hebben we de wind vol in de flank van de berg staan, dus we hopen dat hij vanavond wat gaat liggen, des te langer kunnen we ervan genieten.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
02-09 Pirine Xus
Vanaf de camping eerst over de col de Llauro maar dan beginnen de Pyreneeën. Toen ik de route tussen Narbonne en Vic in Spanje aan het maken was, waar de camino begint, vond ik een aantal Voie Vertes waar we gisteren al veel van hebben gefietst maar ook de Pirine Xus, een rondtocht van ongeveer 370 kilometer waar wij er ongeveer 80 kilometer van zullen fietsen. De eerste 15 kilometer van de route is over een oud spoortracé met een maximale stijging van 2% over een oude spoorbrug en door een tunnel. Bij el Pont de Ceret hebben ze ook een Pont de Diable alleen geloven we niet dat daar ook vanaf springen zoals in de l' Herault, de rivier er onder heeft niet zoveel water in zijn bedding staan. Vanaf Arles de Tec moeten we verder op de D-weg en deze begint vanaf el Tec toch iets steviger te stijgen maar krijgen we ook een paar mooie uitzichten richting de hoge bergen en de rivier de Tec. Het is weer zondag dus een beetje een rustdag voor wat betreft de lengte van de dagafstand. We staan na 46 kilometer op camping Can Nadal in Prats de Mollo, waar morgenochtend ook meteen de beklimming naar col d'Ares op ruim 1500 meter begint, gelukkig zijn we al gevorderd tot de 800 meter. Vanavond eten we buitentents in het plaatsje gelukkig op loopafstand. Het is een versterkte middeleeuwse stad met een kerk St. Juste uit de 13de eeuw binnen "versierd" met een gouden achtergrond van het altaar en een aantal terrasjes in de benedenstad en een citadelle in de bovenstad, die gebouwd is om de nieuwe landgrenzen tussen Frankrijk en Spanje te verdedigen na het Pyreneeënverdrag van 1659, deze bezoeken is iets te veel gevraagd na de klimmeters van vandaag en wat ons morgen te wachten staat.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
03-09 Col d'Ares
Vanmorgen na het ontbijt begonnen aan de beklimming van 13,1 km naar col d'Ares met gemiddelde stijging van 6% en maximaal 8,3% naar 1513 meter. Deze col opnemen in de volgende camino naar Santiago de Compostela komt door een fotootje door Erna en Theo gestuurd tijdens één van hun camperreizen door zuid-frankrijk en noord-Spanje met de afbeelding van een Jacobsschelp en de Camino Saint Jaume. Je vraagt je af waarom doe je het? Gewoon een uitdaging met fraaie uitzichten. Doe je het nog een keer zoiets? Misschien nooit meer, maar je weet nooit wat er op je pad komt. Bovenop de col is ook de grens met Spanje, deze grens is ook meteen de waterscheiding van de rivieren, ten noorden gaat naar Frankrijk, ten zuiden naar Spanje. Catalonië is aan beide zijden van de Pyreneeën aanwezig maar alleen in Spanje zien we de symbolen van de wens van onafhankelijkheid, een gele lasso. Van de afdaling geniet je naar zo'n uitdaging met volle teugen. Na een verdiende espresso in Camprodon gaan we het oude stadje bekijken welke is ontstaan rond het klooster van Sant Pere gebouwd in de 10de eeuw, maar helaas niet open voor bezoek. Wel is de eglise Ste Marie geopend, de binnenkant is nogal somber van uitstraling, maar wel prachtige kerkschatten met mooie versieringen. Er is ook hier een prachtige boogbrug uit de 12de eeuw zoals er in deze omgeving veel van zijn, deze gaat over de Ter-rivier waarvan er het dal de komende kilometers over de PirineXus fietsroute over de weg en enkele onverharde en betonnen paden zullen volgen. Camprodon en zijn omliggende regio staat bekend om de vele soorten droge metworsten met bijna in iedere straat wel een vitrine vol Dat niet alle aanwoners en/of Spanjaarden mee werken aan een mooie fietsroute, blijkt later als een boer het pad heeft afgesloten met een hek en een andere mountainbiker ons aangeeft dat de route naar Ripoll goed te fietsen is, even later moeten we een zandpad beklimmen wat met onze fietsen onmogelijk is. De bedenkers van de route weten dit ook want er wordt inmiddels een prachtige vrij fietspad aangelegd naast de provinciale weg. Bij Sant Joan de les Abadesses verlaten wij de PirineXus om een andere route over de oude spoorlijn van de ijzerspoorlijn te volgen, de route del Ferro, een prachtig aangelegd betonnen fietspad tot Ripoll. Ook Riool heeft een prachtig oud centrum, onweersbuien zorgen er voor dat we 's avonds na het eten niet meer van de camping komen. We zoeken een afdakje om te koken en gaan er vanuit dat het morgen weer beter is, als we de weersvoorspellingen mogen geloven. Na 68 kilometer staan we op camping Solana in Ripoll, morgen hoeven we niet zo ver en gaan vertrekken als de tent droog is, als dat gaat lukken met dit weer, want we weten niet precies wanneer deze weer gebruikt gaan worden.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
04-09 Naar de camino
Vanmorgen moest eerst de gewassen kleren en vooral de tent droog zijn, want het is niet zeker wanneer we deze weer gebruiken en dat wordt lastig na de hevige onweersbuien van gisteravond. Alles is door de vochtige lucht heel nat en de zon komt pas tegen 10 uur op de camping. Dus kunnen we langer blijven liggen en dat lukt ook zowaar, een paar tassen kunnen we inpakken maar de rest moet wachten. De Lidl is dichtbij en daar ons ontbijt gekocht. Als alles droog genoeg in de tassen zit, kunnen we vertrekken. Ik heb thuis een track gemaakt naar Vic maar dat is via een smal bergweggetje, terwijl er voor de camping een fietspad richting Vic gaat. Van de receptioniste begrijpen we dat deze doorloopt, maar we gewoon over de snelweg verder mogen dankzij protestacties van de bewoners van de plaatsjes langs de nieuwe snelweg. Op de borden staat dat fietsen alleen maar toegestaan wordt op de vluchtstrook, dus we gaan langzaam afdalend, met het langszoevend verkeer naast ons, fietsen door 5 van de 7 tunnels. Dan krijgen we borden die ons er vanaf willen hebben, maar ook de auto's geven dit luid toeterend aan en via een oprit toch maar de gewone weg opgezocht. We hebben dus een paar plaatsjes gemist, het eerste plaatsje met oude kern is Manlleu met op het plaça Fra Bernardi een mooi uitzicht op de parochiekerk Santa Maria de Manlleu van 906, helaas gesloten. Het plaça is één van de grootste porticadapleinen van Catalonië met de bron Font de la Mare Deu uit 1718. De natuur waar we doorkomen is niet fraai, dus laten we hopen dat dat in de komende dagen weet terugkomt of zijn we verwend de afgelopen tijd. We fietsen door naar Vic naar de gereserveerde hostel Canonge Collell, met 40 kilometer de kortste afstand tot nu. De fietsen in de kelder en voor eerst een 2-persoons kamer met douche en wc. Na incheck gaan we naar het oude centrum van Vic en wandelen langs de belangrijkste bezienswaardigheden, zoals het Plaça Major, ook hier weer veel porticadas, het blijkt dat deze gebruikt werden om de paarden te stallen tijdens de markten en dergelijke en la Catedral de Sant Pere ingewijd in 1803 een immens gebouw met grote vierkante zuilen en ook hier weer een donkere inrichting, veel in deze regio. Na een koud Estrella Damm biertje op het terras besluiten we toch maar naar het hostel terug te gaan omdat er weer donkere wolken aankomen en het zou zo jammer dat de schoon aangetrokken kleren nu al smerig en nat worden, we zijn nog geen fatsoenlijke wasmachine tegen gekomen en hoe het voelt om na ruim 3 weken op een "normaal" bed te liggen. Vanavond diner in de hostel om half 9, we verwachten hier nog geen pelgrims, maar zijn wel benieuwd wie er aan tafel zitten. Vanaf morgen volgen we de Camino Catalan tot Zaragoza.
