Inleiding
Een weekje later als gepland starten we zaterdag 20 augustus weer aan een prachtige route en als er geen beperkende maatregelen komen, fietsen we weer naar Santiago de Compostela, onderweg kunnen deze plannen natuurlijk aangepast worden.
We noemen hem dit keer de Camino da Costa y Desconocido (de Kust en Onbekende Weg). De vlaggen zijn van de regio's, provincies en departementen van alle landen waar we door komen. We vertrekken ieder vanuit ons eigen huis en komen ergens samen voor onze vierde pelgrimsavontuur.
Tot de Pyreneeën volgen we St. Jacobsroute van Clemens Sweerman tot Bayonne niet vlak langs de kust maar wel heel erg plat zonder noemenswaardige bergen en het startpunt van deze route is bij De Grote of St. Bavokerk in Haarlem, maar misschien pakken we deze route ergens richting Breda op.
Na Bayonne beginnen we aan de eerste minder bekende Camino Baztanes door de nog wat lage bergen van de Pyreneeën naar Pamplona en daarna de terugroute van de St. Jacobsroute naar Ventosilla de la Tercia, gedeeltelijk over de Camino Oldivado (de vergeten weg), daar is de hoogste passage ongeveer 1400 meter, maar we starten in Pamplona al op een hoogte van ongeveer 400 meter.
Na Ventosilla de la Tercia gaan we over de Camino San Salvador terug naar de kust bij Villaviciosa en volgen de kust over de Camino del Norte tot Arzua en daarna nog één dagetappe over de Camino Frances naar Santiago de Compostela. Of we daarna nog wat doen weten we nog niet.
Hieronder de route van Haarlem naar Santiago de Compostela
Jacobsroute 1 Haarlem - Tours
Jacobsroute 2 Tours - Bayonne
Camino's Spanje Bayonne - Santiago de Compostela
20-8 Om er in te komen
Om ongeveer half 9 vertrekken we beiden vanaf huis in Leusden en Soest met gelukkig weer een "afscheidscommittee" om uit te zwaaien voor weer een langere afwezigheid voor onze fietspassie die in 2010 is ontstaan.
We komen ontmoeten elkaar bij het bankje op de Traayweg.
Vandaag de eerste etappe naar de St. Jacobsroute die we ergens onderweg oppakken, deze heb ik gemaakt op de computer en eigenlijk de kortste en rechtste weg naar de Grote kerk in Breda, dan kom je door en langs heel veel kleine plaatsjes en kom je meestal niet door het centrum, dus over bezienswaardigheden onderweg is niet veel te vertellen.
We starten eerst met 2 bezoekjes in Driebergen, mijn schoonzus Marthy vond het heel leuk dat we bij haar een kopje koffie dronken met een taartje in plaats van ergens op een terrasje, dat doe je dan natuurlijk en gezellig is het altijd, daarna ook nog even naar de jongste kleinzoon Luca van Theo, net 2 weken oud en als we terug zal hij al een heel stuk groter zijn.
We komen langs de Lek waar we met ons Rondje Utrecht ook langs gekomen zijn en steken deze met het pontje bij Culemborg over.
Dat we richting Frankrijk gaan is al heel snel duidelijk als we over de Laan naar Parijsch rijden.
We hebben vandaag niet veel te bekijken en om erin te komen trappen we rustig door naar Geertruidenberg om na 93km naar de SVR-camping Bouwlust met uitzicht op de weer opgestarte kolencentrale te gaan, vandaag de eerste pastamaaltijd en er zullen er nog wel meer volgen.
Voor alle trackgegevens of om te downloaden, klik op onderstaande link.
21-8 Geertruidenberg-Zoersel
Vannacht voor de eerste nacht best redelijk geslapen in het tentje op het slaapmatje, het was gelukkig niet benauwd en dat scheelt de helft.
Vanochtend ook op uitnodiging van schoonzus Tonny en zwager Theo in Prinsenbeek langs voor een kopje koffie en ook nu weer een appelgebakje met slagroom, wat worden we verwend. Theo is ook in Santiago geweest maar dan wandelend, even bijkletsen en vlak voor vertrek komt ook Marthy binnen waar we gisteren de koffie met appelgebak en slagroom kregen.
De bedoeling is naar de Grote kerk in Breda te gaan, wat ons startpunt van de Camino zal zijn, maar vandaag start en finisht de Vuelta bij de kerk, dus dat gaat niet lukken, wat een mensenmassa, dus we vermijden het centrum en hebben geen stempel voor onze credential en proberen de afzettingen te omzeilen, pas bij het Mastbos is de laatste. Met een 3 kwartier wachten kunnen we het peloton langs zien komen dus dat doen we dan maar. Er is daar een prikkelarme zone, dat betekent geen getoeter en dergelijke van de volgwagens omdat er een psychiatrische instelling is, hier kom ik in gesprek over allerlei dingetjes met een echtpaar die wel heel jaloers zijn op onze vierde pelgrimstocht.
Galder biedt pelgrims historie met de St. Jacobskapel, wat verscholen tussen de hoge bomen. Het kerkje werd midden 15de eeuw gebouwd en later enkele keren vernieuwd. De route volgt hier de St. Jacobsweg naar het zuiden.
We komen België bij een mooie grenspaal binnen.
Het fietspad loopt langs het aardige riviertje de Mark, waarvan de oevers kort geleden deels weer in de natuurlijke staat zijn teruggebracht.
In Rijkevorsel staat de Stenen Bergmolen uit 1862, deze is geheel gerestaureerd en werkend te bezoeken, alleen niet op zondag.
De bedoeling was een camping in Viersel, maar gelukkig gisteravond geprobeerd te reserveren en helaas wordt deze gerenoveerd en is gesloten, dus gaan we naar de jeugdherberg Gagelhof in Zoersel, vannacht dus een normaal bed in een 2-persoons kamer. De beheerders Ine en Ann zorgen ook voor een heerlijke pizza als avondeten en het streekbiertje Gageleer is heerlijk, waar Lily en Renee voor zorgen die in de leer zijn voor het vrijwilligerswerk.
Voor alle trackgegevens of om te downloaden, klik op onderstaande link.
22-8 Zoersel-Denderhoutem
Vannacht prima geslapen, wel weer een keer wakker, maar toen ik het klokje pakte bleek het kwart over 7 te zijn en we hadden om half 8 het ontbijt afgesproken, dus snel de kleren aan. Ann en Ine hadden alles klaarstaan dus we konden meteen aanschuiven, de tafel was gedekt en we konden van het buffet pakken wat we wilden, natuurlijk weer veel te veel. Na het ontbijt afrekenen en de laatste tassen op de fiets, rond half 9 zijn we vertrokken.
We fietsen door de Halse bossen en het Binnenbos en komen bij Viersel weer op de route, nog even bij de camping kijken waar we gisteren eigenlijk naar toe wilden fietsen, maar hij bestaat gewoon, dus wat de reden is waarom we niet terecht konden, snappen we niet helemaal.
We fietsen door het stroomgebied van de Nete en Lier, vroeger vloeide hier het zuiverste water doorheen, maar nu zit het water en de oevers vol verontreinigde stoffen. Enkele gebieden zijn ongeschikt geworden voor drinkwater en landbouw. Het gebied is nu overstromingsgebied bij hoge waterstanden en door sifonnering kan het overtollige water onder het Nete-kanaal door naar de andere kant.
Lier is een fraai oud Pallieterstadje, zo goed bewaard gebleven, dat het Brugge naar de kroon steekt. Er is veel te zien, maar we houden het bij de Jacobskapel met standbeeld van Jacob zelf tegenover enkele gildehuizen aan de Grote Markt van de plaats met het Rococo-stadhuis met het slanke gotische Belfort uit 1369. Het smeedijzeren hekwerk aan de voorgevel werd in 1745 gesmeed en in 1890 gerestaureerd door Louis van Boeckel. Heel bijzonder binnenin zijn de sierlijke eiken wenteltrap en de kunstwerken van Louis van Boeckel. Links bevindt zich de voormalige raadzaal, het huidige infokantoor van Visit Lier. Richt zeker je blik naar boven als je binnen een kijkje neemt. De plafondschilderingen stellen de overwinning van het goede op het kwade voor. De andere ruimte doet dienst als trouwzaal.
We spreken een Belgisch stel die ook richting Santiago de Compostela is gefietst, alleen corona gooide roet in het eten, route moet nog afgemaakt worden, ze zeggen dat in het stadhuis een stempel voor de credential gehaald kan worden. Later nog contact met een meisje uit Amsterdam, die nu ruim een week lopend onderweg was, het viel allemaal nog niet mee om slaapplaatsen te vinden, ze hoopt dat het in Frankrijk beter geregeld is, we wensen ze haar een Buen Camino.
Bij het uitrijden van het centrum komen we bij de bijzondere Zimmertoren die behoort tot de overgebleven delen van de stadsverdediging, met in het plaveisel een afbeelding van ons zonnestelsel. De toren bevat aan de voorkant de Jubelklok met 13 wijzerplaten; o.a. zon- en maanstanden, data en dierenriem. Om 12 uur doen afbeeldingen van populaire figuren en vorsten hun mechanische ronde. Aan de andere zijde van het plein staat de gevangenenpoort uit 1375.
We fietsen door naar Mechelen, weer een stad met veel bezienswaardigheden aan de Grote Markt met prachtige gevelhuizen en het paleis, inmiddels het stadhuis, werd gebouwd in 1526 door Rombout II Keldermans om er de Grote Raad van Mechelen in onder te brengen. Het gebouw werd echter nooit afgewerkt, geldnood belette om het af te werken voorbij het gelijkvloers. Dit gebouw bleef onafgewerkt gedurende bijna 400 jaar. Tussen 1900-1911 werd het uiteindelijk dan toch, onder leiding van de architecten Van Boxmeer en Langerock, volgens de oorspronkelijke 16e-eeuwse plannen voltooid en het werd dus in neogotische stijl ingericht.
We bekijken alleen de gotische St. Romboutskathedraal met een gewaagde constructie uit 1450 met de stompe toren die nooit is afgemaakt, de spits had tot 167 meter moeten reiken. Ook binnen is hij mooi versierd met diverse kapellen en dergelijke.
Kapel met de Moederklok
Onze Lieve Vrouw van Mirakelen
Kapel kardinaal Mercier
De zij-ingangen met prachtig glas-in-lood
Het hoofdaltaar
De preekstoel
De doopkapel
We verlaten Mechelen bij de Brusselpoort de laatst overgebleven stadspoort in Mechelen. De poort staat op de rand van het historische centrum van de stad waar de ringweg kruist met de Hoogstraat. Tussen 1264 en 1268 werd de Mechelse stadsomwalling aangelegd en was de hoogste van de Mechelse stadspoorten. Daarom werd ze ook Overste poort genoemd.
Nu komen we een kilometer of 30 door het minst mooie gedeelte van de route in België.
Daarna fietsen we van Kapelle op de bos en grotendeels over de Leirekenroute, een fietspad over een oud spoortracé, jammer dat hij slecht is onderhouden, we moeten goed opletten waar we langs kunnen.
Het centrum van Aalst slaan we over, want de dag duurt al lang genoeg en de camping is nog een stukje, na 86km staan we op camping Raemerik in Denderhoutem en helaas alweer een camping met achterstallig onderhoud.
Voor alle trackgegevens of om te downloaden, klik op onderstaande link.
23-8 Denderhoutem-Tournay
Gisteravond lekker lang buiten gezeten, temperatuur was heerlijk, maar het kaasje camembert had er wat last van.
De supermarkt in het dorp is vanmorgen nog dicht, dus we gaan daarvoor naar Ninove, een voormalig textielstadje, dankt haar ontwikkeling aan een in 1137 gestichte abdij die tijdens de Franse bezetting werd opgeheven, van de gebouwen bleef niet veel over, alleen de barokke Onze-Lieve-Vrouw Hemelvaartkerk, van buiten lijkt het niet veel, maar de binnenkant is prachtig, we vragen om een stempel, maar die mag alleen de pastoor geven en die is er om 9 uur. We gaan dus eerst naar de supermarkt voor het ontbijt, maar voor het brood moeten we naar de bakker, we leren nog elke keer wat een supermarkt heeft. Als we terugkomen bij de kerk is er een dienst aan de gang, nu weten we ook waarom de pastoor er om 9 uur is, dit duurt te lang dus we gaan door.