Vanavond hebben in het restaurant van de hostel gegeten, maar we krijgen vaak voor, tijdens of na onze fietstochten de vraag wat we eten als we zelf koken. De foto's hieronder de ingrediënten en het resultaat. Dan weten we zeker dat we voldoende calorieën binnen krijgen.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
05-09 Een dilemma
Vanmorgen een ruim ontbijt in het jeugdhostel, we weten niet of ze gewend zijn dat er zoveel gegeten wordt, maar we hebben er van genoten en voldoende om te starten. Gisteren besloten dat een korte route naar Manresa en dan door naar Montserrat te ver is vooral met de zware beklimming op het laatst om dan ook nog wat tijd te hebben om daar rond te kijken. Dus dan maar de originele route l' Estany en Artes naar Manresa, maar de eerste onverantwoorde en onverharde weg was om met onze zware fietsen verder te gaan. We zijn benieuwd wat de Spanjaarden bedoelen met gezamenlijke fiets en wandelroute, het lijkt ons dat dit gewoon voor gezinnen mogelijk moet zijn. Er kwam een vrouw aanrijden die aangaf dat de route alleen geschikt is voor mountainbike. Gelukkig geeft de gps een alternatief richting Manresa, wel over een bergje met ruim 450 klimmeters col La Pullosa op 917m, maar een alternatief is er niet. Gelukkig krijg je bij elke berg een mooi uitzicht en afdaling. Nu komen we wel heel vroeg aan in de gereserveerde auberghe van Manresa, weer een dilemma, vroeg stoppen of over een bergje met 300 klimmeters naar Igualada. In de verte zien we wel de bergketen waar het klooster van Montserrat tegen moet liggen, bij een volgend vakantiebezoek aan deze regio moeten we dit klooster zeker bezoeken. We fietsen door tot de splitsing en de lunch wat te doen. Het wordt door naar Igualada, dus nog een bergje er bij, morgen nog wat, maar dan zal het in de komende dagen op de camino Catalan minder klimmen worden. Na bijna 90 kilometer komen we aan in Igualada en halen de sleutel op bij de receptie het verzorgingshuis en gaan naar het gerenoveerde portiersgebouw van het oude slachthuis. Vanavond is de bedoeling een menu del dia of iets dergelijks te eten, maar we kunnen maar één restaurant vinden met gedekte tafels en willen meer keus hebben, een cafetaria met vliegen op de worsten is ook niet appetijtelijk. Dus naar de supermarkt voor een kante-klare pastamaaltijd die in de magnetron kan, wat een weelde.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
06-09 2000 kilometer
Vanmorgen kwam een lid van organisatie Camino Sant Jaume ons veel gezondheid en buen camino wensen. Lastig om Spaans te verstaan, maar translate maakt veel duidelijk. Hij begon ook over de volgende alberque, maar wees de eerstvolgende in Cervera aan, wij gaan alleen per dag verder dan de wandelaar. Hij heeft ons wel geholpen, want de alberque in Bell-lloc d'Urgell was niet verstandig. Eén eerder was een betere oplossing maar de alberque in Alcoletge is nieuwer, we zullen proberen deze te halen en onderweg te bellen om te reserveren. Vandaag voorlopig de laatste hoge beklimming en willen we bekijken of hier de wandelroute wel gefietst kan worden. Na de beklimming wordt het een licht glooiend en ook heel verschillend landschap. Maar als de track anders doet dan de gele pijlen en je deze dan ook mist, lukt het tot Tarrega niet om de route te vinden. De aanleg van de snelweg tussen Barcelona en Lleida heeft de plaatselijke infrastructuur wat in de war gebracht. Maar daarna lukt het toch om op de onverharde wegen te komen en daar fietsen gaat prima, maar een om dit een hele dag te doen denken we dat dit niet verstandig is aangezien zwaarder fietsen en de kans op lekke banden is groter. Het zal dagelijks een mix van provinciale weg en de onverharde wegen worden. De kleine plaatsjes hebben weinig te bezichtigen maar het place major en de iglesia de Santa Maria del Alba van Tarrega is de moeite waard en zelfs iemand van de kerk probeert een stempel te organiseren, alleen de administratie van de kerk is pas om 3 uur open. Na de lunch waar weer diverse mensen naar onze fietsen kijken, gaan we naar de onverharde route en fietsen we een tijdje langs het Canal d'Urgell en inmiddels hebben de wijngaarden plaats gemaakt voor landbouw, varkenschuren en fruitteelt, dat laatste vonden we niet erg, want een appeltje voor de dorst helpt altijd. We hebben contact met de beheerder van de alberque in Alcoletge en deze zal er om 6 uur zijn om ons binnen te laten. Dat betekent de laatste 20 kilometer rustig aan doen en eerst maar een espresso op het terras. Vandaag gaan we over de 2000 kilometer op de teller, maar of dit overeenkomt met de tracks op de gps vertrouwen we niet helemaal. Vanavond of morgen maar eens checken wat de werkelijkheid is, zodat we over de terugvlucht kunnen gaan nadenken. Na 93 kilometer zijn we veel te vroeg bij de alberque in Alcoletge, dus maar eerst een Estrella Damm op een terrasje. Vanavond eten we geen pelgrimsmenu maar een heerlijke entrecote met toebehoren bij Bar Teo uitgezocht door Theo, wat heeft een pelgrim het zwaar.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
07-09 Jacob helpt
Vanmorgen vertrokken we na een heerlijke nacht in een prachtige herberg. Voor 9 uur kwamen we door Lleida en dat is voor de Spanjaarden te vroeg om alle gebouwen open te stellen voor toeristen. Voor het oude gedeelte moet je een berg, dus niet verstandig om te doen. We proberen in de komende kilometers nog een paar keer de hostels in Bujalaroz te bereiken, tot op heden is dat de laatste 3 dagen niet gelukt per telefoon en/of mail. In Fraga op een terrasje na de 3de espresso lukt het eindelijk maar helaas zijn beide hostals vol, er is een groot evenement in de plaats begonnen. De andere slaapplekken die op Mundicamino site staan, zijn niet bereikbaar, bezet of gesloten. Als Theo de lunch aan het kopen is, spreek ik de Guardia Civil aan dat wij een probleem hebben voor een volgende slaapplaats en of zij weten of er bus naar Zaragoza gaat die ook de fietsen mee neemt, deze gaat pas om half 7 vanavond, zij weten even geen oplossing. Wij besluiten langs de route national te gaan met de hoop daar een hostal te vinden. Als we Fraga net uit fietsen, komt dezelfde Guardia Civil in zijn eigen auto langs rijden, hij zegt dat er in Penalba een Nederlandse bareigenaar is, misschien weet hij een oplossing. Na een warme fietstocht langs de route nacional bereiken we Penalbo en het eerste bar is ook de juiste. De eigenaar belt een paar adressen en de casa rural El Balsetol van Felicia is vrij voor 1 nacht. Zou het dan toch weer zijn dat Jacob zijn pelgrims helpt die onderweg zijn. In het dorp is ook een supermarkt voor het ontbijt en een restaurant voor vanavond. Na 80 kilometer zijn we dus in Penalba. In de casa rural ontmoeten we de eerste wandelpelgrim Margret die de route in de andere richting loopt, zij vindt de 4a5 wandeldagen in deze regio niet fijn om te wandelen, weinig voorzieningen en de natuur is ook niet fraai. Wij kunnen dat vandaag ook beamen, na Zaragoza moet dat weer beter worden.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
08-09 Niet onplatbaar