Van Rochus van Montpellier, pelgrim en pestlijder, † 1327 staat een beeld, in de late middeleeuwen is hij de ‘pestheilige’ bij uitstek. Hij leefde kort voordat de Zwarte Dood in het midden van de 14de eeuw door Europa trok en miljoenen mensenlevens eiste. Hij wordt afgebeeld als een pelgrim op weg naar Rome: staf in de hand, korte pelgrimsmantel, knapzak en hoed. Hij is draagt hoge, slappe laarzen en trekt zijn kleed op om de pestbuil op zijn bovenbeen te tonen, haast altijd vergezeld van een hond die naar hem opkijkt.
Bij Pollare overspant nog een van de kenmerkende stalen bruggetjes de Dendre, maar ook de oude ophaalbrug mag er zijn.
't Schipke nu jeugdherberg, is van oorsprong een oud schippershuis en verblijfplaats van de schippers die de Dender bevoeren.
We gaan naar Geraardsbergen voor een kopje koffie met Mattentaart, een specialiteit van de streek gebaseerd op gestremde melk met amandel. Volgens de ober had Olaf met de lange baard het alleenrecht, vooral als je geen tijd had voor boetedoening, was het eten van zijn taartje net zo belangrijk als een bezoek aan Maria. We zitten op het terras met Monique van Eijnatten uit Oosterhout, zij heeft vandaag een rustdag op dezelfde route als wij fietsen, we hebben een gezellig gesprek en wat kom je veel over elkaar te weten als je de tijd neemt.
Verder is er op het marktplein het Stadhuis met een Manneke Pis uit 1549, deze is ouder dan zijn Brusselse tweelingbroer. Het stadhuis van Geraardsbergen heeft een heel oude geschiedenis. Het middeleeuwse schepenhuis had een burcht-achtig uitzicht met vier hoektorens die tot op de grond reikten. Belegeringen en branden brachten grote schade toe, waarna in 1598-99 een grondige restauratie plaats vond. Hierbij werden drie van de vier hoektorens flink ingekort en midden op het dak verscheen ook een klokkentorentje. Een afbeelding uit deze periode werd in 1641 vastgelegd op een gravure in de Flandria Illustrata van Sanderus. In 1752-53 werd het stadhuis verbouwd in Lodewijk XV-stijl met een bepleisterde gevel, maar na dit korte intermezzo kreeg het in 1891 een neogotische verbouwing. Architect Pieter Langerock baseerde zich op de afbeelding van Sanderus uit 1641.
De Sint-Bartholomeuskerk, oorspronkelijk stond hier de 12e-eeuwse Capelle van Onze Lieve Vrouw ter Maerct. In de 16e eeuw werd ze vergroot en kreeg een gotisch uiterlijk dat sterk lijkt op dat van de kerk anno 2012. De beeldenstormers hielden hier in 1566 huis. Tijdens aanpassings- en herstellingswerken tussen 1580 en 1618 werden de gotiek vervangen door barok terwijl de grote verbouwing (1876-1895) de oorspronkelijke gotische stijl trachtte te herstellen. Het hoge schilddak stamt ook uit die periode. Vanuit deze vertrekken jaarlijks veel pelgrims naar Santiago getuige de vele schelpen met namen die achter in de kerk hangen.
Bij Geraardsbergen ligt ook de muur van de Oudenberg van 110 meter is berucht bij wielrenners maar de af en toe 19% is voor ons teveel.
We fietsen verder over het jaagpad langs de Dendre, gaan we over de Franstalige grens naar Wallonië en zien dat de Waalse Ardennen er ook aan komen, vanaf Lessines, waar ook hier het vinden van een supermarkt op de route niet gelukt is, is het vooral klimmen en dalen over 2 km met stijging van 2 a 3 procent, maar ook de tegenwind helpt niet mee.
We eten onze lunch bij gebrek aan een bankje bij een heiligbeeld onder een boom we hebben nog gevraagd of hij het goed vindt, maar wie zwijgt stemt toe.
In Houtaing is het kapelletje met de opvallende pinakels met de graftombe van gravin Clémentine d'Oultremont-Croy uit 1895, ernaast stond vroeger een hospice.
In Grandmetz getuigt Rue St. Jacques van een oude pelgrimsroute over de heuvels naar Thieulain en Tournay-Doornik.
We willen in Tournay naar de Notre-Dame kathedraal met 5 torens een indrukwekkend bouwwerk in de Romaanse stijl van het Scheldegebied, toont een vroeg voorbeeld van deze bouwkunst waarvan invloed uitging op vele West-Europese kerken, alleen de binnenkant staat helemaal in de steigers en wordt er opgebouwd voor een concert, zonde voor de tijd van omfietsen waardoor we redelijk laat na 82km op camping l' Orient komen, maar we krijgen gelukkig wel weer een stempel voor de credential. Eten koken is dus ook een latertje geworden, maar de temperatuur is prima, dus wat maakt het uit.
Voor alle trackgegevens of om te downloaden, klik op onderstaande link.
24-8 Tournay-Cambray
Het was eerst vanmorgen de bedoeling om Tournay nog even naar het centrum te gaan, maar na het ontbijt toch maar naar de route, we willen niet te laat in Cambray aankomen, zodat de fietskleding nog even gespoeld kan worden.
Langs de oevers van de Schelde zijn de ingangen van de kalkmijnen waarvan er nog een paar op grote diepten in gebruik zijn.
Bléharies ligt in het gebied van de gemeente Brunehaut. Aan het plein staat de stijlvolle St. Aybertkerk in Jugendstil uit 1926 van architect Henry Lacoste, het heeft geglazuurde beelden in de gevel en de binnenkant is ook heel fraai.
Tussen Rongy en Rumegies komen we over de Franse grens, helaas dit keer geen landsbord, alleen de overgang van het mindere beton in België naar het gladde asfalt van Frankrijk maakt dit duidelijk.
Het gebied tussen de grens en Cambray is tamelijk vlak. Vroeger was het Vlaamstalig, waarvan nog talloze namen getuigen. Voorbij Saméon voert de route door het Forét de Marchienes dat deel uitmaakt van het regionaal natuurpark Scarpe en l'Escaut.
Monniken brachten het waterrijke gebied rond Warlaing al vroeg tot ontginning met drainage en vaarten. Riviertjes zoals de Scarpe werden gekanaliseerd en vormen een netwerk van vaarwegen door Frankrijk door heel Frankrijk tot aan de Middellandse Zee.
Na het sluisje in de Scarpe doemen de contouren op van koeltorens van energiecentrales in dit vroegere kolengebied. De oudste is inmiddels buiten dienst, maar uit de 2de komt nog steeds waterdamp, dus misschien zal deze nog draaien in verband met de energiecrisis. De weg slingert door een versnipperd landschap met plattelandsdorpjes afgewisseld door opgeknapte mijnbouwplaatsjes als Hornaing en Mastaing.
Na Marquette en Ostrevant volgen enkele lichte hellingen in een glooiend gebied met overwegend akkerbouw.
We zijn na 70km vroeg op de camping Les 3 Clochers in Cambray en hebben tijd genomen de fietskleding spoelen en ook nog droog te krijgen met deze temperatuur.
We gaan voor het eten nog even Cambray in, maar dat valt ons wat tegen, het marktplein heeft niet veel oude gebouwen, het lijkt er op dat deze tijdens de 2de Wereldoorlog zijn vernietigd.
Cambray was de Romeinse provinciehoofdstad Camaraci aan een belangrijke weg tussen de haven van Boulogne en Straatsburg, al voor 346 bisschopszetel, Frankische stad en vanaf de Capetingers een belangrijk bedevaartsoord. Kamerijk behoorde eeuwenlang tot het gebied van Oud-Vlaanderen en veel familienamen wijzen daar nog op.
Het Hotel de Ville heeft een prachtige Belfort van 75 meter hoog, de huidige kathedraal Notre Dame de Grâce is een vroegere kloosterkerk met een barokke gevel, we scoren er wel weer een stempel op de credential.
Bij het terugfietsen naar de camping komen we langs Porte de Paris en Tour de Sottes van het vestingwerk uit de 13de en 14de eeuw.
Nog even langs de Aldi voor het avondeten maar volgens ons moet de inkoper nog wat leren, alle verse groentes zijn op, dus vanavond wordt een pastamaaltijd met ratatouille uit blik.
Voor alle trackgegevens of om te downloaden, klik op onderstaande link.
25-8 Cambray-Berlancourt
We denken ervaren kampeerders zijn, maar moeten toch opletten waar de lantaarnpalen staan, want mijn tentje staat vannacht volop in het licht, maar verder prima geslapen. Vanmorgen weer met de Garmin naar de Lidl voor het ontbijt en verder de route oppakken, wat zijn het handige dingen.
Bij iedere grotere of kleine plaats staat wel een watertoren op een berg, zodra je er een in de verte ziet, weet je dat er ook weer bebouwing zal aankomen.
Rumilly en Cambrésis ligt in een streek die al sinds de prehistorie is bewoond geweest. Tot in de 15e eeuw werd onder Rumilly een steengroeve geëxploiteerd, een deel van het gangenstelsel is daarna door de bevolking ingericht als veilige schuilplaats in roerige tijden, waar men zich met hun vee kon verbergen. Er bevinden zich maar liefst 32 grote ruimtes met 2 waterputten en een vuurplaats.
Het Romaanse torentje ogenschijnlijk verdwaald langs de weg maakte ooit deel uit van een geweldige vestingmuur van 7 kilometer lang en 5 tot 6 meter hoog, tussen 1204 en 1238 opgetrokken rond het gebied van Vaucelles. Deze werd in de 15e eeuw nog voorzien van 8 torens, maar werd in 1550 gesloopt voor de bouw van de vestingwerken van Cambray.
We komen langs de voormalige cisterciënzer abdij van Vaucelles uit 1132 gesticht door Bernardus van Clairvaux en groeide in een eeuw uit tot een grote en invloedrijke gemeenschap. De grootste abdijkerk van Europa heeft hier gestaan met een buitengewone lengte van 135 meter. Tijdens feestdagen verschafte men 3000 maaltijden aan behoeftigen in de regio. Er is al veel gerestaureerd, maar een bezoek is pas in de middag mogelijk.
Ook hier weer een van de vele sluizen (nummer 15) die hier aangebracht zijn om het Canal de Saint-Quentin, dit is een kanaal in Noord-Frankrijk dat de gekanaliseerde Schelde in Cambrai verbindt met het Canal latéral à l'Oise en het Canal de l'Oise à l'Aisne in Chauny.
Honnecourt sur Escaut is de geboorteplaats van Villard de Honnecourt, één van de grootste middeleeuwse architecten, die heeft meegewerkt aan de Abdij van Vaucelles en de kathedraal van Cambray. Vanwege zijn ontwerpen voor werktuigen zoals de mechanische vogel kreeg hij de bijnaam 'de Franse Leonardo da Vinci'. Voor de kerk staat een reproductie van zijn water-zaagmachine.
Fietsers krijgen nu wat langere heuvels te beklimmen. Tussen Joncourt en Levergies ligt het hoogste punt van deze etappe, 150 meter. Hier ligt de waterscheiding tussen het noorden naar de Schelde en het zuiden naar de Somme.
Ook hier hebben ze de Charolais-koeien rondlopen, maar met deze temperatuur doen zij ook niet veel.
De Schelde is hier ook nog maar een smal riviertje, want we komen bij de Bron van de Escaut, een diepliggend poeltje met helder water, later heet hij Schelde, die na 430 km eindigt in een brede monding. Er staat een mooie gedenkplaat en de stad Antwerpen schonk er een kunstwerkje.
De D932 die we in Estrées met een stukje nostalgie uit onze werkbare tijd kruizen is van oorsprong een Romeinse heirbaan die leidt naar Bavay aan de Belgische grens. Estrées is de verbastering van het Romeinse Strata. We fietsen een mooi en lang fietspad langs het Canal de Saint-Quentin.
Het is vandaag te warm om de binnenstad van St. Quentin te bekijken, we schieten als Japanners gauw een paar foto's van het plein en het stadhuis, maar gaan liever de koele gotische basiliek St. Quentin bekijken, hij werd gebouwd tussen 1230 en de 15de eeuw met een uniek dubbel dwarsschip en ramen uit de 13e en 14e eeuw. Het oudste deel vormt de voet van de toren, oorspronkelijk bedoeld als portaal van een kloosterkerk, deze ingang staat op dit moment in de steigers en hebben ze voor de toeristen de labyrint in de mozaïekvloer op een foto opgehangen.