Gisteravond het eerste menu del dia gegeten, het was perfect en dat voor de kosten van €11,00 inclusief een flesje vino Tinto, dat zal vandaag wel niet lukken. Eerst het slechte nieuws van vandaag, een Schwalbe band kan een glassplinter en een punaise hebben maar een stukje staaldraad was iets te veel van het goede. Gelukkig hadden we het lek snel boven en waren we met 20 minuten weer op pad. Vanmorgen na een geweldige nachtrust, pas om half 8 wakker worden, weer op pad en eerst over een onverhard pad richting het asfalt. Op de foto ziet het er best prima uit en we denken dat het in het voorjaar ook best mooi zal zijn, nu is het vooral een droge bedoening. We willen het elke dag proberen, maar een hele dag is gewoon te veel vragen van je uithoudingsvermogen en spieren. Er is in deze regio ook maar 2 mogelijkheden tussen de plaatsen, onverhard of de route nacional. Het onverharde pad loopt grotendeels parallel met het asfalt en dan is de keuze snel gedaan. We hopen dat dit na morgen beter zal gaan want dan gaan we naar de camino Castellano-Aragones. Margret de wandelaar die we gisteren spraken had het over een regio zonder voorzieningen, ze had vanuit Zaragoza 40 kilometer gewandeld en toen met de taxi terug naar de startplaats en de volgende morgen met de taxi naar het eindpunt, andere mogelijkheid was er niet om dit stuk te wandelen. Ben je een stukje onderweg zie je ineens de ermita de St. Jorge midden in het land zonder iets in de omgeving, zou het een pleisterplek voor de pelgrim geweest zijn. Op het internet terug gevonden dat deze kerk aan de Camino Ignacio staat en ook op enkele dagen in het jaar geopend is, binnen staan een aantal beelden Santiago. Ignatius van Loyola was een Spaanse geestelijke die werd geboren in het kasteel Loyola bij Azpeitia op 24 december 1491. Van Loyola staat bekend als oprichter (in 1539) en eerste generaal overste van de Jezuïetenorde. De route begint in zijn geboortedorp Loyola. Hij reisde als ridder in 1522 naar de grot van St. Ignatius in Manresa vlakbij Barcelona, waar hij enkele dagen verbleef. Van Loyola wilde eigenlijk verder naar Jeruzalem. Maar het verhaal erachter is bijzonder. Van Loyola reisde bewust tegen de gangbare pelgrimsroute in. In dit tijd gingen er al talloze pelgrims vanuit Barcelona (Montserrat) naar Santiago de Compostella. Oftewel de andere kant op. Hij raakte gewond bij de Slag om Pamplona, en begon tijdens zijn ziekbed veel te lezen over religie en geloof. Hij herstelde niet helemaal en begon als geestelijke het woord te verkondigen.We fietsen door de Sierra de Alcubierre een uitgestrekt gebied met een halfdroog klimaat met weinig waterval en hoge temperaturen in de zomer met veel zoutwater lagunes. Wat afstanden en de weinige schaduwplekken lijkt het een beetje op de Meseta van de camino Frances, maar dan met heuvels. De representatieve plaats Pina de Ebro is bekend vanwege zijn schoonheid. Het Plaza España wordt omringd door het stadhuis met bogen, torens, kerk, paviljoen en bos met park worden beschouwd als het neuralgische centrum van de stad. De Iglesia de Santa María is de kerk van het klooster van San Salvador met een mooi beeld van Santiago. De bouw is begonnen in de 16e eeuw in gotische-mudejarstijl. Het werd voltooid een eeuw later in de zeventiende eeuw met elementen van de barokke stijl. De Campanario toren behorende tot de oude kerk van Pina en die onlangs werd gerestaureerd als gevolg van het bombardement tijdens de Spaanse Burgeroorlog, waarbij de kerk waartoe zij behoorde, werd vernietigd. Vandaag is het een symbool van de stad vanwege de zorgvuldige restauratie. Vanaf Pina de Ebro volgen we de Camino de Ebro langs de gelijknamige rivier de Ebro en natuurlijk weer even het onverharde proberen, maar na een kilometer of 10 is het weer genoeg. We volgen route national naar Zaragoza waar we in de wijk El Tubo in het oude centrum met kleine smalle straatjes en steegjes, afgewisseld met gezellige pleinen en terrassen. Dit is de plek waar de lokale bevolking heen gaat om tapas te eten of ’s avonds een drankje te doen in een van de bars. Proef in El Tubo de echte Spaanse sfeer worden met muziek ontvangen en gaan met 86 kilometer op de teller naar het Youthhostal de Zaragoza waar pelgrims 10% korting krijgen. Dat we een slaapplek hebben is een gelukje, want het is een jazz feestweek, ook vanavond jazz-muziek in de kelderbar. We hebben na de douche de Catedral de Salvador (la Leo) van Zaragoza bezichtigd, wat een immens gebouw met veel kleine kapelletjes intern, waar een trouwerij en een doopplechtigheid aan de gang is. De kathedraal, in de volksmond ‘La Seo’, is een kerk die gebouwd is tussen de 12e en 17e eeuw. Door de lange bouwperiode is de architectuur een mix van romaanse, gotisch barok en mudejarstijl. Er zijn zelfs overblijfselen uit de periode dat er een Romeinse tempel en Moorse moskee stond. De kerk is gratis te bezoeken, alleen voor het beklimmen van de toren wordt een kleine bijdrage gevraagd. (Adres: Plaza de la Seo, 4). In Zaragoza is het Plaza del Pilar is het langste plein van Europa met zijn 1500 meter lengte. Het is weer 30+, dus lang door het centrum lopen is niet verstandig, we zoeken een restaurant voor vanavond en dan de benen omhoog in onze 2 persoons kamer.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
09-09 Amigos de Camino
Eerst maar even over het eten van gisteravond, een menu van €8,80 is echt niet genoeg voor een pelgrimfietser, dus ergens anders nog maar een bordje pasta erbij gescoord. Terug in de hostal toch maar het voetballen afgekeken. Ook de terugvlucht geboekt, maar dat gaf nogal wat problemen, Visa-card werd niet herkend door Vueling de vliegmaatschappij die rechtstreeks naar Schiphol gaat. En als WiFi en internet ook niet optimaal is, moet je eigenlijk stoppen en op een beter moment opnieuw proberen. Toen alles toch leek te lukken en de reservering binnen kwam, bleek de 2de voornaam van Theo verkeerd te zijn, vandaag maar verder kijken. Na een hete nacht in het hostal en een gratis voldoende ontbijt, waar we eigenlijk niet veel van verwacht hadden weer verder naar de Camino Castellano-Aragones waar de schapen door de herder met zijn hond naar een andere locatie wordt gebracht. Dan komt de pelgrimfietser Antonio ons helpen naar er prachtig geasfalteerd fietspad langs de snelweg en fietst met ons mee naar het volgende dorp en wijst ons verder de weg over asfalt, maar waarschijnlijk begrijpen we elkaar niet helemaal, als we na de koffie verder gaan, komen we weer terecht op een onverharde weg, maar nu ook erg vies van de regen van vannacht, met voldoende hulp komen we weer op de route national en gaan verder naar Borja om daar morgen aan de Camino Castellano-Aragones te beginnen. De camping/alberque waar we naar toe willen reageert niet op een telefoontje, dus met de mundocamino website vinden we een prima pension met alleraardigste eigenaar,waar we vannacht prima kunnen slapen. Borja heeft een uitgebreide Centro Urbano met veel historische gebouwen en aantal pleinen waar toerisme goed kan vertoeven. Met handen en voeten proberen we telefonisch een volgende alberque te regelen in Pozulmora en volgens ons heeft Gerardo prima begrepen dat we morgen tussen 4 en 5 aankomen. Vanavond gaan we tapas eten op het Plaza de Espana en waarschijnlijk voetballen kijken. Inmiddels staat Theo ook goed op de vliegticket dankzij Mieke op de laptop thuis, want vanaf de gsm lukt het niet, dus nog wat informatie invullen en digitaal inchecken, dan kunnen 27-9 weer naar Nederland.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