Vanavond slapen we na 87km in een pelgrimsonderkomen Accueil in Dagoba in het plaatsje Berlancourt, we eten mee met de familie, we zijn benieuwd wat we eten, de beheerder is blij dat we niet veganisten zijn. Dominique en Roger Vermeersch hebben voor een voortreffelijk 3 gangen menu gezorgd met een heerlijk ijsje met champagnesmaak, die we als pelgrim niet veel te eten zullen krijgen, ze vinden het prachtig om te doen en wij mogen zelf bepalen wat we doneren, voor pelgrims noemen ze dit een donativo.
Even voor Monique uit Oosterhout, je kan ze gerust bellen voor een heerlijk eten en gezellige avond met een goed onderkomen.
Voor alle trackgegevens of om te downloaden, klik op onderstaande link.
26-8 Berlancourt-Lachelle
Prima geslapen in weer een "normaal" bed en pas om half 8 opstaan voor een petite dejeuner bij Dominique en Roger, dat betekent 4 soorten jam en een plakje kaas, niet echt ons ding die zoetigheid, maar vers brood en een croissant maakt alles goed. Nog wat foto's van ons overnachtingsadres en dan nemen we afscheid van 2 prachtige mensen, alleen Dominique zwaait niet uit, het lijkt of ze daar moeite mee heeft.
Noyon, de vesting Noviomagus (nieuwe markt) met een mooi oud centrum bestond al in de eerste eeuw aan de routes van Milaan naar Boulogne en Tournai. Door deze goede verbinding vestigden zich er Galliërs uit België. De stad werd in 531 gesticht met de bisschopszetel van St. Médard en werd toen de hoofdstad van het Frankische rijk.
De Cathédrale Notre Dame uit de 12de en 13de eeuw, die van ver al is te zien, vormt als stylistische eenheid een meesterwerk uit de overgangsperiode van de Romaanse naar de gotische bouwkunst met een Madonnabeeld uit de 16de eeuw. De kapittelzaal en de ruim bemeten kloostertuin zijn 13e eeuws, de zijkapellen dateren uit 15e en 16e eeuw.
Buiten spreken we Jasmine uit België, die maakt het wel heel bont, zij is een wereldstapper op sandalen, is een aantal maanden onderweg, dan een paar weken thuis uitrusten en weer voor de volgende wandeling vertrekken. Ze is nu onderweg naar Parijs voor een overleg met 3 andere vrouwen om begin volgend jaar naar Jeruzalem te gaan. Ook een Nederlands echtpaar staat er bij welke ook fervente wandelaars zijn naar allerlei steden, alleen nu onderweg met de camper voor het ophalen van allerlei herinneringen.
We fietsen langs de abdij van Ourscamp, deze ontstond in de 7e eeuw als priorij genoemd naar St. Eligius. St. Bernardus van Clairvaux stichtte er in 1129 een belangrijk cisterciënzer abdij, fraai gelegen in een park. Inmiddels worden de ruïnes weer hersteld voor een bedrag van 1,6 miljoen euro.
We kunnen de kortere provinciale weg volgen, maar de route van Sweerman gaat over een lange rechte weg door het enorme bosgebied Forét de Laigus, geen auto's alleen motorzagen van bosarbeiders en over het Canal Lateral a l'Oise welke gegraven is voor de transport van de bomen uit de productiebossen.
We gaan in Compiègne naar de eglise St. Jacques uit de 13e-14e eeuw achter een frontgevel in flamboyante gotische stijl. We moeten even zoeken naar zijn afbeelding, maar herkennen hem in een glas-in-lood raam achter het altaar. Een koninklijke parochiekerk voorzien van een prachtige toren en met binnen fijn houtsnijwerk.
Het classicistische paleis van Compeigne is nu ingericht als museum de la voiture de tourisme, voorzien van oude rijtuigen en auto's, maar ook de Clairiére de l' Armistice, een spoorrijtuig waar de vrede van de eerste Wereldoorlog werd getekend, maar in juni 1940 ook de capitulatie tegen Duitsland.
Het hotel de Ville van Compiègne is een gemeenschappelijk gebouw uit de 16e eeuw . Dit imposante gebouw blijft evenzeer een voorbeeld van burgerlijke architectuur in de Lodewijk XII-stijl van de eerste decennia van de 16e eeuw als van de uitgebreide restauraties van de 19e eeuw. Daarin getuigt het in de eerste plaats van de herontdekte welvaart van Compiègne aan het einde van de 15e eeuw, waardoor een voorheen verwaarloosd gemeentelijk erfgoed wordt
We doen onze boodschappen voor de avond en fietsen na 56km naar de refuge bij de Mairie in Lachelle, vandaag een korte afstand waarbij opvalt dat we gisteren 4 bidons nodig hadden om nog wat vocht in de blaas te krijgen en we vandaag aan 1,5 voldoende hebben, de wind is ook naar het noorden gedraaid en dat maakt het ook wel wat makkelijker, de komende dagen blijft hij ook zo, een goed vooruitzicht. We staan naast de dorpskerk L’église Notre-Dame de l’Assomption die elk moment van het uur slaat, we zijn benieuwd hoe dat vannacht gaat. Het heeft verschillende opmerkelijke elementen: een beeld van de Maagd en het Kind, prachtige glas-in-loodramen (boom van Isaï, het leven van Christus,...), een klok uit de zestiende eeuw, maar helaas is hij gesloten
Vlak voor het eten komt er nog een kolibrievlinder zijn nectar uit de bloemetjes halen.
Voor alle trackgegevens of om te downloaden, klik op onderstaande link.
27-8 Lachelle-Grisy-les-Plâtres
Vanmorgen moesten we voor het ontbijt van de route af naar Mouvillers, de Netto op de route ging pas om 9 uur open, vanaf de supermarkt zo kort mogelijk naar de route, was een stukje over de N31, gelukkig niet te druk en zelfs vrachtwagens blijven achter je als ze geen ruimte van 1,5m hebben om in te halen.
Volgens het boekje is Clermont een historisch stadje gelegen aan de rand van een heuvelrand de moeite waard om naar het centrum te klimmen, ze schrijven er niet bij dat de helling wel 10% is. Het stadje ontstond bij een burcht, waarvan de Porte Nointel nog bestaat, de poort uit het begin van de 14de eeuw is een van de overblijfselen van de wallen van de stad Clermont-en-Beauvaisis, in de Oise. De eglise Saint Samson heeft een pelgrimsbeeld van St. Rochus en St. Jacob en kleurrijke glas-in-loodramen van St. Jacob met een Jacobsladder, de Boom van Jesse en St. Samson, een Engelse prediker uit 480.
Het Hotel de Ville is gebouwd tegen de toren van de stadsmuur in de 14de eeuw op de plaats van een oude kledingmarkt. De 1ste verdieping werd gebruikt voor belangrijke ontvangsten, op de begane grond was voor commerciële doeleinden.
Van de vele watermolens die het plaatsje Mouy telde, staat als herinnering één van de grote raderen in het centrum opgesteld met een doorsnede van 7,20 meter.
Méru bezit een aardig centrum rond het dorpsplein bij de kerk, we hebben gezocht naar het houten vakwerkhuis van Mullot uit de 17e eeuw. Verder de bakstenen huizen uit de 19de eeuw, toen veel gezinnen een inkomen verwierven met het inleggen van paardenvoer, ivoor en been in luxe artikelen voor Parijs. Kenmerkend zijn de grote vensters, ruim voorzien van smalle ramen voor de juiste lichtinval. Van het oude kasteel van Méru die in het midden van de achttiende eeuw is afgebrand, staat alleen nog de Conti toren.
Na 87km gaan we naar de camping Le Maurois in Grisy-les-Plâtres, iets verder als de bedoeling en weer van de route, want de geplande camping neemt geen fietsers met tentje meer aan, hiervoor de navigatie de ruimte gegeven om een route te vinden, dat is over een iets glooiend landschap met soms wel 8a9%, maar vandaag hebben we erger gehad op de route zelf van 13%, daar moet je wel even voor afstappen of stoppen.
Voor alle trackgegevens of om te downloaden, klik op onderstaande link.
27-8 Lachelle-Grisy-les-Plâtres
28-8 Grisy-les-Plâtres-Epone
Gisteren kwam Cin uit Helmond laat aanfietsen, die hadden we overdag al een keer gesproken, ze ging ook naar dezelfde camping maar ging eerst nog naar een museum in Méru over de kunstnijverheid waar ik gisteren over schreef. Ze raakte behoorlijk in paniek toen haar belangrijkste tas kwijt was, bij de ingang nog gebruikt voor het betalen van de camping en bij de kampeerplek weg, waarschijnlijk van de fiets gevallen. Toen ik samen met haar terug liep stonden er mensen te zwaaien met haar tasje, gelukkig maar en helaas dat er toch 50 euro is verdwenen.
Ze heeft een veel nieuwer routeboekje en de camping waar we naar toe willen, staat er niet meer in, terwijl hij nog wel op internet staat, we gokken het niet en gaan vandaag een korte afstand naar camping Canada in Epone, het is zondag dus eigenlijk rustdag, dan mag een korte afstand ook wel een keer.
Vandaag komen we niet door grotere plaatsen, dus minder te zien, maar we "moeten" de supermarkt halen voor het avondeten omdat we niet veel over de camping op internet hebben gevonden.
In Santieul daal je steil langs de 12e eeuwse L'église Saint-Pierre-Saint-Paul van een voormalige abdij van de Benedictijnen van Chartres, dit klooster was gebouwd als dank voor een geslaagde kruistocht, maar werd tijdens de Franse Revolutie verwoest en de monniken verdreven. In de naastgelegen gite sliepen op een zolder boven de studiezaal pelgrims die onderweg waren naar de St. Martin in Tours, er zijn plannen om deze weer opnieuw in te richten daarvoor.
De meeste graanvelden zijn alweer geoogst, maar we komen ook dit jaar weer langs velden met de Sorgum Bicolor, Grote Sorgo in het Nederlands, die nu nog in bloei staan. Maar ook hier fietsen we langs de geoogste landbouwgronden.
Het Chauteau van Théméricourt huisvest het Maison du Parc Naturel Regional du Vexin met informatie over deze regio. In de vroegere stallen de indrukken van de ontwikkelingen van de landschappen met het natuurlijke en culturele erfgoed met werktuigen uit de prehistorie, het is nog niet open.
Oinville vlijt zich tegen een heuvelrug die de fietser nog scheidt van de Seine, dat betekent aan de andere zijde het dal weer omhoog na 43km naar camping Canada.
Voor alle trackgegevens of om te downloaden, klik op onderstaande link.
29-8 Epone-Chartress
Cin was vanmorgen al vertrokken, want ze wilde naar een met glas bekleed huis in Chartres, wij vertrokken tegen half 9, het stel uit Almelo bleef een dagje rusten. Na de camping meteen een afdaling en dat was nog best fris om te doen.
In Adainville zou al een vroege etappeplaats van pelgrims zijn geweest, getuige een Jacobsschelp in een raamschildering boven de hoofdingang van de Église Saint-Denis. Er zou ook een triangel moeten zijn van Pater, Filius en Spiritus Sanctus, maar kunnen deze niet vinden, wel alle raamschilderingen gefotografeerd, dus als iemand hem ziet, lezen we het graag. Thuis verder uitgezocht, het blijkt de viering van de 3-eenheid te zijn op de eerste zondag na Pinksteren.
Na Condé-sur-Vesgre fietsen we door en langs de uitgestrekte bossen van Rambouillet, heerlijk rustig. De afgemaaide korenvelden worden weer ingezaaid met koolzaad, die zal dit jaar nog wel geoogst worden.
Maintenon is vooral bekend vanwege het fraaie Château dat Madame de Maintenon liet bouwen uit het oorspronkelijke feodale kasteel aan het riviertje de Eure. Lodewijk XIV sloot met haar in 1683 in het geheim een huwelijk em werd vervolgens devoot katholiek. Toen 2 jaar later het Edict van Nantes werd opgeheven leidde dit tot vervolging van de protestanten en de vlucht van veel Hugenoten naar het buitenland.