10-09 Het begon zo goed
Vanmorgen konden we heel aardig de wandelroute over het asfalt volgen en toch de mooie dingen bekijken. Vanaf het begin wel een behoorlijke beklimming maar zoals al eerder geschreven wordt deze bijna altijd beloond met een mooie uitzichten bij en na Balkon de El Buste. Hoge molens vangen veel wind, dus staan hier op bijna alle bergtoppen windmolens om energie op te wekken. Omdat we vandaag voor de natuur gaan en er toch wel wat spannende dingen kunnen gebeuren, laten we Tarazona rechts liggen en gaan meteen naar Embalse del Val, waar een fietspad langs gaat, we moeten alleen wel naar boven naar de stuwdam, daarna steeds een mooi uitzicht. Alleen na het stuwmeer moeten we met de fietsen door een ondiepe doorwaadbare plaats en de nu gelukkig smalle rivier omdat het niet veel geregend heeft de laatste tijd, in een ander jaarseizoen zullen we grotere problemen hebben gehad. Het laatste deel kunnen we niet mee met de wandelaar, maar we begrijpen niet direct waarom, het stuk wat wij moeten doen is onmogelijk te fietsen, dus grotendeels de fiets geduwd naar het asfalt. Na Agreda kunnen we niet naar de route national, het eerste deel is de A15 en daar mogen we niet op, dus toch maar naar de onverharde weg, het eerste deel gaat prima, maar de laatste 6 kilometer is over veelal beboste onverharde paden naar de Sierra del Madeiro een berg naar ruim 1200 meter hoog met stijgingspercentages tot 11% over onverhard, dus ook dit stuk lopen. Weer boven een mooi uitzicht naar beide kanten, maar of we er nu al van genieten? De afdaling is net zo steil, dus de remmen doen hun werk. Gelukkig voor 5 uur in Pozalmura en Gerardo komt ons al tegemoet en brengt ons naar de albergue en als dan blijkt dat winkel er niet meer te zijn en restaurant op maandag gesloten zijn hebben we een klein probleem, geen eten en iets te drinken, maar Gerardo helpt ons met van alles, genoeg om vanavond en morgenvroeg te eten, zelfs een biertje zorgt hij voor. Na 82 kilometer zijn we in Albergue Municipal in Pozalmura. Vanavond eten we aardappelpuree en bruine bonen en ham. Het toetje is een heerlijke sappige perzik.Voor morgenvroeg worden de eitjes vast gekookt.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
11-09 Een ander landschap
De eerste kilometers om het dorp uit te komen gewoon weer even de onverharde paden, ze hebben er hier genoeg. We rijden over de Route de los Torreones (de torenroute), een reeks van uitkijktorens gebouwd door de berbers tussen de 9de en 11de eeuw voor de verdediging van de Duero op de Christelijke herovering, bijna elk plaatsje heeft er wel één. Wel zijn deze plaatsjes inmiddels onbewoond. Ook een oude Romaanse brug is uit deze tijd. De legende, Fantasme de Masegoso wordt hier elk jaar nagebootst, over de liefdes van 2 jonge mensen en een ontevreden soldaat die verkleed als spook de mensen terroriseerden en de waterbron vergiftigde en alle mensen gedood werden. Na la Pica gaan we toch maar weer de route national op naar Soria, de hoofdstad van de provincie met dezelfde naam. De prachtige kerk concatedral de San Pedro met een gotisch uitstraling is een bezoek waard, maar helaas staan we voor dichte deuren, wat wel meer voor komt in deze regio. Op het Place Major een kopje koffie met diverse historische gebouwen zoals het Ayuntamiento (gemeentehuis) en een lange winkelstraat met een drukte van winkelende mensen. Wel is er een stempel voor de credential van het gemeentehuis. Verder zijn er nog veel bezienswaardigheden, dus wie in de buurt komt, zeker een bezoek van langere tijd waard. Als we verder gaan Abejar, fietsen we langs de Sierra de Gabrejas, een lange hoge bergketen met een steile wand, ook de natuur veranderd hier. Tot nu hadden we alleen landbouw, maar nu zijn er ook eiken en dennenbomen aan de noordzijde en junipers aan de zuidzijde van de weg. Zelfs de heide is hier ook aanwezig en staat volledig in de bloei. Na 71 kilometer zijn we in Abejar waar Theo de schroefje van de voortas verliest, gelukkig vinden we hem terug. We slapen in alberque Rural Canada Real, die speciaal voor ons geopend wordt, normaal wordt deze gebruikt voor de overnachtingen van sporters en andere groepen mensen, maar weinig voor pelgrims op weg naar Santiago de Compostela, maar dat zijn we inmiddels gewend op de route. Via de Pharmacia winkel horen we dat de zus van de eigenaar van de supermarket deze alberque beheert. Vanavond willen we eten in de cafetaria van het wegrestaurant maar de keuken is om 6 uur dicht en we verbazen ons steeds over de Spaanse eet en rusttijden dus toch maar in de lokale mercado ingrediënten voor macaroni gekocht en zelf ons potje koken. Ook een slaapplaats voor morgen is geregeld, de benedictijner monniken nemen alleen groepen aan, terwijl in de voorbereiding voor deze reis een ander antwoord was, probeer het maar uit te leggen, maar in Santo Domingo de Silos is een hostal die graag reserveert, maar alleen op naam, dus Theo zijn naam is wel het makkelijkst om door te geven.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
12-09 Prachtige en geurige natuur
Vanmorgen hadden we om half 9 met de beheerster afgesproken voor vertrek, maar we waren om 8 uur klaar en het geld voor de overnachting en de sleutels maar op de balie gelegd. We merken inmiddels dat we al een paar dagen op ruim 1000m zitten en dat is goed te merken als de zon er nog niet is, het is zelfs koud. We rijden verder over de route national en we zitten midden in de bossen voor de houtindustrie, grotendeels dennenbomen, je hoort de motorzagen en er zijn diverse houtverwerkende fabrieken. We stijgen wel naar 1234m naar de Puerto de Mojon Pardo. De eerste 29 kilometer gaan heel snel, voor 10 uur zitten we rillend van de kou in San Leonardo de Yague aan de espresso, maar gelijk om een beetje warm te worden. Hier is ook weer een nieuwe via Verde, welke we volgen tot Hontoria del Pinar, deze is in april geopend en we verwachten dat we de eerste Nederlanders zijn die er over fietsen. Nu hoeven we nog maar een klein stuk over de route national, gisteravond hebben we Google Earth gezocht naar goed te fietsen B-wegen, zodat we niet meer over de onverharde wegen gaan, hierdoor komen we vlak voor Mamolar wel langs de kapel de Santiago die de wandelaars dan weer missen. Het is een mooi gebied met weinig landbouw en veel ongerepte natuur. Hier loopt het vee in de bossen en velden en zien we een elftal koeien dat Mamolarvertegenwoordigd op een voetbalveld waarschijnlijk buiten gebruik. De streek, Campo Torcas , waarin de middeleeuwse ridder Rodrigo Diaz, El Cid, welke behoort tot de grootste Spaanse helden in de 11de eeuw vocht, is een toeristische fietsroute uitgezet, de Camino del Cid. Tijdens de reconquista vocht hij zich van Burgos naar Valencia, de stad die hij uiteindelijk op de Moren wist te heroveren. Deze fietsroute kruisen wij en voor het eerst een bordje met de afstand (525km) naar Santiago de Compostela, of wij deze route fietsen, is nog niet zeker. We blijven afdalen en zijn bang dat we voor Santo Domingo de Silos weer omhoog moeten, maar gelukkig hebben ze de tunnel La Yecla van 250 meter door de steile rotswand gemaakt. Tegen de rotswand zweven weer de bekende gieren van de eerste 2 tochten die wachten op een pelgrim die niet goed naar zijn lichaam heeft geluisterd, helaas voor hen, zijn wij dat niet. Het is te vroeg om naar de gereserveerde hostel in Santo Domingo de Silos te gaan en van de Oostenrijkse gids, die op pad is met een groep toeristen op elektrische fietsen, begrijpen we dat het klooster in Santo dicht is tot 4 uur en Covarrubias eigenlijk een mooier plaatsje is. De reservering wordt afgebeld en weer denken we dat hij ons Spaans heeft begrepen. We hoeven maar 1 hoger bergje over en gaan na 89 kilometer fietsen eerst naar de camping. We halen wat in de supermercado om de honger te stillen en onderzoeken waar we vanavond wat kunnen eten, dat zal niet veel vroeger dan half 9 zijn, want dan gaan de restaurants weer open. Covarrubias is een plaatsje met veel historische gebouwen en centraal plein met veel terrasjes en restaurants.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
12-09 Prachtige en geurige natuur
13-09 Camino Frances
Gisteravond heerlijk een menu del dia gegeten, onbegrijpelijk dat het kan voor 12 euro inclusief een fles vino Tinto de Casa. Gisteravond spraken ook de gids van de fietstochten die hij in heel veel landen organiseert, in groepsverband of zelfstandig fietsen. Hij heeft een website, Weinradel.de, thuis maar eens naar kijken, maar wie interesse heeft, kijk gerust. Best wel weer lekker in de tent geslapen, alleen vanmorgen niet droog de tas in dus dat wordt weer wat regelen. Het eerste stuk ging weer over de lokale weg met wel meteen een aardige beklimming. De schaapskudde wordt ook weer naar een andere grasweide gebracht en het is een fraai gezicht zoals de herder dit samen met zijn honden regelt. Dat el Cid geëerd wordt in deze regio blijkt wel uit een groot standbeeld langs de weg. Het laatste deel van de Camino Castellano-Aragones fietsen we weer over via Verde, het is de bedoeling dat er een aaneengesloten route komt vanaf de Golf van Biskaje tot de Middellandse Zee, El Santander -Mediterráneo, we zijn benieuwd wanneer deze in zijn geheel klaar en dan is het toch verstandig om te doen met een lichtere fiets dan de onze en misschien banden voor deze ondergrond. Het mooie van een via Verde is dat de oude tunnels ook gebruikt worden, scheelt een berg beklimmen. Aan het eind van de Camino Castellano-Aragones is Burgos, terwijl ik de Catedral de Santa Maria bezoek, past Theo op de fietsen buiten. Het is een prachtig gebouw, grotendeels binnen en buiten gerestaureerd, er is nu nog een restauratie van een beeldengroep binnen gaande die ongeveer 1,2 miljoen euro gaat kosten. De Kathedraal van Burgos is een rooms-katholieke kathedraal in de Spaanse stad Burgos, toegewijd aan Maria. De bouw van de kathedraal begon in 1221 in opdracht van Ferdinand III van Castilië. Negen jaar later werd de kerk in gebruik genomen, maar de bouw duurde met tussenpozen voort tot 1567, waarmee deze in totaal ruim 330 jaar duurde. Sinds 1984 staat de kathedraal van Burgos ingeschreven op de Werelderfgoedlijst van UNESCO. De gotische kathedraal is drieschepig, heeft dwarspanden, veel kapellen en een zware vieringtoren uit de 16de eeuw. Er steken acht rijk versierde torentjes bovenuit. De monumentale westgevel heeft twee klokkentorens met opengewerkte spitsen met zaagvormig profiel. Aan de noordzijde bevindt zich de escalada dorada of gouden trap uit de renaissancetijd. Het portaal van de Sarmental (rechter kruisbeuk, kloosterhof ligt ertegen aan) is goed bewaard. Het beeldhouwwerk in het timpaan is zeer realistisch: Jezus onderricht er de evangelisten en de apostelen. In de kathedraal zijn veel kunstwerken, grafmonumenten, retabels (achterstuk van een altaar, meestal gebeeldhouwd of beschilderd) en een fraaie koorstoel. De kapel del Condestable is achthoekig, heeft acht kleine spitse torens en een rijke wandversiering. Het grafmonument en reiskoffer van El Cid Campeador, de bekendste zoon van Burgos, en zijn echtgenote Doña Jimena bevindt zich onder het koepelgewelf. De hekken tussen transept en koor bestaan uit smeedwerk. De notenhouten stoelen van de koorbanken zijn alle verschillend en zijn voorzien van palmhouten inlegwerk. Buiten spreekt Theo met een Nederlandse wandelaar die al 3 maanden onderweg is en naar zijn innerlijke zoekt, Theo weet niet of hij deze al gevonden heeft, maar anders moet hij opschieten, over 3 weken in hij in Santiago. We gaan door over de camino Frances, de drukst belopen route en gaan naar Hontanas, waar we ook 8 jaar geleden hebben geslapen en zijn benieuwd de enorme toeloop heeft gedaan met de commerciële activiteiten, dan komen we langs de splitsing waar het in 2010 fout ging en de verkeerde weg namen, toen zonder gps dus deze houd ons op de juiste route. Van een Nederlandse wandelaar die 9 jaar geleden in deze regio liep, begrijpen we dat alle routes rond de plaatsjes nu mooi geasfalteerd door het kleine centrum leiden, zodat elke plaats mee profiteert, is dit verkeerd, we denken van niet want wij willen allemaal graag naar Santiago de Compostela. Het plaatsje zelf is wel wat opgeknapt en volgens ons is nu elke beschikbare ruimte ook slaapruimte geworden, maar de kerk Iglesia de Nuestra Senora de la Inmaculada Concepcion is nog hetzelfde gebleven en een stempel voor de credential is geen probleem. We slapen op de laatste kamer op de hoogste verdieping die we bereiken via allerlei trapjes, maar voor 6 euro mag je ook niet te veel eisen. Ook vanavond gaan we ons laten we verwennen met een menu del dia. Vanavond tijdens het eten gesprekken met Duitsers, Esten die gelukkig Engels spreken.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
14-09 Het is nog steeds druk op de camino
Gisteravond was het pelgrimsmenu van 10 euro prima en voldoende, gelukkig zaten we aan een tafel waar iedereen Engels sprak, zelfs een Estse die naast me zat. Zij was op de Camino om een paar moeilijke jaren af te sluiten en na te denken over de toekomst, ze zat in de ondersteuning van alcoholisten en drugsverslaafden en wilde ander werk gaan zoeken, iets met haar handen. Ook zij heeft nog maar 3 weken om de oplossing te vinden. Op de kamer van 3 stapelbedden was niemand meer bijgekomen, dus gelukkig met z'n tweeën prima geslapen. Vanmorgen weer verder en als eerste na Hontanas krijg je de ruïne van het monesteria van San Anton met de nissen waar het eten voor de pelgrims werd neergelegd als zij na sluitingstijd langs kwamen. Vlak daarna het plaatsje Castrojeriz en het klopt wat de Nederlandse pelgrim gisteren zei, de toegangswegen zijn geplaveid en de route gaat langs allen terrasjes, maar het is nog te vroeg voor koffie. Ook de Collegiate of Santa María del Manzano is bijna verplicht om te bezoeken en een donativo bijdrage is niet zo donativo, als ik een euro geef, zegt de