Achter het Château overspannen begroeide boogresten van het aquaduct de vallei. Er werd in 1640 onder leiding van bouwmeester Vauban aan begonnen en het droeg een kanaal dat 110km lang moest worden om het Château van Versailles met tuinen en fonteinen van water te voorzien. Het zou de Romeinse Aquaducten als de Pont du Gard verre overtreffen. Op het hoogtepunt werkten er 30.000 soldaten aan maar na 40 jaar problemen, ziektes en muiterij werd het nooit voltooid.
Inmiddels hebben we ook een kudde rood-bruine koeien gescoord.
Ook de lavoirs (openbare wasplaatsen) komen in deze regio weer langs
Maintenon volgt de route langs stille dorpjes door de groene vallei van de Eure, het laatste stuk in Chartres over mooie Voie Verte, volgens ons geen voormalige spoorlijn, want de bochten zijn wat te scherp.
In Chartres gaan we naar de cathédrale Notre-Dame, helaas is fietsen niet mogelijk door de steile wegen die er naar toe leiden, hij is gebouwd bovenop een berg en de torens zijn al van verre te zien. Kort na de laatste verwoesting na een grote stadsrand in 1194, waarbij alleen het beroemde gebeeldhouwde koningsportaal en de relikwie van Maria bespaard bleven, begon de herbouw met een gewelf van 36m hoog, hetgeen nog niet eerder was getoond. Vroeger vormen van een nieuwe bouwstijl werden uitgeprobeerd, die pas later gotisch werd genoemd. Als je in deze kathedraal komt, moet je naar het labyrint, alleen wordt op de vrijdagen zichtbaar als de stoelen weggehaald worden, dus alleen in het gangpad is deze zichtbaar.
In het centrum staan ook nog een paar oude vakwerkhuizen en een markthal waar vroeger groente en fruit verkocht werd. Verder zoeken we niet en gaan naar de camping om te douchen, best weer een warme dag van tegen de 30 graden.
Ook de route naar Santiago de Compostela komt door Chartress en wordt natuurlijk weer aangegeven met de bekende schelpen, maar een mooi mozaïek hoort er natuurlijk ook weer bij.
Na 80 km staan we op camping municipal des Bords de l'Eure in Chartres, waar de pelgrims korting krijgen op de staanplaats, we hoeven maar 5 euro per persoon te betalen, zelfs een pelgrimsovernachting in een caravan was mogelijk.
Voor alle trackgegevens of om te downloaden, klik op onderstaande link.
30-8 Chartres-Fréteval
Cin bleef een dagje rusten op deze camping gaf ze gisteravond aan, we wensen haar een buen camino, de kans dat we elkaar nog zien, wordt wel heel klein, dus een selfie voor de herinnering., waar we ook het ontbijt maar gelijk nemen.
Over nog een mooi fietspad door het park gaan we naar de supermarkt waar een levensgroot houten beeld van de pelgrim Jacob staat, dus ook met hem maar even een foto en selfie.
De eerste 40km zijn licht glooiend tussen de landbouwvelden door, die gaan wel heel snel, maar we komen nog wel langs een watertoren met kleintje erbij voor het schuilen tijdens eventuele werkzaamheden denken we.
Bonneval is een oud vestingstadje aan de Loir met stadspoorten, een ringvaart, deels uit de 12de en 13de eeuw brengt een vleug sfeer van de pelgrimsperiode. We komen binnen door de Porte St. Roche uit de 15de eeuw en een Belfort waar nu een kunstenaar van ijzer allerlei voorwerpen maakt.
In St. Christophe staat een fraai voorbeeld van een versterkte boerenhoeve zoals deze ook veel in Limburg voorkomt.
De grote Notre Damekerk dateert uit de vroege 13de eeuw en werd gebouwd in een pure vorm van de primitief gotische stijl. Enkele pilaren van het hoge schip staan uit het lood na een overstroming in 1665.
Châteaudun ligt op een vooruitgeschoven kalksteenheuvel boven de Loir. In de Gallo-Romeinse tijd bestond al een strategische versterking Castrodunum. Het Château is nauw verbonden met Jean Dunois, in de 15de eeuw één van de belangrijkste aanvoerders in de strijd tegen Jeanne d'Arc en de Engelsen. Aan de ene zijde oogt het slot achter de ruime binnenplaats welhaast elegant ondanks een mengelmoes van stijlen die de overgang duiden van een feodale burcht naar een bewoonbaar renaissance kasteel. Het 30 meter hoge donjon uit de 12de eeuw is één van de grootste en tevens oudste van Frankrijk in een ronde vorm. We verlaten het stadje bij de Porte d' Abas die er zelf niet meer is, maar nog wel staat er een heel oud vakwerkhuis.
In Montigny-le-Gannelon prijkt hoog boven de oever het Château du Prince-Duc de Montmorency, de Loirzijde dateert van rond 1835, terwijl de westgevel eind 15de eeuw in renaissancestijl werd opgetrokken. Het kasteel werd voorzien van water door middel van een hydraulische pomp aan de oever. In de rotswand bevinden zich sinds de steentijd holwoningen, voorlopers van de enkele woningen die men nu nog aan treft.
Veel te bezichtigen plaatsjes met bezienswaardigheden zijn wat van de route en ook niet aangegeven, als we dat allemaal gaan doen, wordt het wel een heel lange dag, dus gaan we na 91km naar camping Les 2 Etangs in Fréteval.
Voor alle trackgegevens of om te downloaden, klik op onderstaande link.
31-8 Fréteval-Tours
Vandaag lukte het om wat vroeger te starten, terwijl we op dezelfde tijd opstonden, zou de handigheid terug komen, dat kwam goed uit want we willen Tours bereiken.
De eerste plaats die we doorkomen is Vendôme, in de Gallo-Romeinse tijd Vindocinum (de witte berg) genoemd. Een legende verhaalt dat St. Martin een stervend kind in de armen van zijn moeder tot leven wekte, waardoor de stad één bekend bedevaartsoord werd en een belangrijke etappeplaats voor Santiagopelgrims.
Achter de voetbrug begint de binnenstad met de Chapelle St. Jacques aan de gelijknamige straat, de kerk is 's middags pas open, voor toegang moet betaald worden, zelfs voor pelgrims.
Aan de Place St. Martin resteert de vrijstaande Tour St. Martin van de 15de eeuwse kerk. Deze geldt als één van de mooiste romaanse klokkentorens in Frankrijk en stond model voor die van Chartres.
In het centrum van de stad aan het plein staan ook enkele houten vakwerkhuizen uit die tijd, maar ze zijn veel talrijker dan het lijkt, zoals in de rue du Change, rue Parisienne, rue Notre-Dame, rue du Bourg neuf, place Saint-Martin, impasse de l'Écrevisse.
De mooie abdijkerk St. Trinté, vanaf 1306 in fasen gebouwd, vertegenwoordigd verschillen bouwstijlen. Zo werd de drukke flamboyante voorgevel in laatgotische stijl beëindigd in 1506. Het glas-in-lood raam met Maria met kind (1140) is het oudst bekende afbeelding. Van een vrouw in de kerk krijgen we een stempel en ze wijst ons op de glas-in-lood raam met St. Jacob, wat niet in het boekje vermeld is.
We verlaten de binnenstad door de indrukwekkende stadspoort St. George bij de brug over de Loir, van 1467 tot midden vorige eeuw in gebruik als stadhuis.
Na Vendôme wachten lichte klimmetjes over de glooiende en open landbouwvelden inmiddels wel met wat meer bebossing en daarna volgen we het besloten dal van de Brenne op een rustig landweggetje, schaduwrijk en met uitzicht op de landgoederen.
We komen weer langs diverse hellingen met rotswoningen geheel of gedeeltelijk in de rotsen uitgebouwd.
Vanaf Chancay fietsen we over een voormalige spoorlijn (voie verte) langs de Brenne, eerst weer mooi asfaltpad en later een pad met fijn wit gruis die bij regen beter gemijdt kan worden, maar daar hebben we nog steeds geen last van.
Inmiddels hebben ook weer groepje zwart-witte Nederlandse koeien kunnen scoren.
Het lukte ons vandaag om zelfs 2x een espresso te scoren, alleen de 2de keer begrepen we het snelle Frans niet helemaal, prijs binnen/buiten? creditcard/contant? nadat we besloten verder te gaan, was ineens alles mogelijk met zelfs een glaasje heerlijk koud water er bij.
Over de Pont Suspenda over de Loire fietsen we Tours binnen waar boekje 1 eindigt na 942km bij de St. Gatien kathedraal, wij gaan alleen verder naar de St. Martin Baselique, waar we willen slapen in de refuge bij de kloosterzusters van de gelijknamige kerk. Na lang wachten worden we naar de slaapruimte gebracht en als duidelijk is dat er nog een 3de man op de kamer ligt, één van ons op een matras op de grond ligt, er geen avondeten is en we om half 10 op de kamer moeten zijn, zonder dat er een ruimte is om de dag door te nemen en dat voor 18 euro per persoon, besluiten we toch maar om naar de camping Val de Loire te gaan.
Vandaag 1ste boekje dus uit en ook het 1ste gasflesje leeg dus op zoek naar Bricolage, waar ze te koop zijn.
Voor alle trackgegevens of om te downloaden, klik op onderstaande link.
1-9 Tours-Ingrandes
Gisteravond in de verte onweer gedonder en flitsen, bij ons een paar regendruppels, onder de boom bleven we prima droog. Op deze laatste camping loopt 's nachts een bewaker rond en die vindt het leuk om met zijn schijnwerper rond te stralen, je schrikt behoorlijk als je tent ineens helemaal verlicht is.
Vanmorgen was eerste prioriteit een set remblokjes te kopen, door de stress van de afgelopen weken voor vertrek was ik vergeten deze te kopen, door de afdalingen van de bergjes van de Vlaamse en Franse Ardennen sleten deze toch wat harder dan verwacht.
Om de openingstijden af wachten nemen we een klant-en-klaar broodje bij de boulangerie. Eerst bij de Declathon geprobeerd, maar deze stuurden ons verder naar een Velo iets verderop, pas om 10 uur open, dus we hadden wat vertraging.
Ook de eerste velden met zonnebloemen worden geoogst, dus dan zijn ze allemaal leeg, de boeren zullen zich gaan voorbereiden voor volgend jaar.
De eerste redelijke plaats waar we door komen is Ste. Catherine-de-Fierbos, na de slag van Karel de Grote tegen de Moren in 732 werd er door hem hier een kapel gebouwd ter ere van Ste. Catherine, patroon van de soldaten. In de 14de eeuw kwam er een nieuwe kapel, die al snel doel werd van bedevaartgangers (Jeanne d'Arc was één van hen) en daarmee ook een belangrijke etappeplaats voor Santiagopelgrims. Een eeuw later werd de huidige zeer stijlvolle kerk met een gelijke benaming gebouwd. Het hospitium, gebouwd voor verzorging van de pelgrims, doet nu dienst als gemeente secretariaat. Het Maison du Dauphin met het statige trapje bij de ingang van de kerk dateert uit 1415.
Ste. Maure-de-Touraine is een oude stad, in de Gallo-Romeinse tijd Arcianum geheten ontstond bij de begraven van de heilige martelaressen Maura en Brigitta, één kilometer ten oosten van het stadje staat op een heuvel de kapel van de Maagden, de plaats waar de heiligen gestorven zijn. De stadskerk (Eglise Sainte Maure - Sainte Britte) geheel vernieuwd, maar de crypte ademt nog iets van de tijd dat hier de pelgrims passeerden, alleen is deze niet bereikbaar. Het plaatsje bezit verder het chateau de Foulques Nera, een beruchte graaf van Anjou, die rond 1000 centraal Frankrijk veroverde. Er volgt een korte klim het dal uit.
Nouâtre toont resten van vroegere vestingwerken aan de rivier de Vienne. Vanaf deze plaats loopt de route door het wijde dal van de Vienne, afwisselend en makkelijk te fietsen. Langs de weg bevinden zich in de loodrechte kalkrotsen veel grotten, nu in gebruik als werk- of opslagplaats, maar die vroeger ook bewoond werden.
Antogny-le-Tillac heeft een fraai romaans kerkje Saint-Vincent, gebouwd in de 11e (met lambrisering) en 12e eeuw (achthoekige klokkentoren, overspanning, tonvormige apsis met platte apsis en portaal), werd in 1908 gerestaureerd.