man achter de tafel dat we met z'n tweeën zijn, maar de tentoonstelling en presentatie over het ontstaan van de pelgrimsweg naar Santiago de Compostela is de moeite waard. Het is een katholieke kerk,de bouw van het huidige gebouw begon in 1214, door de wil van koningin Berengaria van Castilië, dochter van Alfonso VIII van Castilië en moeder van Ferdinand III van Castilië. Het ligt aan de voet van de heuvel waarop het kasteel van Castrojeriz staat. Het behield eerder de rang van collegiale kerk. De oorsprong van de kerk is onbekend, maar in de tiende eeuw verleende graaf García Fernández een privilege aan de kanunniken van de collegiale kerk, waarin hij de kanunniken machtigde om huizen te bouwen met toren en forten in de stad Castrojeriz, waarvoor de graaf zijn privileges verleende in 974. Het hoofdportaal van de kerk is gotisch, het bevindt zich aan de voet van de tempel en heeft de vorm van een uitlopende boog met Archivolts en baquetones met voetstukken en kapitelen in plantmotieven. Aan weerszijden bevinden zich twee stenen sculpturen uit de dertiende eeuw, en vertegenwoordigen de Maagd Maria en de aartsengel Gabriël, bedekt met luifels en ondersteund door haakjes. In het roosvenster van het belangrijkste portaal, dat onlangs werd hersteld, wordt God afgebeeld in een houding van zegen en omringd door de apostelen. Het portaal aan de zuidgevel van de kerk is in renaissancestijl. De basis van de toren van de kerk is Romaans, maar in de achttiende eeuw werd het gerenoveerd toen in 1746 de toren werd toegevoegd aan het belfort. De oorspronkelijke apsis van de kerk verdween na de hervormingen die in de achttiende eeuw op de tempel werden uitgevoerd, toen deze werd vervangen door de huidige rechthoekige kop. We krijgen na een 10 tal kilometers de afdaling naar de Rio Pisuerga, een groene zoom met een prachtige middeleeuwse brug met 12 bogen, die in de Codex Calixtinus wordt vermeld als de Pons Fiteria. De rivier vormde de grens met het vroegere koninkrijk Leon, tegenwoordig de provinciegrens van Palencia. In Boadilla del Camino staat nog steeds de gotische zuil van de rechtelijke macht met enkele afbeeldingen van de apostel Santiago, misdadigers werden hier tentoongesteld als deel van hun straf die ze onder de kerk uitzaten. Bij de sluizen in het Canal de Castillo, die een grote hoogte overbruggen door een aantal sluizen te koppelen, in totaal wordt er door 49 sluizen over 200km een hoogteverschil van 150 meter overbrugd en werd in de 18de eeuw gebouwd maar in feite nooit voltooid, spreken we ook 2 Belgen die toch een paar keer problemen hebben gehad met het vinden van een slaapplaats, dus ook wij gaan maar bellen voor een slaapplaats in Ledigos. Na Fromista volgt een van de meest vlakke delen van de route over de vrijwel schaduwloze Tierra de Campos met uitgestrekte velden tot de horizon, waar we de tenten laten drogen na de vochtige nacht op de camping in Covarrubias, de komende dagen hebben we deze niet meer nodig. Ook wij volgen het onverharde pelgrimspad tussen Carrion de los Condes tot Calzadilla de la Cueza over ongeveer 14 kilometer. Het is een stoffige weg en vandaag ook heel warm, we hebben medelijden met de wandelpelgrims. Na 81 kilometer komen we bij alberque la Morena in Ledigos en gelukkig hebben we gereserveerd, want als we op het terras zitten, zien we diverse pelgrims doorgaan naar een volgende alberque. We hebben besloten om de camino Frances af te fietsen en niet naar de rustiger Sanabres te gaan, want willen graag dit keer van het uitzicht op de Cebreiro op ruim 1300m genieten, in 2010 hadden we maximaal 30m zicht. Om 7 uur weer een pelgrimsmenu, we zijn benieuwd.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
14-09 Het is nog steeds druk op de camino
15-09 Goed lezen
Gisteravond hebben we op een bankje bij de kerk en kerkhof nog genoten van een prachtige zonsondergang en ook nu hebben we het niet met betrekking het groeten in het Spaans naar de lokale bevolking. We begrijpen dat Buena Noches toch nog iets later is als dat de zon ondergaat. Het menu del dia was weer prima, alleen jammer dat ze de verschillende groepjes pelgrims niet aan één tafel zetten, maar we hebben als "ervaren" pelgrimfietsers anderen goed kunnen helpen met de aankomst in Santiago de Compostela, het routeboekje gaat namelijk niet langs het pelgrimsmonument bij de San Marcokapel, wij vinden het een gemis als je er niet geweest bent en het is aan hun zelf om er langs te fietsen. Vanmorgen nog kort met het Belgische pelgrimsechtpaar gesproken, maar ze was vannacht toch nog behoorlijk ziek geworden, de komende dagen een korte etappe en hopen dan het beste. Onderweg komen we steeds meer pelgrimfietsers en wandelaars uit alle landen, een Braziliaan die ons de weg vraagt, 2 Belgische vrouwen en één uit Oostenrijk, maar nog veel meer zijn onderweg. In Sahagun nog even onder de bekende boog van de grote San Benito abdij, het grootste deel van deze abdij is niet veel meer dan een ruïne. Deze boog zijn we in 2010 ook onderdoor gekomen en even later langs de camping Pedro Ponco waar we toen geslapen hebben. In Mansilla komen we de Belgische vrouwen Viviane en Marie weer tegen en als we zeggen dat we niet de route volgen maar rechtstreeks gaan, vinden ze dat we vals spelen, vinden we niet, want nu volgen we zover mogelijk de wandelroute. We gaan naar Leon voor de alberque en dan komt het goed lezen terug, we hebben met de mundocaminowebsite een herberg besproken in Mansilla de las Mulas en dat was niet de bedoeling, maar maar met de Garmin zijn we snel op de juiste plek. Na geïnstalleerd in de alberque gaan we naar het centrum van Leon, maar vooral de kathedraal staat op het lijstje, jammer dat je er 6 euro voor moet betalen, maar ga toch naar binnen, omdat ik er waarschijnlijk niet meer zal komen. Ik denk dat dit bedrag te hoog is voor dat wat je te zien krijgt. Santa María de León Cathedral, ook wel The House of Light of de Pulchra Leonina genoemd, is gelegen in de stad León in het noordwesten van Spanje. Het werd gebouwd op de plaats van vorige Romeinse baden uit de 2e eeuw, die 800 jaar later koning Ordoño II tot een paleis verbouwde.Bijna alles gebouwd tussen 1205 - 1301, de noordelijke toren en het klooster werden gebouwd in de 14e eeuw, en de zuidelijke toren voltooid in 1472. De kathedraal van León, gewijd aan Santa María de la Regla, werd uitgeroepen tot cultureel belang in 1844. Het staat bekend als de Pulchra Leonina en is een meesterwerk van de gotische stijl van het midden van de 13e eeuw. Het ontwerp is toegeschreven aan de architect Enrique. Tegen het midden van de 15e eeuw was het vrijwel voltooid.De hoofdgevel heeft twee torens. De zuidelijke toren staat bekend als de 'klokkentoren'. Het renaissance-retrokoor bevat albasten sculpturen van Jusquin, Copin van Holland en Juan de Malinas. Bijzonder opmerkelijk is het platertske ijzeren grillwerkscherm of reja in de muur achter het graf van koning Ordoño. Het Casa de Botines is een opvallende schepping van de architect Antoni Gaudi uit 1894, gebouwd in licht graniet. Het neogotische gebouw dient als hoofdkwartier van de lokale spaarbank, Caja España. Vanavond weer een menu del dia, dus ook nu zijn we benieuwd. Na 72 kilometer slapen we in de alberque van het Benedictijner klooster en kunnen zelfs de pelgrimszegen ontvangen, kijken of we daar op tijd kunnen zijn.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
16-09 Het wordt weer mooier
Het menu del dia was prima gisteravond, de alberque heeft een prijsafspraak met het naast gelegen hotel, maar of ze er blij mee zijn is niet duidelijk. Als de hotelgasten binnen komen zijn de obers veel vriendelijker. De ramen van de slaapzaal grenzen aan een plein met heel veel terrasjes en de Spanjaarden praten nogal luid. Maar gelukkig valt het mee, tussen 11 en half 12 gaan de terrassen dicht en met de oordoppen heb je ook geen last van de andere slapers en er zitten er wel weer een paar tussen. De eerste 40 kilometer is vlak en eigenlijk ook niet fraai om door te fietsen. We willen in Villar de Mazarife een espresso drinken bij alberque Tio Pepe waar we 8 jaar geleden hebben geslapen, maar hij is nog niet open. Ook de Jacobskerk met de ooievaarsnesten is hetzelfde gebleven, deze kerk kreeg bij de bouw een bijzonder vestingmodel, maar de kerk aan het plaza bezit een uniek retabel, geheel gewijd aan het leven van st. Jacob. Bij Hospital de Orbigo komen we over de brug over de rio Orbigo, deze van oorsprong Romeinse brug is uniek vanwege zijn lengte met 18 stenen bogen en onregelmatige vormen. Midden op de brug staat een gedenkteken van ridder Don Suero die voor zijn geliefde andere ridders die wilden passeren uitdaagde tot een duel. Maar dan begint het landschap toch wat te glooien, de eerste melding voor morgen? Er zijn toch wat pelgrims die waarschijnlijk de gele pijlen zat zijn, op een onverhard pad is wel een heel mooi exemplaar gemaakt met stenen uit de omgeving. Na Hospital de Orbigo begint het landschap van Montes de Leon weer wat heuvelachtiger te worden, is dit de voorbode voor de laatste vier dagen? In Barrientos staat een prachtig kerkje met een trapgevel, deze vorm komt in deze regio niet veel voor. We komen steeds dicht bij Santiago, want iedere kerk heeft wel een afbeelding St. Jacob, ook de iglesia San Esteban in Nistal. We gaan na 63 kilometer naar Astorga en slapen in de alberque op een 4-persoons kamer, een Zwitser, Duitser en wij, toch maar weer even 3 nationaliteiten. Na de incheck nog even naar het centrum van Astorga, hier is de kathedraal Ste. Maria, een bouwwerk in verschillende stijlen opgetrokken. Het westfront is uitgevoerd in barokstijl en vertoont bijzonder druk beeldhouwwerk, deze kathedraal gaan we dit keer niet binnen en het voormalige bisschoppelijk paleis ontworpen door Gaudi, inmiddels een museum over het pelgrimsverleden met veel voorwerpen uit kerken langs de camino en. Achter de enorme hoge stadsmuur is een park ingericht met bankjes waar we lekker in de schaduw van de bomen kunnen genieten van het landschap waar we vandaan komen en naar toe gaan. Voor de zekerheid toch maar even de remblokken achter vervangen voor de lange afdalingen van de komende dagen. We bekijken de restaurants waar we vanavond weer een menu del dia gaan scoren.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
17-09 Cruz de Ferro
Tussen Astorga en Ponferrada fietsen door een tamelijk ruig landschap de Montes de Leon. We beginnen in Astorga op een hoogte van 870 meter en gaan over 29 kilometer naar een hoogte van 1504 meter bij Cruz de Ferro. De eerste restaurants van Astorga na de alberque hebben zich helemaal ingesteld op de hongerige pelgrims, de winkels zijn nog niet open en je moet eten, de prijs is er ook naar. We komen door Rabanal del Camino, een plaatsje die in de Codex Calixtinus genoemd wordt als pleisterplaats voor de pelgrim, alles ziet er nog middeleeuws uit. In deze regio wordt volgens het boekje aangeraden voldoende eten en de juiste kleding bij je te hebben, er zijn weinig winkels, maar inmiddels heeft ieder dorp een bar met bocadilles en huevos, maar het weer kan ook zo maar omslaan. Na het nodige klimwerk komen we bij het Cruz de Ferro, een simpel ijzeren kruisje op een houten paal. De meeste pelgrims laten hier hun steentje liggen die ze mee hebben genomen van huis om hun lasten hier achter te laten. In 2010 had ik een gladde bruinrode steen bij me, omdat ik eigenlijk in de eerste 56 jaar niet veel echte problemen heb gehad, dit jaar een witte glanzende iets ruwe, grillige steen voor de dieptepunten, want die zijn er toch wel geweest de afgelopen jaren. Maar het glanzen betekent natuurlijk ook de mooie momenten die er zijn geweest. Bij Cruz de Ferro spreken we ook Maria uit Oostenrijk weer, ze vindt onze smerige tassen en fietsen een apart verhaal, zouden wij meer meer mee gemaakt hebben. We hebben onze email-adressen uit gewisseld, want in de laatste dagen zijn er toch wel wat foto's van elkaar gemaakt. Normaal hebben we na een beklimming een fijne afdaling met mooie uitzichten, de uitzichten klopt, het is weer prachtig, alleen de afdaling is minder, een hobbelige weg, dus ik ben blij dat ik gisteren nog even de remblokken achter heb vervangen. Vlak na de afdaling het vervallen dorp Manjarin, vroeger was er een kerkje met pelgrimshospital. Inmiddels heeft een betrokken groep uit Ponferrada, die zich de Tempeliers noemt, een geïmproviseerde bar/alberque opgericht, of ik er ooit gaat slapen valt te betwijfelen. Tijdens de afdaling komen we door El Acebo met de prachtige houten balkons en daarna door Molinaseca naar een supermercado voor de lunch, een aardig dorp met karakteristieke woningen met sierwapens. Vandaag een prachtige route gefietst, maar we kunnen ons bijna niets van de prachtige omgeving herinneren op een serie vlaggen na bij een hotel, de vorige keer zat de beklimming later in de dagroute, misschien daar iets mee te maken. We gaan na 59 kilometer in Ponferrado naar de grootste alberque San Nicolás de Flüe, we zijn vroeg en slapen dit keer op een kamer met 8 bedden, iets anders dan de slaapzaal met 80 bedden de eerste keer. Na de incheck de plaats in voor een koud biertje en een foto van de immense burcht gebouwd door de Tempeliers in de 12de tot 14de eeuw.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
18-09 Dat waren ze
Gisteravond was het nog een drukte bij de alberque, zelfs later op de avond kwamen er nog wandelaars en fietsers aan, we snappen niet hoe ze de pijlen hebben kunnen volgen. Nog met een paar pelgrims gesproken en een ieder heeft zo zijn eigen ervaring en waarom ze het doen. We hebben prima geslapen en zelfs niets gemerkt van de eerste wandelpelgrims die vertrokken, fijn zo'n kleine kamer. Vanmorgen duurde het even voordat we de stad uit waren, we denken dat de wandelaar meer dan een uur nodig heeft. We komen door veel kleine plaatsjes die nu veel meer voorzieningen hebben dan 8 jaar geleden, overal zijn alberques voldoende en een supermarkt of een kopje espresso zijn beschikbaar, wat een verschil. We beginnen vandaag in Ponferrada op een hoogte van 540 meter en krijgen achtereenvolgens O Cebreiro 1300 meter, Alto de san Roque 1270 meter en Alto de Poio 1335 meter, gelukkig gaan we daartussen slechts terug naar 1250 meter in Hospital en Linares. Dus waren dit de laatste hoge bergen voor Santiago de Compostela. Het is een zware beklimming en ook dat kunnen we niet van de vorige keer herinneren, misschien omdat we nu eerst ongeveer 35 kilometer vooraf fietsen, de vorige keer hadden we een alberque vlak voor de start van de beklimming of zijn we toch 8 jaar ouder geworden. Dit keer wel mooie uitzichten, in 2010 hadden we maar 30 meter zicht door de mist. Na 85 kilometer slapen we in een alberque Del Orbio in Triascastella. Het plaatsje heeft een Centro Urban wat niet veel voorstelt en we willen nog de Jacobskerk van de plaats bekijken, maar deze gaat pas om 7 uur 's avonds open en na de zware fietsdag hebben we meer zin in een koud biertje op een terras en de benen wat langer omhoog.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