Gisteren het 1ste boekje uit en vandaag over de 1000km, het gaat best snel.
We doen de boodschappen in Dangé-St.Romain, vroeger bekend als pelgrimsplaats, maar niets rest meer van die tijd en we gaan na 76km naar camping Château le Petit Trianon, eigenlijk sinds vandaag gesloten, maar 2 vermoeide fietspelgrims mogen nog een nachtje blijven slapen en waar we lekker lang buiten hebben kunnen zitten onder het genot van een glaasje vin rouge en lekker kaasje met het hoofdlampje op om de route van morgen door te nemen.
Voor alle trackgegevens of om te downloaden, klik op onderstaande link.
2-9 Ingrandes-Poitiers
Gisteravond moesten we om half 11 de tent in nadat we alles goed vast gemaakt hebben, overal om ons heen was de bliksem en gedonder te zien en te horen, daarna begon het hard te regenen, maar de tentjes hebben het prima gehouden.
Vanmorgen was het weer droog bij vertrek en in Châtellerault konden we naar de supermarkt voor het ontbijt. In deze plaats 100 meter vóór de Pont Henri IV en iets hoger in het oude stadsdeel Faubourg St.Jacques, staat de gelijknamige kerk uit de 11e en 13° eeuw. Enigszins ingeklemd tussen de woningen prijkt hoog boven het portaal een rijk gebeeldhouwde façade met de apostelen. Binnen zijn prachtige romaanse tongewelven boven het koor met kruisbeuk en een groot carillon. Het innemende en zeer bekende beeld van St.Jacob in volle pelgrimsuitrusting, verplicht eigenlijk alleen al tot afstappen en binnengaan! Volgens geschriften heette de oude brug over de Vienne (van 1575) vroeger de 'Pont St.Jacques. Hierover leidde de pelgrimsroute naar deze kerk en wel over de nog bestaande Rue St.Jacques, eeuwenlang de doorgaande weg.
Van Klaas uit Amsterdam krijgen we te horen dat de herbergen nog steeds minimaal bezet worden in verband met Corona, meestal alleen reizende of samenreizende krijgen toegang, geen mengelmoes van pelgrims. Omdat ook de campings landinwaarts al diverse gesloten zijn of niet meer aanwezig besluiten we de westroute dichterbij de kust te gaan volgen. Hiervoor hebben we wel de gpx-tracks nodig en onder het genot van 2 espresso's lukt het om deze op de Garmin van Theo te krijgen, we zien wel of de mijne ook nog lukt.
Dissay een zeer oude stadje, bezit een imposant 15° eeuws Château, het voormalige zomerverblijf van de bisschop van Poitiers. Het park rond dit kasteel werd aangelegd volgens een ontwerp van architect le Nôtre die bij veel kasteeltuinen werd ingeschakeld.
Voor de Golf-volgers eindelijk een golfbaan du Haut-Poitou waar we direct langskomen, de andere waren allemaal uit de route, ben benieuwd of er golfers zijn die deze baan wel eens gedaan hebben, hij heeft voldoende hoogteverschillen en waterpartijen om het balletje kwijt te raken. Voor de greenkeepers, ze vinden de fairway en de drivingrange niet belangrijk om groen te houden.
Bij Vieux-Poitiers een op een toren lijkende ruïne, zichtbaar op ca. 350 meter afstand naast de route, resteert van een Romeins amfitheater uit de eerste eeuw. Met een doorsnede van 116 meter kon het 10.000 toeschouwers bevatten. Rondom bevinden zich opgravingen uit de Gallo-Romeinse periode van de stad Vetus Pictavis die 80 hectare besloeg. Het weggetje dat leidt naar de opgravingen, was ooit één van de hoofdassen van de grote vestingstad Vieux-Poitiers, die zich uitstrekte tot aan de samenvloeiing van de Vienne en de Clain. Hier besloten de zonen van Karel Martel in 742 tot de verdeling van Aquitanië. In de 11 eeuw sloegen de Noormannen toe met flinke verwoestingen, waarna de stad verlaten werd.
De route aanduidingen krijgen een steeds mooiere vorm en uitstraling.
Net voorbij het plaatsje Georges-lès-Baillargeaux staat het Château de Vayres uit de 15-17e eeuw met fraaie tuinen en een bijzondere duiventoren. Graaf Guillaume van Aquitaine schonk in 989 gronden van Vayres aan een abdij, die een pelgrimsherberg bouwde op de fundamenten van de Romeinse Villa Varius.
In Poitiers krijgen we toch "eindelijk" een regenbui met onweer te verwerken en dus schuilen voordat we rechtstreeks naar de herberg Halte Jacquaire in Poitiers gaan, waar een druk doende man genaamd Michel ons ontvangt en rond leidt, morgen gaan we wel langs de kathedraal St. Pierre en naar binnen als hij open is.
Voor het avondeten gaan we naar de supermarkt omdat in de herberg gebruik kunnen maken van de keuken. We nemen eindelijk weer eens een lekker koud biertje op een terras.
Voor alle trackgegevens of om te downloaden, klik op onderstaande link.
3-9 Poitiers-Lezay
Gisteravond eigenlijk nog best een leuk gesprek gehad met Michel en zijn vrouw, we zijn haar naam vergeten. Ze ook kleinkinderen en één heeft de naam Luca, Theo ook en ik een Luuk, wel heel toevallig. Van Michel kregen we het advies om 's avonds in Royan aan te komen, de Pont vaart namelijk meestal 's morgens, handig om te weten. Ze gingen wat vroeger naar hun eigen gedeelte van het huis, maar hij kwam om half 11 nog wel controleren of we er nog zaten en vergeten waren het licht uit te doen, maar we zaten nog lekker aan de camembert met een glaasje rode wijn.
We hebben niet lekker geslapen, het was heel warm in de slaapkamer en er kon geen raam open door de muggen.
Vanmorgen nog daar ontbeten met een kopje koffie gezet door Michel zelf, niet zo sterk maar smaakt goed in de morgen.
We fietsten nog even langs de kathedraal St. Pierre, gebouwd van 1162 en 1379, in de gotische stijl die afwijkt van de noordelijke kathedralen: ruim, helder en sober. De voorgevel oogt monumentaal met drie portalen, hij was nog niet open, maar dat kan ook nog niet op deze tijd.
We nemen niet de tijd om deze stad verder te bekijken, daar is hij ook veel te groot voor, en met de gedachte zoals wij onderweg zijn.
Poitiers wordt de stad met kerken genoemd zoveel zijn er.
We fietsen naar de westelijke route en ik kom er achter dat de achterrem het nu ineens wel heel veel minder doet, we kijken nog een keer naar de remhendel en de olie komt er nu wel erg veel uit. Met de navigatie naar een Giant-winkel, maar zij kunnen geen Magura repareren, na veel telefoontjes komen we uit bij Cyclable Poitiers, zij hebben een ander model die moet gaan passen alleen helemaal aan de andere kant van het centrum van de stad, dus weer terug. Adelphe Garon heeft ons geweldig geholpen en de tijd er voor genomen om dit voor mij te regelen. Om 12 uur konden we eindelijk starten, we zien wel wat nog mogelijk is.
De navigatie brengt ons op een onmogelijk pad naar beneden, maar dalen zo snel, dat terug geen optie meer is, dus naar het zandpad bij de rivier en dan naar de verharde weg en de route oppakken. De track wil later nog weer een keer anders als de route in het boekje en deze moeten we wel nemen om nog in Vivonne uit te komen met voldoende voorzieningen voor onze lunch.
Het oude versterkte kasteel in Iteuil werd in 1442 gebouwd door Jean II de Vivonne, op de plaats van een Romeinse villa genaamd "Villa Lenis" of "Villa Leenia", omgevormd tot een vicaria na het einde van de Romeinse bezetting. Het chateau van Aigne was enige tijd afhankelijk van de machtige familie Lusignan, van wie één, Guy, koning werd van Cyprus en Jeruzalem. Een laatste restauratie die tegen het einde van de vorige eeuw plaatsvond, heeft ons dit juweel van onze lokale geschiedenis opgeleverd dat we vandaag kennen.
Eindelijk komen we toch nog langs een veld met bloeiende zonnebloemen, ze hebben alleen hun kopjes van ons afgewend of zou het door de stevige zuidwesten wind komen waar we eigenlijk de hele dag last van hebben, maar de Forét de St. Sauvant waar we doorfietsen houdt veel van de wind tegen.
Om de etappes van de komende twee dagen kort genoeg te krijgen willen we minimaal tot Lezay komen, daar is een supermarkt die lang genoeg open is en een camping municipal op 600m, de afstand wordt dus 70km inclusief de foutkilometers in Poitiers.
Voor alle trackgegevens of om te downloaden, klik op onderstaande link.
4-9 Lezay-St.Jean-d'Angely
De camping gisteravond was heerlijk rustig en we hebben wat gekeken naar onze medekampeerders. Linksachter in het verste hoekje een man met honden verstopt achter tenten met voldoende drank op, in het midden een kampeerplek met heel veel rommel, achter ons een nogal corpulente man die de hele avond en nacht in de auto zat te eten, alleen rechts een tent met wat we konden zien een "normaal" stel. Er is wat apart volk op de wereld. We moesten voor het eerst wat meer kleding aantrekken want het werd al snel frisser en gelukkig ging het licht van het toiletgebouw uit waardoor we ook beter hebben geslapen.
Bij een municipalcamping moet de gemeenteambtenaar langs komen voor de betaling, gisteravond was ze er niet terwijl we ons wel hadden aangemeld en vanmorgen op zondag was waarschijnlijk te vroeg.
We fietsen als eerste naar Melle, het oude stadje ligt over een heuvel verspreid met boven rond de markt het kleine centrum met een karakteristieke markthal met bijbehorende muziekkoepel. Het plaatsje ontstond naast een motte, een verhoging met een versterkte wal, die later werd uitgebouwd tot een burcht. Deze bevond zich waar nu het parkje ligt, maar is tijdens de Franse Revolutie met de grond gelijk gemaakt. De naam Melle is afgeleid van het Romeinse woord voor metaal: looderts vermengd met zilver, dat hier reeds in het begin van de jaartelling gevonden werd. Vanaf ca 500 tot 1000 werd het erts gedolven in een ondergrondse mijn, een van de oudste in Europa. In de tijd van Karel de Grote was Melle uitgegroeid tot een 'Europees monetair centrum' en werden er munten geslagen met het (Carolus) waarmerk van de keizer: een ware voorloper van de Euro. De historische mijn telt een gangenstelsel van rond twintig kilometer, waarvan 350 meter.
Melle bezit maar liefst drie fraaie romaanse kerken, we gaan er naar twee.
De eglise St.Hilaire, is van 12e eeuwse zuiver romaanse stijl en rijkelijk voorzien van afbeeldingen. Deze pelgrimskerk werd gebouwd op de resten van een voorganger, die reeds gewijd was san St.Hilaire, de vereerde bisschop van Poitiers, gestorven in 367. Santiagogangers stopten hier voor hun eerstvolgende etappe naar Aulnay. Onderwerp van gissingen vormt de ruiterafbeelding boven het noordportaal, die ook voorkomt in Aulnay en in Aubeterre (hoofdroute). De tegenwoordig meest gedeelde mening gaat uit van de Romeinse Keizer Constantijn, die bij het Edict van Milaan in 313 het Christendom tot officiële godsdienst verklaarde; dan wel een landheer in de gedaante van Maingot of een opvolger, die de inwoners, monniken en pelgrims beschermde.
De eglise St.Pierre ligt hoger tegen de he!ling en dateert uit de 12e eeuw, eveneens romaans in de Poitevin-stijl en ook deze bezit prachtig beeldhouwwerk in het portaal waaronder afbeeldingen van pelgrims. Helaas is de kerk op zondag nog niet open.
Onderweg komen we veel kastanjebomen tegen waarvan de kruin is afgestorven en van onder weer is uitgelopen, heel apart gezicht, het lijkt of er een ziekte in de bomen in de regio is geweest.
In St. Leger staat langs de weg een gedenksteen, deze wijst de plaats van een vroegere pelgrimskapel.
Het karakteristieke romaanse Notre Dame kerkje van Salles-lès-Aulnay aan de route midden in het dorp verscholen, is in zijn meest eenvoudige en pure vorm welhaast een kleinood. Het toont enkele duidelijke overeenkomsten met de grotere Saint Pierre twee kilometer verderop, echter zonder gewelf. Het kooreinde lijkt bijna een replica en het fijn vormgegeven portaal bezit twee kleine kapitelen met ernaast een drakenband. Het doopvont dateert uit de 12e eeuw.
Aulnay-de-Saintonge ligt op de grens van het departement Poitou met zijn lange rechte rustige wegen en onverharde fietspaden kent een bewogen geschiedenis. Het landelijke hoofdstadje van dit gebied ontstond aan het begin van de jaartelling bij een Romeins legerkamp onder de naam Aunedonnacum.
Het belangrijke graafschap Aunay (de I kwam er pas later bij) was tot in de middeleeuwen in bezit van de Maingots, afstammelingen van Karel de Grote. Daarna kwam het bij het koningshuis van Lusignan.
De massieve gesloten Donjon naast het stadhuis, resteert van het 12e eeuwse deel van de burcht. Tijdens de Honderdjarige Oorlog werd deze in 1346 bij de veldslagen tegen de Engelsen verwoest en na wederopbouw, nogmaals in 1568 tijdens de Godsdienstoorlogen, gelijk met het Karmelietenklooster. De plaats van de verdedigingstoren, van 22,5 meter hoog met muren van 3,6 meter dik, geeft een indruk van de omvang van het kasteel.
We drinken 2 espresso's bij zowaar een Pub St. Jacques, is vandaag onderweg weer niet gelukt.
De prachtig gerestaureerde 12e eeuwse St.Pierre de la Tour, geldt als een van de mooiste romaanse kerken van West-Frankrijk en is kenmerkend voor deze pelgrimsroute: vol reliëfs met bijbelse vertellingen om de pelgrims (in het algemeen analfabeten) te leren, te vermanen en te bemoedigen. Vooral het westportaal met de 'Sermon Saintongeais' en de bogen van het zuidportaal zijn zeer rijk aan afbeeldingen. De kerk met weer een doopvont uit de 12de eeuw is een bezichtiging waard ook vanwege het omliggende kerkhof met grafstenen in de vorm van sarcofagen op pootjes. De zuil dateert uit de 15de eeuw, geen wonder dat de afbeelding van St.Jacob aan de kerkzijde door de vele handen inmiddels flink versleten is.
Na 73km staan we na veel klimmetjes en in de middag met behoorlijk wat tegenwind op camping Val de Boutonne in St.Jean-d'Angely, een beetje vroeger dan gisteren, dus de gespoelde was kan lekker drogen.
Voor alle trackgegevens of om te downloaden, klik op onderstaande link.
5-9 St.Jean-d'Angely-Royan
Gisteravond naast de camping uit wezen eten, een lekkere entrecote met patat en een beetje sla, een keer wat anders dan pasta. Vanmorgen moesten we eerst een 1,5km terug naar de plaats zelf voor het ontbijt, de eerste 20km op de route geen supermarkt. Om terug te komen op de route brengt de navigatie ons over een onverhard pelgrimspad, de route wordt aangeduid met betonnen blok met schelp.
In Fenioux wenkt met zijn bijzondere kerktoren en de ruim acht meter hoge Lanterne des Morts om vooral even langs te gaan. Deze 'dodenlantaarns' zijn specitiek voor dit deel van Frankrijk. Het zijn ronde, soms vierkante torentjes met bovenin een kleine ruimte waarin een lamp hing. Ze symboliseerden de onstertelijkheid van de ziel, die bleef bestaan ook als het lichaam al vergaan was. Daarom staan deze lantaarns op kerkhoven. Fenioux bezit een zeer mooi exemplaar uit de 12e eeuw.
De romaanse eglise Notre-Dame-de-l'Assomption, deels uit de 9° deels uit de12de eeuw, bezít een fraai gebeeldhouwd portaal. Vooral de gebeeldhouwde motieven op de bogen zijn opmerkelijk. De eerste (buitenste boog) stelt een dierenriem voor. Op de tweede wordt een Christus omringd door vijf wijze maagden en vijf dwaze maagden. De derde boog is versierd met een paaslam met engelen, de vierde met ondeugden en deugden en de vijfde (binnenboog) met plantenmotieven. Binnen nog enkele smalle vensters van een eerdere Karolingische kapel en een doopvont uit de 12de eeuw.
Het Château de Taillebourg was een voormalig versterkt kasteel, er zijn nog wat vestingmuren aanwezig en een mooi gerestaureerde toren.
De Église Notre-Dame van Thezac bezit één van de mooiste kerktorens in een romaanse stijl van de streek, reeds van verre te zien. Helaas is de kerk gesloten.
We wilden wat extra tijd hebben voor Saintes, maar de te bekijken oudheden liggen ver uit elkaar of niet met de fiets te bereiken. We houden het bij de laatgotische kathedraal van St. Pierre uit de 15-16de eeuw, de kruisbeuken dragen ieder een kleine koepel. Na vernieling door de protestanten in 1568 en door wisseling van de bouwstijl werd de zwaar massieve toren nooit in stijl afgemaakt. We vinden de binnenkant wat eentonig en saai of zijn we teveel verwend.
Aan de oever van de Charente staat een grote Romeinse triomfboog van Germanicus uit 18/19 na Christus die de toegang vormde tot de toenmalige Romeinse brug en die in 1848 werd gereconstrueerd.
We willen ook nog naar de arena, maar deze is met de fiets niet te bereiken.
In deze landstreek van de Lot-et-Garonne komen de wijnvelden met witte en blauwe druiven steeds meer voor, toch even proeven, de witte zijn inmiddels al lekker friszoet, maar de blauwe mogen nog wel een poosje blijven rijpen.
Vandaag is de zuidwesten wind al voor de middag begonnen, dat betekent de laatste ruim 40km een pittig gevecht tegen de elementen en de toch nog steeds aanwezige bergjes, na 76km staan we op camping Les Bains Salés in Royan, het seizoen voor deze camping is bijna voorbij, alle huurtenten staan leeg.
Voor alle trackgegevens of om te downloaden, klik op onderstaande link.
6-9 Royan-Lacanau l'Océan
De stad Royan neemt sinds de eerste vermelding in 1092 een strategische plaats in aan de brede monding van de Gironde. Eeuwenlang werd de scheepvaart gecontroleerd vanuit een militaire vesting, die beurtelings in handen was van de Engelsen en de Fransen. Gedurende de 19de eeuw kwam het in trek bij badgasten. De plaats werd in de 2de Wereldoorlog totaal verwoest en daarna in moderne stijl weer opgebouwd met o.a. een "Gotische" kerk Notre-Dame van beton, ingehuldigd in 1958, werd in drie jaar gebouwd door de architecten Guillaume Gillet en Marc Hébrard, in samenwerking met ingenieurs Bernard Laffaille, René Sarger en Ou Tseng. Het wordt beschouwd als een meesterwerk van de moderne architectuur. De afmetingen zijn: een elliptisch schip van 45 meter lang en 22 meter breed dat plaats biedt aan ongeveer 2.000 mensen en de klokkentoren, 60 meter hoog, wordt bekroond door een kruis van zes meter. Het staat boven een esplanade die een voorplein vormt, waar een altaar is voor religieuze vieringen in de buitenlucht.
Op een rots in zee op ongeveer 10km afstand staat de 67,5m hoge vuurtoren 'Phare de Cordouan', in renaissancestijl gebouwd. Dit monument uit 1584 is één van de oudste van Europa en staat op de plaats waar de Moren van Corduba al een vuurtoren hadden en waarvan de naam is afgeleid.
We varen met de veerboot in ongeveer een half uur naar Pointe de Grave / le Verdon en eten ons ontbijt aan het brede strand.
Er staat in Soulac-sur-Mer een replica van het vrijheidsbeeld ter nagedachtenis van Gilbert du Montier, markies van Lafayette, voor de reis naar Amerika naar aanleiding van onafhankelijkheid van Amerika.
In Montalivet les Bains staat een standbeeld over Operation Frankton met de meest gedurfde operatie op 6 december 1942 in de 2de Wereldoorlog in deze regio en omdat we deze route gekozen hebben, eten we de lunch maar weer aan één van de brede stranden in deze plaats.
Dit keer niet veel kerken en oude gebouwen langs de route die we fietsen, terwijl er wel een Santiago-wandelroute met ons mee gaat, daar gaat het vandaag ook niet om, we willen even rustig fietsen zonder last van veel wind en bergen en dan is gelukt. Na 87km redelijk eenvoudig fietsen over heel veel lange rechte fietspaden in diverse samenstelling en breedte komen we op camping l'Ocean met een eigen Petite Casino voor de avondboodschappen in Lacanau-Océan.
Voor alle trackgegevens of om te downloaden, klik op onderstaande link.
7-9 Lacanau-Océan-Salles
Vanmorgen voor opstaan wat regen op de tent, dus dat wordt alles nat de tas in. Het ontbijt gegeten op de boulevard van Lacanau-Océan.
Vandaag is er niet veel te bezichtigen, alleen maar 3 lange rechte stukken fietsen over een redelijk vlak terrein en ook de wind wat achter, dus een makkelijke dag, maar dat mag ook wel na de afgelopen 4 dagen.
Het eerste stuk gaat over een betonnen fietspad aangelegd door de Duitsers voor een betere verdediging van de zeekust, hier krijgen we weer wat regen en de regenjas moet aan.
We fietsen door meters hoge brem, wat zal het hier ruiken als deze bloeit.
Na het oude station van Ares gaan we ruim 20km over een Voie Verte Lacanau - Arès, (oude spoorlijn), met af en toe een gerestaureerde spoorbrug en dat gaat heel snel als je eindelijk niet zo veel wind tegen hebt.
Na Facture weer een Voie Verte dwars door bos en heide evenwijdig aan het riviertje de Leyre. Het typerende landschap van Les Landes de Gascogne, een dunbevolkt vrijwel vlak gebied met eindeloze dennenbossen. Alleen de grotere plaatsen hebben voorziening.
We komen langs de gerestaureerde molen van Pont-Neau van de papieren geschiedenis van de stad. Het was in de negentiende eeuw dat de molen, waarvan we sporen uit de zestiende eeuw vinden, is gericht op het vervaardigen van papier uit oude vodden, touwen en visnetten, een dik en grijs papier van gemiddelde kwaliteit.
Na 76km gaan we naar camping Parc Val de l'Eyre in Salles, volgens het boekje een dure camping en de naam straalt het ook en beetje uit, maar voor ruim 12 euro klagen wij niet.
Voor alle trackgegevens of om te downloaden, klik op onderstaande link.
8-9 Salles-Labouheyre
Vannacht heeft het behoorlijk doorgeregend, maar met de oordoppen in heb je niet veel last van het gedruppel op de tent en gelukkig was het om 7 uur een uurtje droog en konden we voor de volgende regenbui redelijk droog inpakken. We fietsen de laatste 20km van de alternatieve route langs de zee en komen bij Biganon weer op de hoofdroute.
Na het ontbijt gaat het helaas tot de middag weer regenen maar de regenjas die ik op mijn verjaardag van Luuk heb gekregen doet wonderen.
Het eerste stuk weer over een Voie Verte met een spoorbrug over een rivier en de stukken door Les Landes zijn ook behoorlijk lang en recht, ook veel kilometers door een zwarte natuur door de bosbranden van de afgelopen tijd.
In Biganon aan een pleintje het oudste kerkje van deze streek, de eglise St. Pierre-ès-Liens uit de 11de eeuw en gerestaureerd in de 19de eeuw, van binnen moeten mooie muurschilderingen zijn, maar helaas is hij gesloten. Naast het kerkje wel de Ste. Ruffine bron, deze zou goed zijn tegen diverse huidziekten.
In Moustey staan 2 kerkjes naast elkaar, we gaan naar de eglise St. Martin met een expositie van diverse kunstenaars. Buiten staat een houten beeld van St.Jacob als pelgrim en een steen met de vermelding nog 1000 (wandel) kilometers naar Santiago, ik denk dat dit niet voor ons geldt.