19-09 3000 kilometer
Het menu peregrino gisteravond was perfect, want als ze komen vragen of het genoeg is en we gerust nog een stukje vlees mogen, zeggen we natuurlijk niet nee en als dan ook nog de Duitse pelgrim naast ons zijn vino Tinto, hij krijgt die fles toch niet leeg, met ons wil delen voor een gezellig praatje, dan kan de avond niet meer stuk. Ook de beheerders van de alberque zijn vriendelijk, ze willen graag weten hoe laat we de fietsen uit de garage willen hebben. Dit is de laatste rustige slaapplaats op de camino Frances, vanaf morgen wordt het druk, we komen binnen de 100 kilometer voor de wandelaars. In Samos is nog één van de weinige kloosters waar enkele monniken de alberque beheren volgens het boekje, het is niet duidelijk of dat nog zo is, dit grote klooster is een aantal keren afgebrand, maar in 1951 helemaal gerenoveerd, de eerste datering van het klooster is van 6de eeuw, gesticht door de Koptische kluizenaars. We komen door Sarria, de plaats waar we in 2010 op de camping hebben gestaan, waar we niet langs komen, maar de plaats herkennen we niet, evenals de route die we fietsen, het is weer klimmen en dalen. Bij Portomarin komen we over de brug van de embalse, alleen staat hij weer leeg net als in 2010, je kan nu zelfs de pijlers van de eeuwen oude brug zíen. Portomarin is voor de aanleg van het stuwmeer in het dal afgebroken en in zijn geheel hogerop weer opgebouwd,zoals de 12de eeuwse vierkante kerk van San Nicolas, deze lijkt wel een vesting, maar heeft mooi versierde portalen. Op veel stenen ziet men nog de nummers staan overgebleven van de volgorde voor de heropbouw. Onder aan de trap naar het centrum zien we de merkpaal dat we dat de wandelaar minder dan 100 kilometer moet, de echte 100 kilometer paal komen wij als fietser niet langs. We gaan naar boven voor de supermercado en treffen daar onze Belgische fietspelgrims Annie en Viviane uit een eerder verslag, zij gaan vandaag ook tot Palas de Rei en morgen naar Santiago de Compostela. Tot Palas de Rei volgen we smalle opgaande en dalende smalle weggetjes door een fraaie natuur, waar we niet van kunnen genieten door af en toe een slecht wegdek maar ook zeker de vele wandelaars die gebruik gaan maken van het asfalt,ondertussen passeren we ook nog de 3000 kilometer. We hopen dat we een slaapplek vinden, maar de eerste alberque heeft plaats voor ons en de fietsen in een hoekje. Na 76 kilometer fietsen met toch 1206 klimmeters zijn we in alberque Buen Camino in Palas de Rei, de laatste voor het einddoel.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
20-09 We zijn er
Het bericht over de laatste dag is door allerlei omstandigheden gisteravond niet meer gelukt, daar later meer over. Woensdagavond hebben we heel veel pelgrims van over de hele wereld gesproken, zoals Rina en Lennis uit Zuid-Afrika, zijn voorouders komen uit Schalkwijk, zo is ook zijn achternaam, 2 Italianen uit Virenze en Pisa, hij herkende alle foto's die mijn broer Jan op FB heeft gezet, hij woont zelfs vlak in de buurt, een Duitser uit München en een stel uit Madrid, zij is een jaar in Amsterdam geweest, maar volgens mij meer om te feesten dan te studeren, haar partner vond de conversatie niet leuk, want hij sprak geen Engels. Na de gewoonlijke menu peregrino nog even een glaasje vino tinto op het terras en je kan zien dat we binnen de 100 kilometer zijn, want de wandelaars die deze afstand doen, is vooral jeugd en die blijven iets langer op het terras zitten met vooral plezier en een drankje, we hoeven dus niet vroeg te gaan liggen, onze kamer is aan de kant van het terras. Vanmorgen was het de koudste start van alle dagen en eigenlijk bleef dat zo tot Monte de Gozo, zelfs de mist bleef in de dalen hangen. Het routeboekje geeft een route over stille wegen maar dan kom je niet bij Monte de Gozo, waar vandaan je de eerste zicht hebt op de kathedraal. Het park is nu helemaal aangelegd, vanaf het monument de Gozo kijk je nu rechtstreeks naar het monument van de 2 pelgrims, waar bijna iedereen langs gaat en wij natuurlijk ook. Hiervoor moet je langs de route national fietsen met toch weer veel klimwerk. Dan Santiago de Compostela waar het plaatsnaamkunstwerk inmiddels in 3 jaar is volgeplakt met stickers. Nu zijn we toch al 3 keer aangekomen maar eenvoudig naar de Porte de Camino gaan, lukt nog steeds niet. Eenmaal daar is het niet moeilijk meer, want de route naar het plein wordt aangegeven met koperen Jacobsschelpen in de straatstenen en ook van verre hoor je de duidelzakspeler in de poort. Na 40 dagen fietsen en 3097 kilometer op de teller is het altijd weer een mooi aankomen op het plein bij de kathedraal waar alle andere pelgrims samenkomen en er is voldoende hulp om je op de foto te zetten. We gaan naar het pelgrimskantoor voor de zo felbegeerde Compostela en het afstandsdiploma, alleen is de wachtrij nog langer dan de vorige keer, nu bijna 2 uur. Daarna nog even naar de huiskamer van de Lage Landen waar een luisterend oor is en ook informatie ingewonnen kan worden. Omdat ik inmiddels van Dorothé te horen heb gekregen dat mijn vader (tijdelijk?) naar een zorginstelling moet, wijzen zij ons de weg naar het reisbureau in hetzelfde gebouw. We kunnen onze vlucht niet vervroegen en een vlucht z.s.m. is er alleen voor 1 persoon. Theo blijft dus tot 27-9 en zorgt voor de transport van de fietsen en bagage. Ik vertrek 21-9 met Vueling naar Schiphol via Barcelona en ben om 9 uur 's avonds daar. Een heel apart gevoel om je fietsmaat na 40 dagen achter te laten en alleen verder, dus niet samen uit en thuis. 's Avonds als we de tent hebben staan, gaan we nog wel even naar de All You Can Eat vlakbij in het grote nieuwe winkelcentrum op loopafstand. Vanmorgen de hoognodige dingen in de rackpack en naar het vliegveld. Theo zorgt er voor dat de fietsen en bagage later klaar staat voor transport.
Voor de tripgegevens klik op onderstaande link;
Informatie toegevoegd na de camino
Hieronder de samenvatting van alle gegevens uit de Cateye fietscomputer per dag.
Het document van de samenvatting is ook te downloaden met bovenstaande knop.
De foto's uit het fotoboek zijn online te bekijken, maar ook staat deze inmiddels in de boekenkast en met de verhalen en herinneringen van onderweg een prachtige avond om bij te praten.
Hieronder de credential met de onderweg gescoorde stempels
Hieronder de Compostela en de afstandsdiploma