Na een lange etappe naar Labouheyre voor de wandelaars verfristen de pelgrims zich eerst bij de fontaine St. Jacques alvorens naar de gelijknamige kerk te gaan. Het heeft een tamelijk unieke portaal met afwisselend Jacobsschelpen en Franse lelies. Ook het schip is bijzonder. In één van de ramen een afbeelding van Jacob. Aan de weg staat ook nog een gerestaureerde lavoir, helaas is het gebruikte hout iets te nieuw om hem ook mooi te laten zijn.
De camping en herbergen lopen nog niet storm in combinatie met een open supermarkt, dus gaan we na 60km naar een particuliere camping in Labouheyre, gekregen op het kantoor van de Mairie, we wisten niet dat deze er ook waren.
Voor alle trackgegevens of om te downloaden, klik op onderstaande link.
9-9 Labouheyre-Dax
Gisteravond was het gelukkig droog met een heldere maan, wel wat frisser maar dan komt er gewoon een laagje kleding bij. Vannacht wel weer wat regen maar bij het opbreken van het kampement was het gelukkig droog.
De supermarkt in Labouheyre gaat pas om 9 uur open, dus we vertrekken met een reep als ontbijt en voor onderweg nog een banaan, want de eerste open supermarkt is in Onesse-la-Laharie ongeveer 24km verder, waarschijnlijk spreken we ook iets van de reserves aan, maar dat zal geen probleem worden.
Les Landes blijven lange rechte wegen met bosbouw, maar niet alleen dat ook de velden met asperges en prei zijn enorm groot.
Lesperon bestaat uit 3 gedeelten,
Tireveste, trek je jas uit
Tiregilet, trek je hemd uit
Tireculotte, trek je broek uit.
Deze namen herinneren aan vroegere tijden toen daar, volgens de overlevering, pelgrims van hun 'overbodige ballast werden afgeholpen.
Een pelotebaan verraadt de eerste invloeden van het naderende Baskenland, waar dit balspel (een soort kaatsbal), waar dit balspel zeer populair is.
We komen dichter bij Spanje want de Rue de Compostelle komt bijna in iedere plaats waar we doorfietsen wel voor.
Bij een huis is een man in wat alternatieve kleding zijn erf aan het harken, staat een kruis met Jacobsschelpen, misschien een plek waar een aantal pelgrims er de brui aan gegeven hebben en hun schelp aan het kruis hangen? We hebben het niet nagevraagd bij de man in kwestie.
We letten even niet op of de route door de plaatsjes gaat en missen Buglose met een mooie basiliek en Berceau de St. Vincent-de-Paul met een groote kloostercomplex, toch jammer dat de route er niet door gaat omdat er een klein stukje provinciale weg gefietst moet worden.
We fietsen naar onze eindbestemming van vandaag Dax, een grotere plaats met voldoende voorzieningen en campings en gaan eerst langs kathedraal Notre Dame, van buiten vinden we hem er niet fraai uitzien en de binnenkant zullen we niet weten, want hij is gesloten ofschoon Google wat anders aan geeft.
Na 80km gaan we naar camping Le Bascat, weer een iets grotere en nette camping.
Voor alle trackgegevens of om te downloaden, klik op onderstaande link.
10-9 Dax-Bayonne
Vandaag verlaten we Les Landes en komen over de de rivier de Adour meteen in een ander licht glooiend landschap van het Baskenland.
In de verte zien we de Pyreneeën nu wel heel dichtbij komen, maar nemen de lagere bergen aan de westkant.
In Peyrehorade willen nog even de eglise Saint Martin uit 14de eeuw, maar er een kerkdienst voor een overledene, dus we blijven uit de buurt en wachten met een espresso maar het duurt te lang.
Na Peyrehorade moet je even naar de Abdij van Arthous uit de 12de eeuw voor de 59 modillions en 9 kapitelen gebeeldhouwd met fantastische dieren, personages en symbolen van de romaanse kunst, één van de mooiste in de Landes.
Morgen starten we aan de camino Baztanes vanuit Bayonne en hiervoor heb ik een track gemaakt langs de rivier de Adour over de provinciale weg, maar er is ook een mooi fietspad aangelegd, lekker rustig bij de auto's vandaan.
Hier hebben we weer een andere benutting van de grond en worden er heel veel kiwi's geteeld.
Ik had al een poosje een kraak onder het zadel en dacht dat het weer gesmeerd moest worden dat kan wel wachten totdat we thuis zijn, maar in Bayonne brak de een half jaar oude zadelpen ineens af, gelukkig zittend op de rackpack haalden we weer een Giant-store, helaas geen nieuwe pen, maar Thomas bij Culture Velo kon er direct één inzetten en de band die ik een tijdje geleden waarschijnlijk al een poosje ergens tegen gestoten had vervangen, zo kunnen we toch weer verder.
Er is geen tijd meer om naar een camping te fietsen, maar de Refuge municipal neemt geen fietsers aan, ze helpt ons wel aan een adres van vrienden voor pelgrims en na 69km slapen we naast de Cathédrale Sainte-Marie de Bayonne in de Rue Gosse bij Veronique Miramon en gaan we vanavond een beetje door de stad lopen en wat bekijken en uiteten aan de rivier.
Op de foto’s het menu van 18 euro, het heeft gesmaakt, we wisten niet precies wat we te eten kregen, maar Theo had de speklapjes en ik liet mij de entrecote goed smaken in Le Cancre.
Voor alle trackgegevens of om te downloaden, klik op onderstaande link.
11-9 Bayonne-Elizondo
Na een prima en voldoende ontbijt met "heerlijke" zelf gemaakte jam precies om half 8 halen we de fiets weer uit de kelder, de bagage van de eerste verdieping en kunnen we vertrekken.
De eerste 10km is weer terug langs de rivier de Adour, maar toch iets anders als gisteren. Goed dat Jacob ons helpt, want als we dit gisteren geweten hadden, waren we misschien eerder richting de Pyreneeën gegaan en hadden we nooit meer een fietsenmaker tegen gekomen.
De eerste plaats waar we doorkomen is Ustaritz met de eglise Saint Vincent uit 1864, na het slopen van de oude kerk, werd een nieuw gebouw gebouwd, brekend met de Baskische traditie. Resoluut neogotisch, maar het heeft bijzondere elementen waardoor het mogelijk werd om het toe te voegen aan de inventaris van het nationale erfgoed. Er is een gietijzeren galerij en het bewonderenswaardige fresco van André Trébuchet achter het koor.
Le Château Lota werd gebouwd tussen 1874 en 1879 door Bernard dit Baptiste Duhart en zijn vrouw Dominique-Rosalie Ainciondo. Ze bouwden dit prachtige herenhuis in hun geboortedorp Ustaritz nadat ze een fortuin hadden verdiend in Chili. De geschiedenis van dit kasteel is vrij mysterieus en slechts een paar verspreide elementen uit het collectieve geheugen van het dorp zijn bewaard gebleven. Dit kasteel is een van de meest opmerkelijke Amerikaanse huizen in de omgeving. De buitengevels met het verfijnde model zijn ongebruikelijk, de kwaliteit van de binnen- en buitendecoratie is zeldzaam en duidt in het lokale landschap.
L'abourdines houten huizen uit de middeleeuwen verdwijnen geleidelijk. Steen maakt zijn opwachting in de bouw, esthetiek wijst zijn neus. De houten delen van de oude huizen zijn bewaard gebleven en krijgen later de rode kleur, afgeleid van ossenbloed en de muren zullen worden behandeld met kalk (wat de aanwezigheid van veel ovens in het gebied verklaart.)
Souaïde, een klein dorpje in het hart van Baskenland hebben we in 2015 ook bezocht. De kerk gewijd aan Saint-Jacques-le-Majeur is uit de zeventiende eeuw en heeft een begraafplaats waar zich discoïde stele (grafstenen) bevinden die kenmerkend zijn voor Baskische funeraire kunst. Hier is St. Jacques is in het geheel in het goud uitgevoerd.
We weten nu waarom de Zuid-Fransen en Spanjaarden wat temperamentvoller zijn gezien de velden met pepers waar we langs komen.
Ainhoa het voormalige vestingdorp, dat wordt gerekend tot de mooiste dorpen van Frankrijk, gesticht in de 13de eeuw, en verbouwd in de 17de eeuw, moet tijdens een rondreis door het Baskenland zeker aangedaan worden. De hoofdstraat van het dorp heeft aan weerskanten rood en groen beschilderde vakwerkhuizen en de eglise Notre Dame de l'Assomption uit de 13de eeuw zal de liefhebbers van architectuur weten te trekken. Maar zelfs als dat niet uw ding is moet u zeker de kerk even binnenstappen om het interieur te bewonderen, al was het alleen maar voor zijn prachtige goudkleurige altaarstuk, doopvont en de houten galerij over 2 verdiepingen. Rond het gebouw zijn in de beplante begraafplaats tabel- en schijfvormige zuilen uit de 16de en 17de eeuw ondergebracht.
Niet alle plaatsen liggen aan de provinciale weg die bij Dankxarinea over de landsgrens naar Spanje gaat en waar we ook aan de beklimming van de Puerto de Otxondo beginnen, vanaf Urdax/Urdazubiis naar de Puerto de Otxondo is ongeveer 10 km lang. Over deze afstand overbrug je 503 hoogtemeters. Het gemiddelde stijgingspercentage van de klim is ongeveer 5 % met een maximale stijging van 9%. Bovenop de berg kan je over een wandelpad langs de bunkers van Otsondo lopen die door Franco na de burgeroorlog heeft laten bouwen om een hypothetische invasie vanuit Frankrijk (Lijn P) te stoppen. Waarom doen we het ook alweer, de uitzichten zijn weer prachtig en afdaling gaat heel snel.
Na 58km gaan we naar alberque Kortarixar die we al telefonisch gereserveerd hadden, voor 35 euro inclusief ontbijt voor ons samen helemaal prima en hebben weer een schoon en normaal bed. Vanavond eten we een menu del dia, we zijn benieuwd.
Voor alle trackgegevens of om te downloaden, klik op onderstaande link.
12-9 Elizondo-Pamplona
Vanmorgen na een karig ontbijtje, 2 stukjes geroosterde stokbrood met jam, koffie en jus de orange, waarbij we ook nog discussie kregen dat we deze moesten betalen, terwijl we gisteren afgesproken hadden dat deze bij de slaapplaats hoorde, we denken dat ze het gewoon proberen.
In Iruritu aan het Plaza de Irurita, omringd door prachtige huizen van populaire en paleisachtige architectuur, vormt een goed bewaard gebleven stedelijk complex met voorbeelden van gotische en barokke stijl, zoals het Etxeberria, besluiten we welke route we gaan fietsen, de route die zoveel mogelijk de wandelaars volgt of zoveel mogelijk via N121 wat veel klimmeters zal schelen, het wordt de laatste, waarbij we gebruik maken van een tunnel van 410 meter, dat scheelt bergje 1 en komen we snel voorbij Berroeta. Daar is de N121 voor fietsers verboden door de hoge verkeersbrug gevaarlijk voor fietsers en daarna een aantal tunnels en de guardia civil die staat af te wachten wat we gaan doen, gaan we beginnen aan de beklimming van de Alto de Belate naar 845 meter met weer prachtige uitzichten
Vlak voor de top kunnen koffie drinken bij restaurant Venta San Blas en van Xefe nemen we er een extra groot stuk zelf gebakken cake bij. De wandelpelgrim die we in Almandoz inhaalde, komt even later ook binnen, zij lopen een kortere route, dus fietsen bergop scheelt het niet veel, na de afdaling zullen we hem wel niet meer zien.
Theo zorgt er voor dat een aangereden adder met een stok van de weg af komt, laten we hopen dat hij het redt.
Direct na de top, ga ik lopend, Theo blijft bij de fietsen, naar de Ermita de Santiago uit de 12de eeuw gelegen naast een Romeinse weg die naar het oude ziekenhuis van Belate leidt. Nu wordt het gebruikt voor onderdak of lunch voor bergbeklimmers en ligt het op een kruispunt voor verschillende routes.
Bij Orikain kunnen met een Romaanse brug over de Rio Ulzama en verder met een mooi aangelegde fietspad naar Pamplona, gelukkig ook nog een plekje om de tentjes te drogen, want deze komen er vandaag nog niet uit. Na 56km slapen we in herberg Jesus y Maria waar in totaal 112 slaapplekken zijn, alle kleintjes in de stad zijn vol geboekt.
Vanavond een menu del dia ergens in de stad, maar eerst even de catedral de Pamplona bezoeken, helaas moeten we voor de entree betalen en dan doen we uit principe niet, maar we moeten ook terug want het begint te regenen en de was is bijna droog.
Voor alle trackgegevens of om te downloaden, klik op onderstaande link.
13-9 Pamplona-Acedo
Gisteravond na wat zoeken toch nog een hele goede Menu del Dia kunnen vinden, de meeste restaurants willen 's avonds tapas verkopen, levert meer op.
Het was vannacht heel warm en druk in de alberque Jesus y Maria, dus we hebben zelfs met doppen in, die hard nodig waren, niet goed geslapen en dan gaat om 6 uur ook nog het licht aan zodat de wandelaars kunnen vertrekken, dat wisten we, maar als je buurvrouw haar bril kwijt is en de rugtas wel 3x overhoop gaat, is dat wat lastig.
We hadden gisteravond besloten vandaag een ommetje te maken naar een stukje route die we in 2010 gefietst hebben naar Puente de la Reine, helaas was de tegenwind behoorlijk heftig, zodat het een hele onderneming is geworden. De foto's geven aan wat we toen ook gezien moeten hebben.
Wel kijken we bij Ermita de Eunate links van de weg, waar we ook de 2 Belgen weer tegenkomen die we voor Tours ook een paar keer gesproken hebben, ze zijn via de Col du Somport gegaan, dat is blijkbaar toch wel een heel mooie route. De Ermita de Eunate is een bijzondere plek. De arcade met 35 fijne boogjes omgeeft een achthoekige kapel uit de 12e eeuw, sereen passend in de natuurlijke kleuren van het landschap. De ingetogen schoonheid van deze romaanse kapel is moeilijk te beschrijven. Hier ademt rust en eenvoud met tegelijk een ongekende zeggingskracht. Architectonisch vormt ze een puur epos, opgedragen aan de 'helden' van de oude pelgrimstochten van wie sommigen vroegtijdig de eeuwigheid verworven hebben en op deze plek begraven liggen. Er zijn invloeden van de Tempeliers aan te wijzen, maar men gaat er toch vanuit dat het een begrafeniskapel was behorend bij een hospital van St. Juan.
We komen door Puente la Reina door de Rua Mayor met aan het eind de 900 jaar oude boogbrug over de Rio Arga, dit schitterende bouwwerk werd vervaardigd in opdracht van Koningin Dona Mayor, echtgenote van Sancho el Fuerte (de sterke) om de vele pelgrims een natte overtocht te besparen. Aan de overkant van de rivier gingen we toen naar onze eerste alberque Santiago Apostel, waar we wel met ons tentje buiten hebben geslapen. Na Puente la Reine weer een pittige beklimming over de niet meer drukke regionale weg naar Estelle met een mooi uitzicht waar we vandaan kwamen.
Na Estella gaan we naar de "terugroute" van de St. Jacobsroute deel 3 om vanuit daar naar de camino del Norte te komen. De route tussen 2 bergketens in gaat vandaag grotendeels over de Voie Verte FerroCaril Navarra met enkele gerestaureerde stationsgebouwen van Murieta en Ancin en een tunnel van 46,2 meter lang gebouwd in 1925 voor een bedrag van 27.555 pesetas.
Na 77km gaan we naar camping Acedo in Acedo, ze hebben een restaurant en in de kampwinkel is niet veel te krijgen, dus het wordt weer een Menu del Dia.
Voor alle trackgegevens of om te downloaden, klik op onderstaande link.
14-9 Acedo-Miranda del Ebro
Voordat we verder over de Voie Verte FerroCaril Navarra met een tunnel van 1415 meter gebouwd in 1924 voor 1.839.432 pesetas en een spoorbrug van 156 meter lang en 27,5 meter hoge bogen gebouwd voor 276.533 pesetas komen we in Acedo langs een mooi gerestaureerde lugar de lavado (wasplaats). Op deze brug zijn in het najaar van 1939 twee stoomtreinen op elkaar gebotst waarbij een machinist verongelukte en een enorme ravage is ontstaan. Niet alle oude stationsgebouwen zijn gerestaureerd, maar deze staat ook niet direct bij een plaatsje, volgens de beschrijving een wisselstation om de treinen te laten passeren.
Geneville toont een schilderachtig beeld met boven het dorp een kerkje.
Voor Peñacerrada gaan we naar een hoogte van ongeveer 850 meter over licht glooiende bergwanden, de plaats beheerste als vestingstad de omliggende omgeving maar leidt nu een slaperig bestaan, de vestingpoort van Peñacerrada is prachtig gerenoveerd. Wel met een weids uitzicht.
Een pelgrim naar Santiago de Compostela neemt een steentje der lasten mee om deze normaal bij het Cruz de Ferro op de camino Frances neer te leggen, daar komen we alleen niet langs. We komen door Santa Cruz du Fiero en als bij de kerk ook nog een Cruz de Ferro (ijzeren kruis) staat, besluit ik mijn steentje daar te laten, hij is mij te zwaar geworden. Ook dit keer een steentje met een uitleg, na onze vorige camino in 2018 is weer heel veel gebeurd. Daarom nu eentje met de donkergrijze kleur uitgezocht, maar met een licht streepje voor de mooie momenten en hopelijk een rustigere toekomst.
Na 77km komen we bij de alberque in Miranda de Ebro waar we ook hier weer in een volle herberg slapen, wel op een kamer met 2 stapelbedden, maar ook hier krijgen we geen contact met de aanwezige pelgrims. Ons caminogevoel is niet opgebloeid in Spanje en we besluiten de camino hier te beëindigen en op donderdag met de trein naar huis te gaan, deze reis zal een uitdaging worden, maar die hebben we op deze trip ook al diverse keren gehad.
Hier eindigt dus de dagelijkse mails en zien we elkaar weer in Nederland.
Manuel van het restaurant waar we dachten een menu de dia te gaan scoren, maar dat kan niet na 8 uur, heeft ons verwend met een heerlijke 3 gangen maaltijd, iets duurder, maar helemaal waard.
Buen Camino.
Voor alle trackgegevens of om te downloaden, klik op onderstaande link.
15 en 16-9 De terugreis
Na weer een warme en luidruchtige nacht hebben we vanmorgen als eerste de tentjes nog even gedroogd op het terrein van de alberque tijdens het ontbijt voordat we naar het station gaan om aan de treinreis te beginnen. Als we in de vertrekhal van het station Miranda de Ebro op het scherm van de vertrekkende treinen kijken, zien we dat de eerste trein al om 11.04 uur naar Irun vertrekt, maar deze is volgeboekt, in Spanje moet je namelijk een plaats reserveren, de volgende gaat pas om 14:19 uur en we moeten in San Sebastian overstappen op de stoptrein naar Irun.
Op het perron nog even contact gehad met de NS International of zij voor ons een reis kunnen organiseren vanaf de Franse grens naar Nederland, zij kunnen alleen met vertrek vanuit Nederland iets doen, zij verwijzen ons door naar de SNCF de Franse NS, ook zij kunnen niets voor ons betekenen, maar geven aan dat zodra je bij een loket in een Frans stations bent, zij dit moeten kunnen regelen.
Vlak voor vertrek komt de dienstdoende conducteur nog even naar ons toe of we wel voor de fietsen hebben gereserveerd, dat bleek niet het geval, maar gelukkig lukte dat bij hem ook nog in de trein. De treinreis verloopt voorspoedig en een Spaanse mevrouw die gestudeerd heeft aan de Rijksuniversiteit van Groningen geeft aan wanneer we aankomen in San Sebastian, helpt met overstappen naar het juiste perron naar Irun en de richting naar het station van Hendaye waar we naar toe moeten fietsen, gelukkig maar 3km.
Bij het loket kunnen we alleen een ticket krijgen naar Bordeaux met vertrek de volgende dag om 10 voor 5, dus we besluiten zo laat mogelijk een Plat du Jour (Steak Bourgogne) te gaan eten om de nacht wat korter te laten lijken, een hotel of iets dergelijks heeft niet veel zin.
Om half 8 komen we aan in Bordeaux, alleen hier is het ticketloket pas om 9.00 open, dus eerst maar een ontbijtje, droge stokbrood met ei/ham uit de koeling met een kopje koffie bij de Starbucks vandaan. We worden als eerste bij het loket geholpen en als we de mevrouw uitleggen dat we vandaag met de fiets naar Nederland willen, kijkt ze ons verbaasd aan en zegt dat de treinen voor vandaag volgeboekt zijn, maar haar verbazing wordt nog groter als we zeggen dat we met de TER-treinen willen gaan. Ze overlegt met een collega, buigen over het spooroverzicht van Frankrijk en toetst een aantal mogelijkheden in. Ze gaat het steeds leuker vinden als het ook nog gaat lukken voor vandaag, ze heeft vanavond thuis wat te vertellen, want deze vraag heeft ze nog nooit gehad. Met wat aanpassingen en een iets langere overstap in Parijs moet het lukken om 's avonds om 22:19 uur in Lille Flandres te zijn, de overstap in Parijs, betekent 5,8km fietsen van Gare Austerlitz naar Gare du Nord dwars door het centrum, we mogen namelijk niet met de fiets in de metro. Gelukkig helpt een engelsprekende Fransman ons met het snel naar buiten dragen van de tassen en fietsen, hierdoor moet wel de hele coupe wachten tot we klaar zijn.
Hieronder het reisschema.
Bordeaux ST. Jean / Limoges Benedicty. 10:25 - 12:49 uur
Limoges Benedicty / Vierzon Ville. 13:22 - 15:26 uur
Vierzon Ville / Paris Austerlitz. 16:11 - 17:54 uur
Paris Nord / Amiens 19:04 - 20:22 uur
Amiens / Lille Flandres 21:01 - 22:17 uur
De treinkaartjes heb ik voor de herinnering toch maar gescand en toegevoegd, toch mooi deze papieren versie, hebben we in Nederland niet meer.
Gelukkig heeft onze oud-collega en vriend MatJan de Haan zich opgeofferd om naar Lille Flandres te komen en ons met de auto thuis te brengen, zodra de trein het station binnen rolt, krijgen we een WhattsApp dat hij de auto heeft geparkeerd op de Rue du Molinell op 100 meter van het herkenningspunt van de McDonalds. Hij heeft diverse files gehad en heel veel regen, dat betekent wat voor de terugreis. De tassen in de auto, fietsen op het rek, bij het eerste pompstation tanken en een broodje koud gehakt met een grote kop koffie. Na eerst Theo afgezet te hebben in Soest, kan ik om 3 uur na een reis van 22 uur een douche nemen en na een lekker glaasje whisky naar bed gaan.
Tijdens de camino verzamel je stempels op je credential, zodat je in Santiago de Compostella de geestelijke aflaat kan ophalen, de zogenaamde Compostella en het diploma van de gefietste afstand, helaas is dat deze keer niet gelukt, maar we hadden er toch al diverse verzameld.
Deze bijna 4 weken hebben we in totaal 1.942 km gefietst.
Zo blij dat een Jacob zorgde na een week vertraging van een goede uitslag en dat jullie kunnen vertrekken.
Hele goede reis samen en geniet!!!
Wat fijn dat de fietstocht nu kan beginnen.
Wat een geweldig vooruitzicht. Een hele goede en veilige reis gewenst.
Zet 'm op en plezier maar ook veiligheid voorop!!
Heel veel fietsplezier! Nout traint de komende weken flink door, want hij is het er niet mee eens dat hij niet mee kan...
Go for it! De buurman
Super fijn dat de fietstocht kan beginnen! Heel veel plezier en mooie momenten! X
Goede reis.
Jacob en Jurrien, Een hele mooie en veilige toer toegewenst en maak voor ons er weer een mooi verslag van! Succes!
Hallo Jurrien!
Wat fijn jullie weer eens te volgen!
We proberen Julie te volgen!
Heel veel Suc6 met groetjes uit Friesland van Meindert en Tjitske!
Camino Olvidado Ik ga je volgen sportieve man ?? en met de caddiemasters kijken waar jullie uithangen. Geniet onderweg. Groeten en voorzichtig zijn…. Maud
Wat een leuk bericht! We eensen je een prachtige tocht!
Wij zijn in mei naar Rome gefietst via het Gardameer, Venetie, Florence en Assisie